Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte]
- de verdachte ter zake van de onder 1 primair, 2 en 3 tenlastegelegde feiten zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren met aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht, waarvan 1 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van 5 jaren, met als bijzondere voorwaarde de verplichting tot het volgen van een ambulante psychologische behandeling, alsmede tot ontzetting van het recht om gedurende 8 jaren het beroep van trainer/coach/begeleider uit te oefenen ten aanzien van minderjarigen in de sportsector;
- de vordering van de benadeelde partij geheel zal toewijzen, subsidiair iets te matigen, te vermeerderen met de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel ex artikel 36f Wetboek van Strafrecht.
- bepleit dat de verdachte van het 1 primair en 2 tenlastegelegde zal worden vrijgesproken;
- zich met betrekking tot de bewezenverklaring van de onder 1 subsidiair en 3 ten laste gelegde feiten gerefereerd aan het oordeel van het hof;
- met betrekking tot de strafoplegging bepleit dat zal worden volstaan met oplegging van een gevangenisstraf waarvan de duur niet langer is dan de tijd die de verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht, in combinatie met een (forse) voorwaardelijke gevangenisstraf alsmede een taakstraf van de maximale duur;
- bepleit dat de vordering van de benadeelde partij deels kan worden toegewezen en voor het overige moet worden afgewezen dan wel dat de benadeelde partij deels niet-ontvankelijk zal worden verklaard.
hij op of omstreeks 23 april 1997 te Vlijmen, gemeente Heusden, door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [slachtoffer] (geboren op [geboortedatum] ) heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van een of meer ontuchtige handeling(en), bestaande uit het geven van een tongzoen aan die [slachtoffer] en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) uit het stevig vastpakken van die [slachtoffer] en/of het onverhoeds duwen van zijn tong in de mond van die [slachtoffer] en/of het feitelijk overwicht dat verdachte als karateleraar van die [slachtoffer] en/of gelet op het grote leeftijdsverschil en het grote fysieke verschil tussen hem, verdachte, en die [slachtoffer] , had op die [slachtoffer] ;
hij in of omstreeks de periode van 24 april 1997 tot en met 22 april 2000 te Vlijmen, gemeente Heusden, en/of elders in de gemeente Heusden, meermalen, althans eenmaal, met [slachtoffer] (geboren op [geboortedatum] ), die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handeling(en) heeft gepleegd, die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] , hebbende verdachte (telkens) zijn, verdachtes, penis in de vagina van die [slachtoffer] geduwd/gebracht;
Verkrachting.
Feitelijke aanranding van de eerbaarheid.
- de inhoud van het hem betreffend uittreksel uit de Justitiële Documentatie d.d. 27 juli 2021, waaruit blijkt dat hij voorafgaand aan de bewezenverklaarde feiten, te weten in de jaren 1993 en 1995, tweemaal door de strafrechter is veroordeeld ter zake van andersoortige delicten, op welke veroordelingen het hof in het kader van de onderhavige strafzake geen acht zal slaan, en dat hij na het begaan van de thans bewezenverklaarde feiten niet meer met politie en/of justitie ter zake van soortgelijke feiten in aanraking is gekomen;
- de inhoud van het hem betreffend voorlichtingsrapport van het Leger des Heils Oost-Brabant, d.d. 14 januari 2020, opgemaakt door mevrouw [naam] , reclasseringswerker;
- de inhoud van het door de advocaat-generaal in het geding gebrachte proces-verbaal van bevindingen van Politie Eenheid Oost-Brabant, District ’s-Hertogenbosch, Basisteam Meierij, proces-verbaal nr. PL2100-2021210441-2, d.d. 21 september 2021, opgemaakt door de verbalisant [verbalisant] , hoofdagent van politie;
- de inhoud van een de verdachte betreffende, door de verdediging in het geding gebrachte brief van [naam] , vertrouwenspersoon Sociaal Domein Gemeente Heusden, d.d. 22 september 2021;
- de overige persoonlijke omstandigheden van verdachte, zoals deze ter terechtzitting in hoger beroep naar voren zijn gebracht, onder meer de omstandigheden dat als gevolg van de onderhavige zaak niet alleen de verdachte zelf, maar ook zijn gezinsleden nadeel en overlast ondervinden door -zakelijk weergegeven- onheuse bejegening door buurtgenoten en anderen uit hun sociale omgeving en door het feit dat de verdachte een aantal keren is ontslagen nadat werkgevers hadden vernomen van zijn mogelijke betrokkenheid bij ontucht met minderjarigen, waardoor hij moeite heeft inkomsten te genereren en voor het gezin financiële problemen zijn ontstaan.
- de eigen bijdrage van de ziektekosten ad € 1.037,58;
- de niet vergoede therapiekosten ad € 4.142,02;
- de reiskosten ad € 2.878,41.
,nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor na te melden duur kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.