9.6.Rekening houdend met het bovenstaande, dat noopt tot terughoudendheid bij de beoordeling van de afgelegde verklaringen, is uit de getuigenverklaringen over de te bewijzen feiten en omstandigheden met name het volgende aan het hof gebleken.
(i) minimaal twee bijeenkomsten door [geïntimeerden] gehouden
[geïntimeerde sub 2]zelf heeft ontkend dat op 19 april 2017 bij hem thuis een bijeenkomst met een 13-tal monteurs heeft plaatsgevonden: er werd vaker bij hem wel gebiljart en geborreld maar dat waren geen bijeenkomsten. Van een gesprek na werktijd op kantoor op 7 maart 2017 met [betrokkene 12] en/of andere monteurs kan [geïntimeerde sub 2] zich niets herinneren.
[betrokkene 4]verklaarde over een bijeenkomst bij [geïntimeerde sub 2] thuis (de datum was hem ontschoten), waartoe men door [geïntimeerde sub 2] via de groepsapp was opgeroepen. Hierbij waren aanwezig bijna alle mensen die bij GVM zouden vertrekken om naar VVZ te gaan. Verder besprak men dingen met [geïntimeerde sub 2] ( [geïntimeerde sub 2] ) als men op kantoor was, na afloop van het werk. “
Van bijeenkomsten op kantoor weet ik niets. Het was gewoon zo dat als er belangrijk nieuws was. [geïntimeerde sub 2] of [betrokkene 1] ( [betrokkene 1] ) ons bijpraatten in de kantine of in de loods.”
[betrokkene 13]verklaarde dat [betrokkene 4] haar had verteld dat hij was opgeroepen voor een bijeenkomst met de collega’s, waarschijnlijk bij [geïntimeerde sub 2] thuis.
[betrokkene 12]verklaarde dat iedereen die overgestapt is, een keer bij elkaar is geweest bij [geïntimeerde sub 2] in de tuin, die locatie kende hij, ze hadden er vaker feestjes gehad. Verder verklaarde [betrokkene 12] dat het “
best zou kunnen” dat hij heeft verklaard dat hij hierover ook bij [geïntimeerde sub 2] op kantoor heeft gezeten: “
Dat zal dan wel zo zijn”.
[betrokkene 15]verklaarde wat [betrokkene 14] en [betrokkene 12] haar hebben verteld over een bijeenkomst bij [geïntimeerde sub 2] thuis en dat [betrokkene 12] haar had verteld over een bijeenkomst op kantoor waar [betrokkene 16] was.
Geen van de getuigen heeft verklaard over twee bijeenkomsten.
(ii) [geïntimeerde sub 2] heeft zich op bijeenkomsten tegenover (geselecteerde) medewerkers negatief uitgelaten over GVM, en
(iii) hen heeft verteld van de oprichting van VVZ
[betrokkene 4]heeft verklaard dat op de bijeenkomst bij [geïntimeerde sub 2] thuis, waar hij was, door [geïntimeerde sub 2] is gesproken over een nieuwe onderneming. “
Boxtel was gesloten en iedereen zou naar Mierlo moeten komen. Dat werd niet gepikt, door [geïntimeerde sub 2] niet en ook door ons niet. We waren overstuur dat Boxtel dichtging.” Op de vraag of [geïntimeerde sub 2] zich negatief heeft uitgelaten over GVM heeft [betrokkene 4] geantwoord: “
ja, hij zei dat wij met een aantal personen naar VVZ zouden gaan en dat de rest bij GVM het dan maar moest uitzoeken. Over de directie van GVM of [bestuurder MB] werd niets negatiefs gezegd.”
[betrokkene 12]verklaarde dat bij de bijeenkomst in de tuin bij [geïntimeerde sub 2] is gesproken over weggaan.
(iv) [geïntimeerde sub 2] heeft de aanwezige werknemers overgehaald om over te stappen naar VVZ onder de toezegging van gelijkblijvende condities
[geïntimeerde sub 2]heeft verklaard dat hij in de periode dat de collega’s opzegden, niet wist van het oprichten van VVZ door [betrokkene 1] en dat hij [betrokkene 12] niet heeft overgehaald tot opzeggen.
[betrokkene 4]heeft verklaard dat [geïntimeerde sub 2] aan de aanwezigen bij de bijeenkomst in zijn tuin de vraag heeft gesteld of zij het eens waren met de nieuwe onderneming. Men kreeg vervolgens van [geïntimeerde sub 2] via de groepsapp het verzoek om individueel op te zeggen bij GVM, en later de opdracht om de groepsapp te verwijderen. [betrokkene 1] had gezegd dat hij onder dezelfde condities bij VVZ kon werken. In de beleving van [betrokkene 4] gebeurden er daarna dingen met het doel om MG of GVM om te laten vallen.
Uit het overgelegde extract van de whatsapp gesprekken met [betrokkene 4] blijkt dat het vooral [betrokkene 1] was, die met [betrokkene 4] en de andere overstappende werknemers contact had, en die alles regelde wat betreft het opzeggen en het contact met de advocaat van VVZ (rond begin juni 2017).
[betrokkene 13]verklaarde dat [betrokkene 4] thuis kwam met een door hem getekende opzeggingsbrief, terwijl hij nog geen nieuwe baan had. [betrokkene 13] werd daar boos over en toen hebben zij [geïntimeerde sub 2] bij hen thuis gevraagd. [geïntimeerde sub 2] heeft toen gezegd dat het allemaal goed zou komen.
[betrokkene 12]heeft verklaard dat in de gesprekken over het weggaan en overgaan naar een ander bedrijf, [geïntimeerde sub 2] voor de troepen is gaan staan. De planning na de opzegging zou in overleg met [geïntimeerde sub 2] gaan. [geïntimeerde sub 2] heeft [betrokkene 12] gevraagd om ontslag te nemen bij GVM: “
Hij vroeg mij of ik zou willen meegaan naar VVZ.” De opzeggingsbrief heeft [betrokkene 12] niet zelf geschreven, volgens hem kreeg hij die van [geïntimeerde sub 2] en heeft [betrokkene 14] die toen overgetypt en verstuurd.
Een overgelegd (door [betrokkene 14] doorgestuurd) whatsapp-berichtje van [geïntimeerde sub 2] aan [betrokkene 12] luidt:
“(..) Kom gewoon ff langs als je wat wilt overleggen, ook over salaris. Geen probleem.
Neem in je beslissing ook even mee dat er in Mierlo straks weinig tot geen fatsoenlijke monteurs en klanten meer rondlopen. Er is weinig toekomst daar. (..) Voor ons is het belangrijk dat je mee zou gaan in ieder geval. (..) En vergeet niet dat je mijn naam nooit noemt natuurlijk.”
[betrokkene 15]heeft verklaard dat uit app-verkeer dat zij nog heeft blijkt dat [betrokkene 12] de ontslagbrief bij [geïntimeerde sub 2] thuis heeft getekend.
9.7.1.Het hof is van oordeel dat GVM met de bijgebrachte bewijsmiddelen het verlangde bewijs niet heeft geleverd. Het is wel duidelijk geworden dat er één bijeenkomst is geweest bij [geïntimeerde sub 2] thuis, waar over het nieuwe bedrijf en de eventuele overstap van de werknemers van GVM is gesproken. Zelfs is wel aangetoond dat [geïntimeerde sub 2] daarbij samen met [betrokkene 1] het voortouw nam. Dat een tweede dergelijke bijeenkomst is gehouden is niet komen vast te staan. Tenslotte blijkt uit geen enkele verklaring dat [geïntimeerde sub 2] zich negatief zou hebben uitgelaten over GVM. De werknemers zelf waren al ontdaan over de sluiting van de vestiging in Boxtel en de verhuizing naar Mierlo. Dat was een feit waar [geïntimeerde sub 2] buiten stond. Dat de werknemers daarover ontevreden waren en spraken, rechtvaardigt niet de conclusie dat [geïntimeerde sub 2] zich (expressis verbis) negatief over GVM heeft uitgelaten richting de werknemers. Dat [geïntimeerde sub 2] iets te maken had met “
dingen om GVM te laten omvallen” (welke dan ook, dat is niet duidelijk geworden), wat [betrokkene 4] verklaarde, is het hof niet gebleken.
Uiteindelijk hebben de werknemers zelf besloten om over te stappen naar VVZ, nadat zij over dat bedrijf waren geïnformeerd door [geïntimeerde sub 2] en door [betrokkene 1] . [betrokkene 12] heeft hierover nog wel voornoemd whatsapp berichtje ontvangen van [geïntimeerde sub 2] , maar dat hij is overgehaald om over te stappen blijkt daaruit niet en het heeft ook niet geleid tot zijn overstap.
Het nieuwe bedrijf was door [betrokkene 1] opgericht. [geïntimeerde sub 2] heeft weliswaar – samen met [betrokkene 1] – het woord gevoerd tijdens een bijeenkomst bij [geïntimeerde sub 2] thuis, en [geïntimeerde sub 2] heeft de mannen er niet van weerhouden om over te stappen, maar dat een en ander is onvoldoende voor het oordeel dat het bewijs is geleverd van een door [geïntimeerde sub 2] gepleegde en aan hem als onrechtmatig jegens GVM toe te rekenen coup.
9.7.2.Het hof heeft in het tussenarrest van 4 augustus 2020 reeds overwogen dat het verwijt ten aanzien van het optreden van [geïntimeerden] in april 2017 toen dertien werknemers ontslag namen als zelfstandig verwijt door GVM ook – mede in het licht van het daartegen door [geïntimeerden] geformuleerde en niet, althans onvoldoende weersproken verweer – onvoldoende is onderbouwd. Dat werknemers bij [geïntimeerde sub 2] privé hun ontslag indienden en dat hij daarover met die werknemers in gesprek ging en afspraken maakte ter bescherming van het bedrijfsbelang, kan [geïntimeerden] niet als tekortschieten onder de Managementovereenkomst verweten worden, zo overwoog het hof verder in het tussenarrest. Evenmin is thans komen vast te staan dat [geïntimeerde sub 2] door aldus te handelen, onrechtmatig heeft gehandeld jegens GVM.