Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
[minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2006 te [geboorteplaats],
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- de vader, bijgestaan door mr. R.A. Wijnands;
- de moeder, bijgestaan door mr. J.A. Swinkels.
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling in eerste aanleg op 21 oktober 2020;
- het V6 formulier met bijlage van de advocaat van de vader van 13 juli 2021.
3.De beoordeling
- de hoofdverblijfplaats van [minderjarige] wordt gewijzigd per 1 januari 2020 en deze datum wordt doorgegeven aan de Sociale Verzekeringsbank (SVB);
- van de door de moeder terug te betalen kinderbijslag worden twee kwartalen gecompenseerd door de vader. Nadat aan de vader het overzicht van de SVB is verstrekt, betaalt hij binnen vijf dagen de compensatie aan de moeder;
- de vader stort op deze spaarrekening voor [minderjarige] het met terugwerkende kracht te regelen kindgebondenbudget van 1 januari 2020 tot 14 december 2020;
- de moeder stort op deze spaarrekening voor [minderjarige] een bedrag van € 2.000,-;
- de moeder betaalt per 1 januari 2021 aan de vader € 25,- per maand aan kinderalimentatie. Tussen partijen staat vast dat de kinderalimentatie door de moeder per 1 januari 2021 tot aan de mondelinge behandeling is betaald aan de vader.