Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
[minderjarige](roepnaam: [minderjarige]), geboren op [geboortedatum] 2020 te [geboorteplaats].
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch is behandeld, hebben de ouders van een minderjarige, geboren in 2020, hoger beroep aangetekend tegen een beschikking van de rechtbank Oost-Brabant. De rechtbank had op 14 april 2021 de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige verlengd. De ouders, die gezamenlijk het gezag over de minderjarige uitoefenen, waren het niet eens met deze beslissing en stelden dat zij voldoende opvoedvaardigheden bezitten om de minderjarige zelf op te voeden. Ze voerden aan dat er onvoldoende zorgvuldig onderzoek was gedaan naar hun mogelijkheden en dat de hulpverlening niet adequaat had gereageerd op hun verzoeken om ondersteuning. Tijdens de mondelinge behandeling op 17 juni 2021 zijn de ouders gehoord, bijgestaan door hun advocaat, en was de gecertificeerde instelling (GI) vertegenwoordigd. De GI stelde dat de ouders niet in staat zijn gebleken om de minderjarige de benodigde zorg en opvoeding te bieden, ondanks de inzet van hulpverlening. Het hof heeft de grieven van de ouders beoordeeld en geconcludeerd dat de verlenging van de uithuisplaatsing noodzakelijk is in het belang van de minderjarige. Het hof heeft de beschikking van de rechtbank bekrachtigd, maar heeft ook aangegeven dat er behoefte is aan een meer gedegen onderzoek naar de opvoedmogelijkheden van de ouders.