ECLI:NL:GHSHE:2021:4399

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
28 oktober 2021
Publicatiedatum
19 mei 2022
Zaaknummer
20-001745-19
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • mr. K. van der Meijde
  • mr. S. Riemens
  • mr. S.V. Pelsser
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen vonnis van de rechtbank Oost-Brabant inzake productie van amfetamine

In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 28 oktober 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Oost-Brabant van 24 mei 2019. De verdachte, geboren in 1991, was aangeklaagd voor de productie van amfetamine en het voorhanden hebben van amfetamine-olie. Zowel de verdachte als de officier van justitie hebben hoger beroep ingesteld tegen het eerdere vonnis. De advocaat-generaal vorderde vernietiging van het vonnis en een gevangenisstraf van 30 maanden, terwijl de raadsman pleitte voor integrale vrijspraak of een beperkte bewezenverklaring van de feiten. Het hof heeft het vonnis van de rechtbank in grote lijnen bevestigd, maar de strafmaat aangepast. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 11 maanden, met inachtneming van de overschrijding van de redelijke termijn in de procedure. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte zich samen met anderen schuldig heeft gemaakt aan de productie van amfetamine, wat een ernstig strafbaar feit is met aanzienlijke risico's voor de volksgezondheid en veiligheid. De beslissing is gebaseerd op de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet en de relevante artikelen van het Wetboek van Strafrecht. Het hof heeft de op te leggen straf gematigd vanwege de overschrijding van de redelijke termijn, die met bijna 5 maanden was overschreden.

Uitspraak

Parketnummer : 20-001745-19
Uitspraak : 28 oktober 2021
TEGENSPRAAK
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Oost-Brabant van 24 mei 2019, in de strafzaak met parketnummer 01-993316-17 tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum verdachte] 1991,
wonende te [adres] .
Hoger beroep
De verdachte en de officier van justitie hebben tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep en in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis waarvan beroep zal vernietigen en, opnieuw rechtdoende de aan verdachte tenlastegelegde feiten bewezen zal verklaren en verdachte ter zake zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 30 maanden, met aftrek van voorarrest, alsmede een geldboete van € 5.000,00.
De raadsman heeft primair integrale vrijspraak bepleit. Subsidiair heeft de raadsman betoogd dat overeenkomstig de beslissing van de rechtbank de bewezenverklaring van de feit 1 dient te worden beperkt tot 28 november 2017. Tevens heeft de raadsman een strafmaatverweer gevoerd.
Vonnis waarvan beroep
Het hof verenigt zich met het beroepen vonnis en met de gronden waarop dit berust, met verbetering c.q. aanvulling van de door de rechtbank gebezigde bewijsmiddelen en met aanvulling van de bewijsoverwegingen, met uitzondering van de strafoplegging en de door de eerste rechter aangehaalde wetsartikelen.
Bewijs
Het hof is van oordeel dat de door de rechtbank gebezigde bewijsmiddelen op een aantal punten verbetering c.q. aanvulling behoeven. Voor de leesbaarheid zal het hof alle bewijsmiddelen, voorzien van de door het hof noodzakelijk geachte wijzigingen, opnemen in een aan dit arrest gehechte bewijsmiddelenbijlage.
Aanvulling bewijsoverwegingen
In aanvulling op hetgeen de rechtbank heeft overwogen ten aanzien van het bewijs, overweegt het hof nog als volgt:
In het bijgebouw links van de woning (ruimte C, zie situatieschets perceel zaaksdossier 02, p. 108), de ruimte die was ingericht voor de bereiding van amfetamine, werd tijdens het forensisch onderzoek een blikje Red Bull veiliggesteld en voorzien van SIN AAHI6575NL (zaaksdossier 02, p. 104). Het aangetroffen blikje is bemonsterd en voorzien van SIN AAHI6577NL#01 (zaaksdossier 02, p. 106). Het NFI heeft deze bemonstering (speeksel) aan DNA-onderzoek onderworpen en geconcludeerd dat sprake is van een DNA-profiel van een man (zaaksdossier 02, p. 123). Uit onderzoek door het NFI bleek dat het enkelvoudig DNA-profiel dat werd aangetroffen in de bemonstering SIN AAHI6577NL#01 overeenkomt met het DNA-profielcluster 42002 van de verdachte, zodat het celmateriaal van hem afkomstig kan zijn. De matchkans van het DNA-spoor met het DNA-profiel van de verdachte is daarbij bepaald op kleiner dan één op één miljard (zaaksdossier 02, p. 130).
Het hof verbindt hieraan de conclusie dat het DNA-spoor op het blikje Red Bull aangetroffen in de ruimte die was ingericht voor de bereiding van amfetamine, afkomstig is van de verdachte.
Op te leggen sanctie
Het hof heeft bij de bepaling van de op te leggen straf gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarnaast is gelet op de verhouding tot andere strafbare feiten, zoals onder meer tot uitdrukking komende in het hierop gestelde wettelijk strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd.
Verdachte heeft zich samen met anderen schuldig gemaakt aan de productie van amfetamine en het voorhanden hebben van een hoeveelheid amfetamine-olie.
Het produceren van amfetamine is een zeer ernstig strafbaar feit. De opslag van chemicaliën ten behoeve van deze productie en de uiteindelijke productie van synthetische drugs, zoals de harddrug amfetamine, brengen ernstige gevaren met zich mee. Zo bestaat er gevaar voor brand, ontploffing en het vrijkomen van giftige stoffen. Daarnaast leveren harddrugs voor gebruikers ernstige gezondheidsrisico’s op. Ook gaat de productie van en de handel in harddrugs gepaard met diverse vormen van ondermijnende criminaliteit. Met de handel in harddrugs wordt snel en veel geld verdiend.
Naar het oordeel van het hof kan gelet op de ernst van het bewezenverklaarde in de verhouding tot andere strafbare feiten, zoals onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijk strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd, niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf die onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming voor de hierna te vermelden duur met zich brengt.
Het hof weegt bij het bepalen van de strafmaat mee dat, zoals blijkt uit het de verdachte betreffende Uittreksel uit de Justitiële Documentatie d.d. 29 juli 2021, de verdachte voorafgaand aan de onderhavige strafbare feiten niet eerder ter zake van soortgelijke feiten is veroordeeld. Voorts blijkt uit voormeld uittreksel de toepasselijkheid van artikel 63 van het Wetboek van Strafrecht. Daarnaast heeft het hof acht geslagen op hetgeen ter terechtzitting in hoger beroep overigens naar voren is gebracht met betrekking tot de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.
Tevens neemt het hof in aanmerking dat de bewezenverklaring van feit 1 is beperkt tot het medeplegen van het produceren van amfetamine gedurende (ongeveer) 1 dag.
Alles afwegende acht het hof de door de rechtbank opgelegde gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden een passende straf.
Het hof ziet geen aanleiding, om zoals door de advocaat-generaal gevorderd, naast een gevangenisstraf tevens een geldboete op te leggen.
Redelijke termijn
Het hof stelt vast dat de redelijke termijn zoals bedoeld in artikel 6 EVRM in hoger beroep is overschreden, nu namens de verdachte op 4 juni 2019 hoger beroep is ingesteld en het hof arrest wijst op 28 oktober 2021. In de fase van het hoger beroep is de redelijke termijn derhalve met bijna 5 maanden, overschreden. Het hof is van oordeel dat, gelet op genoemd procesverloop, de behandeling van de zaak in hoger beroep niet binnen een redelijke termijn heeft plaatsgevonden en dat dit matiging van de op te leggen straf tot gevolg moet hebben.
Zonder schending van de redelijke termijn zou een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden passend zijn geweest, zoals hierboven is overwogen. Nu evenwel de redelijke termijn is geschonden, zal worden volstaan met het opleggen van de hierna aan te geven straf.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De beslissing is gegrond op de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet en de artikelen 47, 57 en 63 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze ten tijde van het bewezenverklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van het wijzen van dit arrest rechtens gelden.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep ten aanzien van de opgelegde straf en doet in zoverre opnieuw recht.
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
11 (elf) maanden.
Beveelt dat de tijd die door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in enige in artikel 27, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht bedoelde vorm van voorarrest is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht, voor zover die tijd niet reeds op een andere straf in mindering is gebracht.
Bevestigt het vonnis waarvan beroep voor het overige, met inachtneming van hetgeen hiervoor is overwogen.
Aldus gewezen door:
mr. K. van der Meijde, voorzitter,
mr. S. Riemens en mr. S.V. Pelsser, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. M.R.G.H. van Outheusden, griffier,
en op 28 oktober 2021 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Mr. Pelsser is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.

Bewijsmiddelenbijlage

Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt – tenzij anders vermeld – bedoeld een proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren opgenomen in het zaaksdossier 02 (doorgenummerde pagina’s
1-423), deeluitmakend van het einddossier van de Landelijke Eenheid, Dienst Landelijke Recherche, Team Generieke Opsporing 6 (DLR), onderzoek 26SharonHill / LERBA17009, 26SharonHill/26Scappoose, afgesloten d.d. 18 juli 2018.

1. Proces-verbaal van bevindingen onderzoek [adres 2] Lunteren, op 29 november 2017 op ambtsbelofte opgemaakt door verbalisant [verbalisant 1] , pagina’s 64 tot en met 72):

(p. 64)
Ik heb op dinsdag 28 november 2017 omstreeks 00:10 uur en later een onderzoek ingesteld op het perceel [adres 2] te Lunteren.
Onderzoek:
Ter plaatse werd mij door een lid van het arrestatieteam de labruimten gewezen. Ik zag dat linksvoor de woning een schuur stond waar links en rechts deuren open stonden. Ik zag dat de beide ruimten geheel in gebruik waren voor de illegale vervaardiging van vermoedelijk amfetamine. Ik rook voor de deuren dat er een typerende geur, die ik herken als behorend bij de illegale vervaardiging van amfetamine, uit beide ruimten kwam. Ik zag dat in deze ruimten ketels, vaten en glaswerk stonden die ik herken als behorend bij de grootschalige vervaardiging van amfetamine.
Ik zag, met behulp van een warmtebeeldcamera, dat er in beide ruimten meerdere vaten een veel hogere temperatuur dan de overige goederen in de ruimten hadden. Vermoedelijk had er enkele uren hiervoor bewerking van amfetamine in de ruimten plaatsgevonden.
Ik zag dat rechts van de woning een carport stond. Ik zag dat het linkergedeelte van deze carport overdekt was en dat hier een deur openstond. Ik zag in deze ruimte een destillatieopstelling staan met in werking zijnde branders onder de stoomgenerator en de destillatieketel. Ik rook een zeer sterke geur van amfetamine en zag dat er uit de koeler van de destillatieopstelling er vloeistof werd opgevangen in een maatbeker. Ik zag dat er twee fasen vloeistof in de maatbeker aanwezig waren. Dit is typerend voor een stoomdestillatie zoals die bij het zuiveren voor amfetamine gebruikt wordt.
Ik zag dat deze ruimte geheel in gebruik was voor de illegale vervaardiging van amfetamine.
Ik heb mijn bevindingen gedeeld met inmiddels ter plaatse gekomen collega’s van het onderzoeksteam en aangegeven dat voornoemde ruimten gezamenlijk gebruikt en/of bestemd zijn voor de grootschalige vervaardiging van amfetamine.
In verband met het nachtelijke tijdstip is uit veiligheidsoverwegingen de situatie gestabiliseerd en bewaakt waarna vanaf 10.00 uur er door mij en collega [verbalisant 2] nader onderzoek is uitgevoerd naar de voornoemde ruimten.
(p. 65)
Ontmanteling Labruimten:
Ik heb nadat de voornoemde FTO medewerkers hun onderzoek hadden beëindigd, samen met mijn collega [verbalisant 2] , alle goederen in de voornoemde ruimten nader onderzocht, beschreven, gefotografeerd en deels bemonsterd. Hiervan wordt later een inventarislijst opgesteld.
Interpretatie LFO:
De op het perceel aangetroffen schuur en carport waren in zijn geheel in gebruik voor de zeer grootschalige vervaardiging van Amfetamine vanuit BMK m.b.v. de Leuckartsynthese.
(p. 66 e.v.)
SIN-sticker
LFO code
Omschrijving
Lab Ruimte = L
L-1
Doos van 50 liter rondbodemkolf met daarin afval en een kapotte 20 liter 3 hals rondbodemkolf en een kapotte 50 liter rondbodemkolf
AAIY5743NL
L-2
RVS zelfbouw reactieketel (hoogte 80 cm, diameter 80 cm) met reflux (H: 110 cm diameter 32 cm), inhoud circa 400 liter. Op de ketel is een roermotor gemonteerd. Vanaf de bovenzijde reflux een slang naar een dopvat, inhoudsmaat 200 liter (gaswasser) met daarin circa 180 liter licht zure vloeistof (PH4). In de ketel een restant groene vloeistof met olieachtige drijfogen.
AAIY5744NL
L-3
RVS zelfbouw reactieketel (hoogte 70 cm, diameter 70 cm) met reflux (H: 70 cm diameter 34 cm), inhoud circa 270 liter. Vanaf de bovenzijde reflux een slang naar een dopvat, inhoudsmaat 200 liter (gaswasser) met daarin circa 160 liter licht zure vloeistof (PH4). In de ketel een restant groene vloeistof met olieachtige drijfogen. Onder de ketel lag een gasbrander aangesloten op een gasfles.
L-4
IBC, inhoudsmaat 1000 liter met daarin circa 750 liter zure (PH-2) heldere vloeistof.
AAIY5745NL
L-5
5 brandersteunen
2 ringen tbv 50 liter rondbodemkolf met daarop 2 maal 20 liter 3 hals rondbodemkolf, allen vervuild en met restant bruine olieachtige vloeistof. 50 liter rondbodemkolf bemonsterd.
4 spiraal koelers aangesloten op water, 2 x 110 cm lang, 1x 80 cm lang en 1x 70 cm lang.
Afvoer van koelwater, slangen door muur geboord en naar bodem buiten afgevoerd.
L-6
Lege IBC, inhoudsmaat 1000 liter
L-7
Klemdekselvat, inhoudsmaat 120 liter, voor circa ¾ gevuld met een dikke sterke basische drap
L-8
Pallet met daarop o.a.:
- 2 ringen tbv 50 liter rondbodemkolf
- diverse gereedschap
- Tie-wraps
- aansteker
- rol vuurvast koord
- scheitrechter
- 1 lege zak caustic soda.
L-9
4 jerrycans, inhoudsmaat 20 liter, leeg met restanten heldere rokende zure vloeistof
L-10
Gebruikte verwarmingsdeken tbv 200 liter klemdekselvat
AAIY5746NL
L-11
Pallet met daarop 20 zakken, inhoudsmaat 25 kg, caustic soda merk Atz Natron en 8 losse zakken, inhoudsmaat 25 kg, caustic soda merk HATP
AAIY5747NL
L-12
6 jerrycans inhoudsmaat 20 liter en 5 jerrycans inhoudsmaat 25 liter, met stift opschrift ‘MIR’ allen geheel gevuld met een heldere zure vloeistof met de geur van mierenzuur.
AAIY5748NL
L-13
2 dopvaten, inhoudsmaat 200 liter, etiket formamide. 1 keer vol, 1 keer voor circa 1/3 gevuld met heldere neutrale vloeistof en 2 jerrycans, inhoudsmaat 25 liter, met stift opschrift ‘FOR’ gevuld met heldere neutrale vloeistof. FD=> formamide.
L-14
Klemdekselvat, inhoudsmaat 200 liter, voor circa ¾ gevuld met een olieachtige vloeistof met de geur van BMK.
AAIY5749NL
L-15
Klemdekselvat, inhoudsmaat 200 liter, met circa 90 liter zure olieachtige vloeistof met de geur van BMK en Klemdekselvat, inhoudsmaat 200 liter, met circa 70 liter zure olieachtige vloeistof met de geur van BMK (monster).
L-16
3 gasflessen en 3 gasflessen aangesloten op gasbrander
L-17
Maatbeker, inhoudsmaat 5000 ml met daarin circa 2000 ml vloeistof waarvan circa 300 ml olieachtige drijflaag, vermoedelijk 1e fase met drijflaag N-formylamfetamine.
L-18
8 jerrycans, inhoudsmaat 20 liter, allen leeg vervuild met restanten bruine olieachtige vloeistof.
L-19
Jerrycan, inhoudsmaat 20 liter, geheel gevuld met een heldere rokende sterke zure vloeistof.
Volkswagen [kenteken] = B
AAIQ3985NL
B-1
RVS zelfbouw reactieketel (hoogte 100 cm, diameter 80 cm) met los erbij een koeler (H: 80 cm diameter 12 cm), inhoud circa 500 liter. Op de ketel is een roermotor gemonteerd. In de ketel een restant bruine olieachtige vloeistof.
AAIY5750NL
B-2
5 jerrycans, inhoudsmaat 20 liter en 1 jerrycan, inhoudsmaat 25 liter, allen geheel gevuld met een heldere zure rokende vloeistof.
B-3
2 gasflessen
AAIQ3986NL
B-4
4 gasbranders
2 pollepels
Maatbeker
Tas met doppen voor jerrycans
Slangen
Vloeistofpomp
Big-shopper tas met daarin plastic zak met circa 10 kg geel poeder, geur APAA(N), FD => APAA (monster).
Opslag en loogruimte = O
O-1
Slakkenhuis afzuiging
O-2
20 gasflessen, waarvan er nog 13 verzegeld waren
AAIY5751NL
O-3
IBC, inhoudsmaat 1000 liter, geheel gevuld met een sterk basische waterige vloeistof met olieachtige drijflaag.
O-4
Dopvat, inhoudsmaat 200 liter, leeg met etiket formamide.
O-6
Vloeistofpomp.
O-7
19 lege zakken caustic soda, inhoudsmaat 25 kg.
AAIY5752NL
O-8
2 klemdekselvaten, inhoudsmaat 200 liter, leeg met restant basische vloeistof met drijfogen
4 klemdekselvaten, inhoudsmaat 120 liter, waarvan 2 leeg met restanten basische vloeistof met drijfogen, 1 voor circa de helft gevuld en 1 voor circa 3/5 (monster) gevuld met een waterige, sterk basische vloeistof met een dunne olieachtige drijflaag.
4 vervuilde maatbekers, inhoudsmaat 5000 ml met de geur van amfetamine achtige stoffen.
O-9
4 jerrycans, inhoudsmaat 20 liter, leeg en vervuild met restanten bruine olieachtige vloeistof, geur amfetamine achtige stoffen
6 jerrycans, inhoudsmaat 10 liter, leeg en ongebruikt.
O-10
Spiraal koeler en glazen koppelstukken.
Destillatie ruimte = D
AAIY5742NL
D-1
Destillatie opstelling met stoomgenerator en destillatieketel, gemodificeerde industriële ketels. S
Stoomgenerator met daaronder 3 gasbranders, elk aangesloten op gasfles.
Destillatieketel (hoogte 74 cm en diameter 45 cm), inhoud circa 115 liter met daarin nog circa 30 liter basische bruine vloeistof. Onder de destillatieketel waren 2 gasbranders bevestigd, samen aangesloten op 1 gasfles. Onder de uitloop van de koeler stond een maatbeker, inhoudsmaat 5000 ml met daarin circa 2400 ml vloeistof waarvan circa 1700 ml als olieachtige drijflaag. Naast deze maatbeker stond een maatbeker, inhoudsmaat 5000 ml met daarin circa 6000 ml vloeistof, waarvan circa 4000 ml olieachtige drijflaag. FD en Kleurreactietest olielaag => amfetamine.
D-2
4 jerrycans, inhoudsmaat 25 liter, allen geheel gevuld met dik stroperige bruine drab (destillatieafval) en een maatbeker, inhoudsmaat 5000 ml met circa 2500 ml dik stroperige bruine drab.
D-3
10 jerrycans, inhoudsmaat 10 liter, allen leeg en ongebruikt.
D-4
Aubain marie bak, LxBxH 150x77x76 met een deksel met 2 ronde gaten met een diameter van 60 cm.
In deze bak stonden o.a. 4 jerrycans, inhoudsmaat 25 liter, 3 geheel gevuld en 1 voor circa ½ gevuld met een dik stroperige bruine drap.
RVS kokers, 3 van 4x4 cm en 2 van 2x2 cm.
D-5
Aanrecht met o.a.:
- 2 x lege en ongebruikte jerrycan, inhoudsmaat 10 liter en in 1 jerrycan een trechter
- waterslang
- 3 x fles, inhoudsmaat 1 liter, bio-ethanol
- 6 maatbekers, inhoudsmaat 5000 ml, allen leeg
- maatbeker, inhoudsmaat 2000 ml met daarin circa 600 ml vloeistof met daarvan een olieachtige drijflaag van circa 200 ml
- maatbeker, inhoudsmaat 5000 ml, met daarin circa 2600 ml vloeistof met daarvan een olieachtige drijflaag van circa 1500 ml
- 3 gasbranders
- pollepel
(Huis/woning) = H
H-1
Zelfbouw RVS destillatieketel (hoogte 57 cm, diameter 45 cm) inhoud circa 90 liter, schoon en leeg.
Steun tbv destillatiekoeler.
H-2
Tot stoomgenerator gemodificeerd bierfust
H-3
Deksel t.b.v. 200 liter klemdekselvat met roermotor
H-4
2 gasbranders
H-5
In gangkast, jerrycan, inhoudsmaat 25 liter, etiket zwavelzuur met daarin circa 10 liter sterk zure lijvige vloeistof, FD => zwavelzuur
H-6
4 jerrycans, inhoudsmaat 25 liter, 3 geheel gevuld en 1 voor de helft gevuld met een heldere sterk zure rokende vloeistof.

2. Proces-verbaal van bevindingen, op 28 november 2017 op ambtseed opgemaakt door verbalisant [verbalisant 7] (pagina’s 77 tot en met 79):

Op dinsdag 28 november 2017, vanaf ongeveer 00.15 uur, was ik als hulpofficier van justitie aanwezig op perceel [adres 2] te Lunteren, gemeente Ede. Aldaar was kort daarvoor in twee schuren een in werking zijnd laboratorium aangetroffen waar vermoedelijk amfetamine werd geproduceerd, zijnde een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst 1. Door leden van een aanhoudingsteam van de Dienst Speciale Interventies (DSI), waren in verband daarmee op dinsdag 28 november 2017 om 00.01 uur twee verdachten aangehouden, die later opgaven te zijn:
[medeverdachte] en [verdachte] .
De commandant van het aanhoudingsteam van de DSI deelde het volgende mee:
In de avond van 27 november 2017 deelde het onderzoeksteam aan DSI mee, dat er op dat moment vermoedelijk personen met de productie van verdovende middelen bezig waren in een laboratorium in een schuur op genoemd perceel. Die avond observeerden leden van de DSI het perceel en constateerden dat er in twee schuren links en rechts naast de woning activiteiten plaats vonden, vermoedelijk van een drugslaboratorium. Er stonden meerdere voertuigen (auto’s) op het terrein. Door de DSI werd het terrein omsingeld. Op 27 november 2017 omstreeks 23.53 uur reden zij met voertuigen het erf op, zij voerden daarbij blauw zwaailicht om kenbaar te maken dat het om een politieactie ging. Leden van het Landelijk Team Faciliteit Ontmantelen (LFO) gingen met hen mee en kwamen daar gelijktijdig aan.
Vervolgens bekeken leden van de DSI de twee schuren. Zij constateerden dat in beide schuren op dat moment kennelijk geproduceerd werd in een drugslaboratorium. Enkele minuten later zagen leden van de DSI dat een man probeerde aan de achterzijde van de woning door een deur of raam naar buiten te komen. De DSI zag in de woning nog een man. Kennelijk nadat hem duidelijk werd dat ook aan de achterzijde van de woning politie aanwezig was, ging de man die naar buiten had proberen te komen, weer naar binnen. Vervolgens praatten leden van de DSI de twee naar buiten. De twee mannen kwamen vervolgens aan de voorzijde door een deur naar buiten.
(p. 78)
Op het moment dat de mannen naar buiten kwamen werden zij in/bij de deuropening door leden van de DSI aangehouden, op 28 november 2017, om 00.01 uur. De informatie was dat er vermoedelijk nog meer mensen op het terrein waren. Desgevraagd werd door één van de twee aangehouden personen gezegd dat ze met 4 personen waren.
Leden van de DSI gingen naar het linker deel van de woning. Ze zagen dat er rechts een houten deur was, kennelijk naar een andere ruimte van de woning. Zij probeerden deze te openen. Terwijl ze daarmee bezig waren, zagen ze vanuit die positie door het raam een man in het rechter deel van de woning. Deze zei hen dat hij de bewoner was en een sleutel van de deur had. Vervolgens kwam hij aan de voorzijde van de woning naar buiten. De bewoner, J.W.F. van Dooijeweert, werd op dat moment voor de veiligheid geboeid, waarna leden van de DSI direct dit deel van de woning binnengingen. Daarbij troffen zij op de eerste verdieping in een slaapkamer een bed aan waar zij voor de veiligheid het matras vanaf trokken. Daarbij werd een zakje met wit poeder zichtbaar, gelijkend op amfetamine, dat kennelijk onder het matras had gelegen. Ik zag dat, toen de commandant van het aanhoudingsteam van de DSI mij dit vertelde, het zakje nog op dezelfde wijze op de matrasbodem lag.
Op 28 november 2017 om 00.39 werd voor mij geleid een man die opgaf te zijn:
[medeverdachte] ,
geboren [geboortedag medeverdachte ] te [geboorteplaats medeverdachte ] ,
wonende [adres medeverdachte] .
Ik deelde hem mee dat hij was aangehouden als verdachte.
Op 28 november 2017 om 00.43 werd voor mij geleid een man die opgaf te zijn:
[verdachte] ,
geboren [geboortedatum verdachte] te [geboorteplaats] ,
[adres 3] .
Ik deelde hem mee dat hij was aangehouden als verdachte.

3. Proces-verbaal van bevindingen, op 25 december 2017 op ambtsbelofte opgemaakt door verbalisant [verbalisant 3] (pagina’s 83 tot en met 88):

(p. 83)
Locatie aangetroffen productieruimtes
Perceel [adres 2] te Lunteren betreft een in het bosrijke buitengebied van Lunteren gelegen woning, met diverse bijgebouwen, een in het bos gelegen bungalow en een weiland.
De hoofdoprit van de openbare weg de Beukenlaan naar dit perceel is voorzien van een toegangshek.
Vanaf de hoofdoprit gezien bevond zich links voor de woning een schuur waar op het moment van optreden amfetamine werd vervaardigd.
Vanaf de hoofdoprit gezien bevond zich rechts voor de woning (op naar schatting 2 tot 2,5 meter afstand van de woning) een carport waarvan het overdekte linker gedeelte was voorzien van een toegangsdeur. In deze ruimte werd tijdens het betreden van het perceel een in werking zijnde destillatieopstelling voor het vervaardigen van amfetamine aangetroffen.
(p. 85)
Ruimtes aanhoudingen verdachten [medeverdachte] en [verdachte]
Ik heb vervolgens een nader onderzoek ingesteld in de ruimtes waar de verdachten [medeverdachte] en [verdachte] werden opgemerkt en kort daarna werden aangehouden op het moment van het betreden van het perceel door de politie (DSI). Ik zag dat deze ruimtes waren gelegen aan de linkerzijde van de woning en via een smalle gang waren verbonden met de woning.
Ik zag dat deze ruimtes alleen waren te betreden vanaf de buitenzijde middels een toegangsdeur in de gang en niet rechtstreeks vanuit de woning. Ik zag dat deze beide ruimtes zich op zeer korte loopafstand bevonden van de schuur en de carport waar de productie van amfetamine plaatsvond.
(p. 86)
Vervolgens ben ik, verbalisant, via deze gang naar links gelopen.
Aan het einde van deze gang zag ik dat zich daar twee ruimtes bevonden, een ruimte aan de linkerzijde en een ruimte aan de rechterzijde. Ik zag in de linker ruimte een aantal kledingstukken op de grond lagen. Tevens stonden er 3 paar schoenen. Gezien de kledingstukken en schoenen werd deze kamer kennelijk gebruikt om zich om te kleden. Ook zag ik dat in deze kamer een viertal jerrycans stonden met daarin chemicaliën (zoutzuur). Het is mij ambtshalve bekend dat deze chemicaliën gebruikt worden voor de productie van synthetische drugs (overzichtstekening van voornoemde ruimten (pagina 88).
Gezien het feit dat de toegangsdeur naar de woning was geblokkeerd, de in deze ruimte aangetroffen voorwerpen en het ontbreken van voorwerpen die redelijkerwijze aanwezig zijn wanneer een ruimte feitelijk wordt bewoond had ik het vermoeden dat deze ruimte niet werd gebruikt als woonruimte maar als opslag/voorraad ruimte voor voorwerpen/goederen die worden gebruikt voor de productie van synthetische drugs. Kennelijk werden deze ruimtes ook door de verdachten gebruikt om zich om te kleden en om zodoende “werkkleding” te dragen tijdens het produceren van de amfetamine.
Ten tijde van de aanhouding droegen de verdachten [medeverdachte] en [verdachte] hoge werklaarzen en waren ze gekleed in een training/joggingsbroek en witkleurige sweaters.
(p. 87)
Vervolgens ben ik naar de rechterruimte gegaan. Dit betrof ook de ruimte waar de verdachten [medeverdachte] en [verdachte] , kort na het betreden van het perceel door de politie, werden opgemerkt en waar vanuit zij kennelijk aan de achterzijde van deze ruimte naar buiten probeerden te komen.
Ik zag in deze kamer een drukvat, een destillatieketel en een roermixer staan. Ambtshalve is het mij bekend dat deze voorwerpen gebruikt worden voor de productie van synthetische drugs. Deze voorwerpen zijn ook in beslag genomen.
Gezien het feit dat de toegangsdeur naar de woning was geblokkeerd, de in deze ruimte aangetroffen voorwerpen en het ontbreken van voorwerpen die redelijkerwijze aanwezig zijn wanneer een ruimte feitelijk wordt bewoond had ik het vermoeden dat deze ruimte niet werd gebruikt als woonruimte maar als een opslagruimte voor voorwerpen/goederen die worden gebruikt voor de productie van synthetische drugs.

4. Proces-verbaal Forensisch onderzoek plaats delict, met fotobijlage, op 1 december 2017 op ambtseed opgemaakt door verbalisant [verbalisant 4] (pagina’s 103 tot en met 120):

(p. 103)
Onderzoek Plaats delict
In het bijzijn van collega [verbalisant 5] heb ik een forensisch onderzoek ingesteld. Collega [verbalisant 5] heeft enkele bemonsteringen uitgevoerd en deze sporen voor een DNA-vervolgonderzoek veiliggesteld. In overleg met de tactisch coördinator [verbalisant 3] , Team 6 Zwolle, heb ik sporendragers veiliggesteld die mogelijk van de voornoemde verdachten afkomstig zijn.
Op het perceel stond een landhuis, met enkele bijgebouwen. (..) Ruimte A was gelegen in de woning. (..) In ruimte A was volgens tactische informatie de ruimte alwaar de verdachten in dit onderzoek verbleven. Onderstaand genoemde goederen, relateren mogelijk aan de verdachten van de amfetamineproductie. Deze goederen lagen verspreid op de vloer in de kamer, ruimte A.
In ruimte A heb ik veiliggesteld:
- SIN AAHI6566NL, witte latex handschoen.
(p. 104)
Ruimte C, het linker bijgebouw, betrof een houten schuur verdeeld in twee ruimten. De ruimte achter was ingericht voor de eerste stap van de Leuckartsynthese voor de bereiding van amfetamine. In ruimte C, trof ik diverse sporendragers die mogelijk van de verdachten afkomstig waren. Onderstaand genoemde sporendragers heb ik veiliggesteld en voorzien van:
- SIN AAHI6575NL (relatie met AAHI6577NL), blikje Red Bull;
(p. 105)
- SIN AAHI6579NL (relatie met AAHI6580NL), flesje Coca Cola;
(p.106)
De volgende sporen/sporendragers werden in het belang van de bewijsvoering en/of nader onderzoek veiliggesteld:
- SIN AAHI6577NL (relatie met AAHI6575NL), speeksel blikje Red Bull ruimte C.

5. Rapport van het Nederlands Forensisch Instituut d.d. 27 december 2017 met zaaknummer 2017.12.15.139 (aanvraag 001), opgemaakt door [medwerker NFI 2] , pagina’s 122-124:

Resultaten en conclusie
Tabel 1 Resultaten, interpretatie en conclusie van het vergelijkend DNA-onderzoek
SIN en omschrijving
Beschrijving DNA-profiel
Celmateriaal kan afkomstig zijn van
Matchkans
AAHI6577NL#01
DNA-profiel van een man
Onbekende B (man)
Kleiner dan één op één miljard

6. Rapport van het Nederlands Forensisch Instituut d.d. 11 januari 2018 met zaaknummer 2017.12.27.081 (aanvraag 001), opgemaakt door Ing. R.E.J. van Wijk, pagina 128-130):

(p. 128)
DNA-onderzoek
Aan het referentiemonster wangslijmvlies RABL7935NL van de verdachte [verdachte]
is DNA-onderzoek verricht. Van het DNA in dit referentiemonster is een DNA-profiel verkregen.
DNA-databank
Het DNA-profiel RABL7935NL van de verdachte [verdachte] is op 8 januari 2018 opgenomen in de Nederlandse DNA-databank voor strafzaken en wordt sindsdien vergeleken met de daarin aanwezige DNA-profielen. Bij deze vergelijking is tot op heden één match gevonden. Deze matchende DNA-profielen zijn geregistreerd onder DNA-proflelcluster 42002.
Bovenstaande betekent dat DNA in het sporenmateriaal met het identiteitszegel AAHI6577NL#01, uit DNA-profielcluster 42002, afkomstig kan zijn van de verdachte [verdachte] (
hof: het betreft hier het DNA-spoor dat is aangetroffen op een blikje Red Bull in ruimte C).
(p. 130)
Bijlage: DNA-profielcluster 42002
Omschrijving onderzoeksmateriaal: een referentiemonster wangslijmvlies van [verdachte] , geboren op [geboortedatum verdachte] .
DNA-identiteitszegel: RABL7935NL
(..)
Omschrijving onderzoeksmateriaal: een bemonstering met DNA-identiteitszegel: AAHI6577NL#01
Matchkans DNA-profiel: kleiner dan één op één miljard

7. Proces-verbaal, DNA onderzoek aan handschoen, op 30 april 2019 op ambtsbelofte opgemaakt door verbalisant [medewerker NFI 1] , pagina’s 137-154):

(p. 144)
Onderzoek handschoen met SIN AAHI6566NL onderzoek uitgevoerd op 24-04-2018
Ik zag dat het de volgende sporendrager betrof: handschoen, latex, kleur wit.
(p. 145)
Bijzonderheden: ruimte A, verblijfsruimte in woning. Ik zag dat het twee latexhandschoenen betrof die allebei met de binnenkant naar buiten toe zijn aangeleverd. Ik zag dat een van de latex handschoenen om een gele huishandschoen was gekeerd. De andere handschoen zat hieraan vast. (..) Ik heb de latexhandschoenen benoemd als 1 en 2, waarbij handschoen 1 de handschoen is die niet om de gele huishoudhandschoen is gekeerd.
(p. 146)
Biologische contactpersonen latex handschoenen van SIN AAHI6566NL
Ik heb de binnenkant van de latex handschoenen bemonsterd. Ik heb de sporen veiliggesteld, gewaarmerkt en verzegeld:
SIN AAFZ0375NL (relatie met AAHI6566NL), bemonstering binnenkant handschoen 1 aahi6566nl.
SIN AAFZ0374NL (relatie met AAHI6566NL), bemonstering binnenkant handschoen 2 aahi6566nl.
SIN AAFZ0373NL (relatie met AAHI6566NL), bemonstering wijsvinger handschoen 2 aahi6566nl.
(p. 147-148)
Ik zag dat in een gele huishoudhandschoen (
hof: de handschoen waar omheen latex handschoen 2 gekeerd zat) een tweede huishoudhandschoen aanwezig was. Deze handschoenen heb ik handschoen 3 en 4 genoemd.
(..)
Ik heb de binnenkant van de huishoudhandschoen 3 en 4 bemonsterd met elk twee stubs. (..) Ik heb de sporen veiliggesteld, gewaarmerkt en verzegeld:
SIN AAFZ0372NL (relatie met AAHI6566NL), 2 stubs binnenkant handschoen 3
(p. 148)
SIN AAKX5797NL (relatie met AAHI6566NL), 2 stubs binnenkant handschoen 4.

8. Een aanvullend (los opgenomen in het dossier) proces-verbaal van bevindingen met documentcode 26Scappoose-00174, op 8 oktober 2018 op ambtseed opgemaakt door verbalisant [verbalisant 6] , met daarbij gevoegd bijlage 41 (genummerd als pagina’s 425-434):

Dit proces-verbaal betreft een aanvulling op het zaaksdossier 02: Drugslaboratorium en Chemicaliënopslag [adres 2] Lunteren.
Onderzoek NFI diverse handschoenen (1)
Door het NFI is onderzoek verricht aan sporenmateriaal veiliggesteld op de [adres 2] te Lunteren. Uit dit onderzoek kwam het volgende naar voren.
Er werd viermaal een (afgeleid) DNA profiel van verdachte [medeverdachte] aangetroffen met een matchkans van kleiner dan een op een miljard. Zijn DNA profiel werd aangetroffen op of aan de binnenkant van handschoenen, aangetroffen in ruimte A; de zogenoemde verblijf/verkleedruimte in de woning waar meerdere kledingstukken lagen.
Ruimte A betreft tevens de ruimte van waaruit verdachten [medeverdachte] en [verdachte] probeerden te vluchten op de dag van hun aanhouding op 28 november 2017.

9. NFI-rapport naar aanleiding van een delict gepleegd in Lunteren op 28 november 2018, van 31 juli 2018, zaaknummer 2018.07.17.103 (aanvraag 001) van [medwerker NFI 3] , als bijlage 41 los opgenomen in het dossier (pagina’s 425 tot en met 434):

Het in tabel 1 vermelde sporenmateriaal is onderworpen aan een DNA-onderzoek.
Tabel 1 Resultaten, interpretatie en conclusie vergelijkend DNA-onderzoek
SIN en omschrijving
Beschrijving DNA-profiel
Celmateriaal kan afkomstig zijn van
Matchkans
AAFZ0373NL#01
DNA-profiel van een man
[medeverdachte]
Kleiner dan een op een miljard
AAFZ0374NL#01
Afgeleid DNA-hoofdprofiel van een man
[medeverdachte]
Kleiner dan een op een miljard
AAFZ0375NL#01
DNA-profiel van een man
[medeverdachte]
Kleiner dan een op een miljard
AAKX5797NL#01
DNA-profiel van een man
[medeverdachte]
Kleiner dan een op een miljard
Tabel 2 Overzicht opgenomen en vergeleken DNA-profielen
SIN
Datum opname
Celmateriaal kan afkomstig zijn van
DNA-profielcluster
AAFZ0373NL#01
26-07-2018
[medeverdachte]
27841

10. Rapport van het NFI van 19 december 2017, drugsonderzoek aan materialen aangetroffen op de locatie [adres 2] te Lunteren, met zaaknummer 2017.12.05.183 (aanvraag 001) van [medewerker NFI 4] , pagina’s 166 tot en met 170:

(p. 168)
Resultaten.
De resultaten van het onderzoek zijn vermeld in tabel 1. Van vloeistoffen die uit meerdere lagen bestaan, zijn alleen de hoofdcomponent(en) van de olieachtige laag vermeld.
Tabel 1 Onderzoeksmateriaal en resultaat
Kenmerk
Omschrijving
Resultaat
AAIY5743NL / L-2
Monster bruine olieachtige resten en een blauwe vloeistof
Bevat
N-formylamfetamine
AAIY5744NL / L-3
Monster bruine olieachtige resten en een blauwe vloeistof
Beval
N-formylamfetamine
AAIY5645NL / L-5
Monster bruine vloeistof
Bevat amfetamine in een sterk zure waterige vloeistof
AAIY5746NL / L-11
Monster witte korrels
Bevat natriumhydroxide (conform etiket)
AAIY5747NL / L-12
Monster kleurloze vloeistof
Bevat mierenzuur
AAIY5748NL / L-13
Monster kleurloze vloeistof
Bevat formamide
AAIY5749NL / L-15
Monster bruine olieachtige resten op een lichtgele vloeistof
Beval
N-formylamfetamine
AAIQ3985NL / B-1
Monster donkerkleurige olieachtige vloeistof op een donkergroene vloeistof
Bevat BMK
AAIY5750NL / B-2
Monster kleurloze vloeistof
Bevat (geconcentreerd) zoutzuur
AAIQ3986NL / B-4
Monster geel poeder en brokjes
Bevat APAA
AAIY5751NL / O-3
Monster bruine olieachtige resten op een kleurloze vloeistof
Bevat amfetamine
AAIY5752NL / O-8
Monster bruine olieachtige resten op een kleurloze vloeistof
Bevat amfetamine
AAIY5742NL / D-1
Monster kleurloze olieachtige vloeistof op een geringe kleurloze vloeistof
Bevat amfetamine
(p. 170)
Conclusie
In het onderzoeksmateriaal is amfetamine, BMK en zoutzuur aangetoond.
Een groot deel van het onderzoeksmateriaal is gerelateerd aan de vervaardiging van amfetamine uit BMK met de Leuckartmethode.
Daarnaast is een deel van het onderzoeksmateriaal te relateren aan de vervaardiging van BMK uit APAA(N) met zoutzuur.