ECLI:NL:GHSHE:2021:4310

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
8 oktober 2021
Publicatiedatum
10 februari 2022
Zaaknummer
20-001003-21
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen vonnis van de politierechter in de rechtbank Oost-Brabant inzake poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen

Op 8 oktober 2021 heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch uitspraak gedaan in een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Oost-Brabant. De zaak betreft een verdachte die op 27 februari 2020 in [plaats] betrokken was bij een poging tot diefstal, gepleegd door twee of meer verenigde personen. De verdachte had zich toegang verschaft tot de plaats van het misdrijf door middel van braak of verbreking. Het oorspronkelijke vonnis van de politierechter, gewezen op 7 april 2021, werd vernietigd door het hof.

Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 90 dagen, waarvan 60 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren. Daarnaast is er een taakstraf van 100 uren opgelegd. Het hof heeft bepaald dat een gedeelte van de gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de verdachte zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit. De beslissing is gegrond op verschillende artikelen van het Wetboek van Strafrecht, die ten tijde van het bewezenverklaarde en het wijzen van het arrest van toepassing waren.

Deze uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van de enkelvoudige kamer voor strafzaken en is mondeling uitgesproken op de openbare terechtzitting van het gerechtshof. De zaak is geregistreerd onder parketnummer 20-001003-21 en is gepubliceerd in verband met een ingesteld cassatieberoep.

Uitspraak

Parketnummer: 20-001003-21

Uitspraak : 8 oktober 2021
TEGENSPRAAK
Arrest van de enkelvoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof, gewezen op het beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Oost-Brabant, zittingslocatie ’s-Hertogenbosch, van 7 april 2021, in de strafzaak onder parketnummer 01-028714-21 tegen:

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1991,
wonende te [adres] .
Kwalificatie
Het primair bewezenverklaarde levert op:
medeplegen van poging tot diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak of verbreking.
Gepleegd primair: op 27 februari 2020 te [plaats] .
Toegepaste wetsartikelen
De beslissing is gegrond op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 45, 47, 63 en 311 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze ten tijde van het bewezenverklaarde rechtens golden dan wel ten tijde van het wijzen van dit arrest rechtens gelden.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
90 (negentig) dagen.
Bepaalt dat een gedeelte van de gevangenisstraf, groot
60 (zestig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Veroordeelt de verdachte tot een
taakstrafvoor de duur van
100 (honderd) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
50 (vijftig) dagen hechtenis.
Dit arrest is mondeling gewezen door mr. C.P.J. Scheele.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 8 oktober 2021.