ECLI:NL:GHSHE:2021:3560
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van mishandeling van levensgezel na tegenstrijdige verklaringen
In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 26 november 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht. De verdachte was eerder veroordeeld voor mishandeling van zijn levensgezel en kreeg een taakstraf van 20 uren, subsidiair 10 dagen hechtenis met een proeftijd van 2 jaar. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis.
Tijdens de zitting in hoger beroep heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die bevestiging van het vonnis met aanvulling van gronden vroeg. De verdediging pleitte primair voor vrijspraak en voerde subsidiair een beroep op noodweer aan. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd, omdat het niet te verenigen was met de beslissing van het hof.
De tenlastelegging betrof mishandeling op 2 februari 2020, waarbij de verdachte zijn levensgezel zou hebben geduwd en geslagen. De aangeefster deed aangifte, maar trok deze later in. De verdachte verklaarde dat hij de aangeefster op de grond had gewerkt om haar te kalmeren, omdat zij hysterisch was. Het hof concludeerde dat de verklaring van de aangeefster niet voldoende bewijs bood voor een veroordeling, vooral gezien de tegenstrijdigheden in de verklaringen en het feit dat de verdachte ook verwondingen had. Het hof heeft daarom de verdachte vrijgesproken van het tenlastegelegde feit.