T: In principe zijn ze iets zwaarder want het spul is zwaarder.
A: Ja.
T: Ik kan me niet voorstellen dat het hier in zit.
A: Het zou ook wel lekker slim zijn als die dozen er precies hetzelfde uit zouden zien.
T: Nou.. nou.. Dan moeten we dadelijk alles na gaan kijken. Nee dat zal toch niet. Ze zijn gemerkt, dat moet. Nee dat is..
T: Ik kan me niet voorstellen dat ze nou in één (1) doos verschillende dingen doen hè.
T: Ruik jij eens? Ik ruik niks.
A: Je ruikt bijna niets nee. Maar het moet wel daarin.
T: Het spul dat we hebben dat stinkt!!!
A: Een beetje zuur?
T: Nee.. een beetje.. het lijkt wel anijs.
A: Nou.. onverstaanbaar..
T: Dat mag beslist niet knoeien want als dat knoeit in een doos dan ruikt heel de auto daar naar. Nou deze.
[…]
T: Het is niet blauw. Ja, het is dit.
A: Ja, nou het is..
T: Maar hoeveel zit er in?
A: Misschien andere kleur? Zou maar een beetje oppassen met die knoeierij hoor.
T: Ja, maar ja.
[…]
T: Ja, ze hebben ze overgegoten. Ze hebben de flessen leeg gegoten en dat spul erin.
[…]
T: Ruik jij eens?
A: Nou, dit is het wel. Dit is ook een hele andere kleur.
T: Ruik jij dit?
A: het is ook veel dikker. Veel ..uh.. viscositeit is ..uh.. te laag.
T: Zouden ze dan allemaal in het plastic zitten?
A: Ik ga er van uit dat ze die dozen hebben opengemaakt..
T: Die hebben ze opengemaakt.
[…]
T: Nee. Ja, ik ga ervan uit als ze zo gesloten zijn dat het nog steeds dezelfde zijn. Anders hangen we er echt in. Dan moeten we al die dozen gaan kijken. Zal toch niet gebeuren.
[…]
T: Nou ik heb iets gevonden. Luister, dozen waar het spul in zit, alles hetzelfde alleen staat hier een stempel op met twintig (20) graden. Alle dozen waar geen stempel... Ik heb er een paar geprobeerd, ook van daaruit, waar de stempel niet opstaat, daar zit het spul in.
[…]
T: Ik heb dus honderdtweeëndertig (132) dozen met drugs nu.
We kunnen ‘m morgenochtend…
[…]
T: Ik moet hebben, ik moet hebben voor de Chinezen vijftig (50) dozen. Die moeten tweehonderd (200) liter hebben. Dus iedere doos is vier (4) liter, dus je hebt vijftig (50) dozen, die moeten wij apart zetten. Die komen vandaag of morgen. En dan hij, neemt morgen waarschijnlijk twee (2) keer ditzelfde mee.
[…]
T: Ik doe die deur dicht want ik vind het niet fijn als die open staat.
E: Ja, het is wel voordelig. Dan denken ze juist dat er niks aan de hand is.
T: Wat?
E: Als de deur open is, is dat juist transparant.
T: Ja, dat is ook zo.
[…]
A: Dan mag je wat mij betreft wel gaan.
T: Nee, ik moet wachten want [betrokkene 2] (fon.) en [betrokkene 3] (fon.) komen dadelijk nog terug en ik kom ook nog met Chinezen mee.
A: Vandaag?
T: Ja, die nemen vijftig (50) mee.
A: En hoe laat gaat dat gebeuren?
T: Vijf (5) uur.
A: Dat is, nu ongeveer. Hier, bijna vijf (5) uur. Zevenenveertig (47) ..onverstaanbaar..
E: Dan kunnen we beter die vijftig (50) daar neer zetten Ton?
T: Oké kom, kwart over vijf (5) he?
E: Dan kunnen we beter die (50) neerzetten.
T: Ja is goed, drie (3), drie (3) pallets.
[…]
T: Ja, wegbrengen. Nee ..onverstaanbaar.. Kwart over vijf (5)
A: Komen die Chinezen langs dan?
T: Kwart over vijf (5).
A: Komen die Chinezen dan?
T: Ja, nee, ik kom die om kwart over vijf (5) ophalen. […]
T: Dus dit is weg, dat gaat dadelijk met de Chinezen mee.
[…]
Opmerking verbalisanten: er is een inkomend pingbericht hoorbaar
A: Jij komt terug?
T: Ja?
E: Zullen we?
T: Wat? […]
T: Nee, die zitten niet bij Jagershorst. Tegenover Jagershorst.
E: Tegenover?
T: Ja.
E: Sjonge, jonge.
T: ..onverstaanbaar.. licht bejaard ..onverstaanbaar.. in het Chinees ..onverstaanbaar..
T: Oké [betrokkene 1] , we zijn effe weg hé, ik kom dadelijk terug
A: Met die Chinezen?
T: Ja. En die laaien dan die vijftig (50) in?
E: Doei.
A: Ja, succes. […]”