Het hof is verder van oordeel dat ten tijde van de bestreden beschikking en ook nu nog is voldaan aan de hiervoor vermelde wettelijke vereisten voor een uithuisplaatsing in een accommodatie voor gesloten jeugdhulp.
Bij [minderjarige] is sprake van ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen, waardoor zij in haar ontwikkeling naar volwassenheid ernstig wordt belemmerd door het ontbreken van een veilige thuissituatie, het ontbreken van een positief contact met de moeder en het niet op gang komen van een leeftijds-adequate ontwikkeling.
Er is sprake van een belaste voorgeschiedenis. [minderjarige] woont sinds april 2019 niet meer thuis bij de moeder, maar op verschillende plekken: leefgroep, gezinshuis, crisisplek, opvanggroep en tante. Het contact met de moeder is niet stabiel en verloopt erg wisselend door zowel de eigen problematiek van de moeder als het zelfbepalende gedrag van [minderjarige] .
In september 2019 zou [minderjarige] starten met de middelbare school. In november 2019 is [minderjarige] gestart in een PAST klas in [plaats 2] , waar zij half december is weggestuurd wegens niet respectvol gedrag. [minderjarige] wilde naar VMBO [VMBO] in [plaats 3] , maar de afstand tot haar diverse verblijfplekken was te groot. Het gedrag van [minderjarige] was – naast de wisselende verblijfplaatsen – evenzeer debet aan het niet kunnen vinden van passend onderwijs.
Uit het verslag van de gedragswetenschapper blijkt dat [minderjarige] in de periode voorafgaand aan de gesloten plaatsing onder meer in hongerstaking is geweest, bedreigend en gewelddadig was naar groepsleiding, spullen kapot gooide, zich heeft gesneden met een scherf en zich suïcidaal heeft geuit. [minderjarige] heeft volgens de gedragswetenschapper een coping stijl ontwikkeld die te omschrijven is als zelfbepalend, dwingend en manipulerend. Grenzen opgelegd door anderen kan ze niet accepteren en ze ontvlucht dan de situatie. Zo leert ze geen alternatief gedrag aan en stagneert haar ontwikkeling. Haar ongrijpbaarheid en haar gedrag maken dat ze zich in onveilige situaties kan begeven en dat onderwijs niet van de grond komt.
[instelling] heeft eerder de hulpverlening stopgezet. In het eindverslag geeft [instelling] aan dat behandeling bij hen plaatsvindt in een open setting en is gebaseerd op samenwerking en afstemming met alle betrokkenen. [instelling] concludeert dat het [minderjarige] (en haar systeem) niet lukt om zich hieraan te verbinden, met als gevolg dat een onveilige situatie ontstaat, ondanks alle middelen en mogelijkheden die hier op zijn ingezet. De ontwikkeling van [minderjarige] stagneert hierdoor.
[naam] heeft bij [minderjarige] een matig oppositionele-opstandige-stoornis en hechtingsproblematiek vastgesteld. Uit het concept trajectbehandelplan blijkt dat [minderjarige] met name in een meer open kader fors opstandig gedrag laat zien. In gesloten setting laat [minderjarige] zich voldoende bijsturen. [naam] adviseert de behandeling aan te vangen in een besloten groep voor jonge kinderen binnen de jeugdzorg plus, waarin voorzien wordt in haar behoefte aan duidelijkheid, regels en structuur. Bij [naam] zal worden gewerkt aan het versterken van de copingvaardigheden van [minderjarige] en het adequaat (leren) omgaan met gezag, instructies en regels in verschillende contexten, het opdoen van succeservaringen op school of stage en het versterken van de ouder-kind relatie.
Uit het voorgaande volgt dat de door [minderjarige] gewenste plaatsing bij het voormalige (crisis)pleeggezin een te open kader is om toe te komen aan de behandeldoelen. Het hof acht daartoe de gesloten plaatsing noodzakelijk. Daarnaast is de gesloten plaatsing noodzakelijk om te voorkomen dat [minderjarige] zich aan jeugdhulp onttrekt. Toen [minderjarige] in juli 2020 nog bij [instelling] verbleef zijn een aantal zorgelijke situaties ontstaan. [minderjarige] kwam te laat thuis, men wist niet waar [minderjarige] verbleef en ze liep steeds vaker weg uit boosheid. Voorafgaand aan de gesloten plaatsing – in augustus 2020 – was [minderjarige] voor de jeugdzorgwerker niet bereikbaar. [minderjarige] weigerde te zeggen waar zij was.