Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
1.
2.
- de moeder, bijgestaan door mr. Wijnands;
- de GI, vertegenwoordigd door de heer [vertegenwoordiger van de GI] ;
- de vader.
- de brief van 16 december 2020 van de advocaat van de moeder met als bijlage het proces-verbaal van de mondelinge behandeling in kort geding van 12 november 2020;
- het raadsrapport van 26 november 2019, overgelegd door mr. Wijnands;
- de brief van de raad van 30 december 2020, waarin de raad aangeeft voornemens te zijn niet op de mondelinge behandeling te verschijnen;
- de tijdens de mondelinge behandeling door mr. Wijnands overgelegde printscreen van een Whatsapp gesprek tussen de ouders.
3.De beoordeling
- [minderjarige] (hierna:
- de ouders hebben sinds 29 juli 2020 samen het gezag over [minderjarige] (daarvoor oefende de moeder dit van rechtswege alleen uit);
- sinds 1 oktober 2019 is er sprake van een (aanvankelijk: voorlopige) ondertoezichtstelling van [minderjarige] ;
- in de periode van 1 oktober 2019 tot 31 januari 2020 heeft [minderjarige] op basis van een daartoe strekkende machtiging in een crisispleeggezin van Xonar verbleven;
- op 31 januari 2020 is [minderjarige] geplaatst bij zijn grootouders (de ouders van de vader) op basis van een daartoe strekkende machtiging tot uithuisplaatsing.
beideouders, zodat zij kunnen leren hoe zij met elkaar moeten communiceren over [minderjarige] .