ECLI:NL:GHSHE:2021:2259
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake vaststelling kinderalimentatie na wijziging zorgregeling
In deze zaak gaat het om een hoger beroep betreffende de vaststelling van kinderalimentatie na een wijziging in de zorgregeling tussen de ouders van drie minderjarige kinderen. De vrouw heeft op 7 augustus 2020 hoger beroep ingesteld tegen een beschikking van de rechtbank Limburg van 8 mei 2020, waarin de alimentatie voor de kinderen was vastgesteld. De man heeft in reactie hierop een verweerschrift ingediend, waarin hij ook incidenteel hoger beroep heeft ingesteld. Tijdens de mondelinge behandeling op 16 april 2021 zijn beide partijen gehoord, waarbij de minderjarige [minderjarige 1] haar mening heeft geuit over de alimentatie. Het hof heeft de feiten vastgesteld op basis van de eerdere beschikking van de rechtbank en heeft de draagkracht van beide ouders beoordeeld. De man heeft zijn financiële situatie uiteengezet, inclusief zijn WGA-uitkering en de beperkte winst uit zijn Bed & Breakfast. Het hof heeft de behoefte van de kinderen vastgesteld en de draagkracht van de man berekend, rekening houdend met de zorgkorting. Uiteindelijk heeft het hof de beschikking van de rechtbank vernietigd voor de periode vanaf 1 april 2020 en de alimentatie voor de kinderen vastgesteld op € 63,- per kind per maand voor de periode van 1 april 2020 tot en met 31 december 2020, en € 59,- per kind per maand met ingang van 1 januari 2021. De proceskosten in hoger beroep zijn gecompenseerd, waarbij elke partij de eigen kosten draagt.