Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
- [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum] 2007 te [geboorteplaats] ;
- [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum] 2011 te [geboorteplaats] ;
- [minderjarige 3] , geboren op [geboortedatum] 2016 te [geboorteplaats] .
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- de vader, bijgestaan door mr. Joosten;
- de moeder, bijgestaan door mr. J.H.M. Handering, waarnemend voor mr. Setiaman;
- de raad, vertegenwoordigd door [vertegenwoordiger van de raad] .
3.De beoordeling
- [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum] 2007 te [geboorteplaats] ;
- [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum] 2011 te [geboorteplaats] ;
- [minderjarige 3] , geboren op [geboortedatum] 2016 te [geboorteplaats] .
- tussen partijen de echtscheiding uitgesproken;
- uitvoerbaar bij voorraad, bepaald dat aan de moeder voortaan alleen het gezag over de kinderen zal toekomen;
- de verzoeken van de vader betreffende de hoofdverblijfplaats van de kinderen, de zorgregeling en de informatieplicht afgewezen;
- het verzoek van de moeder betreffende de hoofdverblijfplaats van de kinderen afgewezen.
Een informatieregeling is wellicht mogelijk, maar dan mag de verkregen informatie geen trigger zijn voor de vader om meer nabijheid te gaan zoeken. Het kan ook het gevoel van onrecht dat de vader heeft vergroten. Informatie over het GGZ-traject van [minderjarige 1] kan in ieder geval niet met de vader worden gedeeld.
Een nader raadsonderzoek zou nog enig nut hebben als daarmee bereikt wordt dat vader het wat meer kan loslaten. De kinderen zouden daarbuiten kunnen worden gehouden. De raad denkt echter dat een dergelijk deelonderzoek naar enkel de vader geen doel zou treffen, omdat gebleken is dat het de vader niet lukt om anders naar de situatie te kijken en deze te accepteren.
- omgang ernstig nadeel zou opleveren voor de geestelijke of lichamelijke ontwikkeling van het kind;
- het kind dat twaalf jaren of ouder is, bij zijn verhoor van ernstige bezwaren tegen omgang met zijn ouder heeft doen blijken;
- omgang anderszins in strijd is met zwaarwegende belangen van het kind.
4.De beslissing
voor zover thans nog aan het oordeel van het hof onderworpen, derhalve voor zover het de beslissing over het ouderlijk gezag, de omgang en de informatieregeling betreft;