Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer 6773184 CV EXPL 18-1176)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep;
- de memorie van grieven;
- de memorie van antwoord, tevens memorie van grieven in incidenteel hoger beroep;
- de memorie van antwoord in incidenteel hoger beroep met een productie;
- de akte van [geïntimeerde] van 19 november 2019 met drie producties;
- de antwoordakte van [appellante] van 17 december 2019.
3.De beoordeling
“ [geïntimeerde] , hof] heeft een moeilijke beslissing genomen en besloten om [appellante] [vestigingsplaats] BV te verlaten. In goed overleg met [naam] en mij gaat hij per 1 oktober 2017 uit dienst. Per die datum gaat [geïntimeerde] bij de [bedrijf 2] keten werken. Hij wordt bij dit bedrijf verantwoordelijk voor de fysiotherapie en personal training op de verschillende locaties. Dit betekent dat [geïntimeerde] uiterlijk 9 september zijn laatste werkdag heeft, of zoveel eerder die week afhankelijk van zijn overuren. Op 23 september gaan [naam] en ik nog met [geïntimeerde] uit eten om zijn bijna 15-jarig dienstverband passend af te sluiten.”
Op die foto’s is [geïntimeerde] in trainingskleding te zien met diverse personen. Op een foto staat het bijschrift “workout met deze tank” op andere foto’s staan teksten als “core-stability”.
De beslissing in conventie zal worden bekrachtigd en [appellante] zal worden veroordeeld in de proceskosten in principaal hoger beroep.
- veroordeling van [appellante] tot vergoeding van immateriële schade ad € 5.000,--;