Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
Het proces-verbaal van aangifte, doorgenummerde dossierpagina’s 43-51, voor zover inhoudende als verklaring van aangeefster [benadeelde] :
het hof begrijpt telkens: haar vriend [getuige 1]) verteld. Ik zei dat niemand het mocht weten omdat ik dat beloofd had.
Het proces-verbaal van bevindingen informatief gesprek zeden, doorgenummerde dossierpagina’s 37-41, voor zover inhoudende als verklaring/opmerking van de verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] :
het hof begrijpt: op maandagavond 28 mei 2018).
Het proces-verbaal van verhoor getuige, doorgenummerde dossierpagina’s 112-115, voor zover inhoudende als verklaring van de getuige [getuige 1] :
het hof begrijpt: op maandagavond 28 mei 2018) in het tuinhuis achter in de tuin. (…) [benadeelde] kwam thuis van de vergadering. Ze trilde helemaal en was in paniek. Ze huilde niet. Dat vond ik wel vreemd. Ik heb haar vaker verdrietig gezien, of dat ze iets eng heeft gevonden en dan zag ik altijd wel tranen. Dit gedrag herkende ik niet. Er was iets gebeurd. Ik vroeg aan haar wat er was. Ik vroeg een paar keer wat er aan de hand was. Ze wilde dit niet zeggen. Ze vroeg mij of ik beloofde dat ik niks zou doen. Ik heb haar dit beloofd. Zij zei mij toen dat ze net verkracht was. Ze zei dat ze iemand heeft moeten pijpen. Ik heb gevraagd waar dit was gebeurd. (…) Ze zei mij dat het in [de straat] [adres] was gebeurd. (…) [benadeelde] was bang dat ik iets zou doen.
hof: de volgende dag) heeft ze het aan de directrice en aan meerdere collega’s verteld en kwamen de emoties. Ze besefte toen pas wat er gebeurd was en hoe erg dat was.
het hof begrijpt: in het jaar 2018) had ze een vergadering tot 22.00 uur. Ik denk dat ik haar rond 22.30 - 22.45 uur thuis heb zien komen.
Het proces-verbaal van verhoor getuige, doorgenummerde dossierpagina’s 124-125, voor zover inhoudende als verklaring van de getuige [getuige 1] , wonende te [adres] :
het hof begrijpt: verdachte [verdachte]). (…) Op een gegeven moment hoorde ik de vrouwenstem 3 keer keihard gillen. Dat was echt noodweer, paniek. Op dat moment, 22.01 uur, heb ik een app bericht gestuurd naar [getuige 2] (
het hof begrijpt: de vrouw van de getuige, [getuige 2]). (…) Toen was het stil (…). Ik heb nog even getwijfeld of ik naar de buren moest gaan om te kijken wat er aan de hand was.
Het proces-verbaal van verhoor getuige door de raadsheer-commissaris d.d. 5 november 2019, voor zover inhoudende als verklaring van de getuige [getuige 1] :
Het proces-verbaal van verhoor getuige door de raadsheer-commissaris d.d. 5 november 2019, voor zover inhoudende als verklaring van de getuige [getuige 3] :
Het proces-verbaal van verhoor verdachte, op 13 augustus 2018 in de wettelijke vorm opgemaakt door de verbalisanten [verbalisant 3] en [verbalisant 2] , beiden brigadier van politie Eenheid Oost-Brabant, Dienst Regionale Recherche, Afdeling Thematische Opsporing, Team Zeden, voor zover inhoudende als verklaring van de verdachte [verdachte] , wonende te [locatie] :
De verklaring van de verdachte [verdachte] zoals afgelegd ter terechtzitting in eerste aanleg d.d. 12 november 2018 en opgenomen in het proces-verbaal van die zitting, voor zover inhoudende:
het hof begrijpt: 28 mei 2018) mijn hond uitgelaten en stond nog buiten bij de deur van mijn woning (
het hof begrijpt: aan de [adres]). Een vrouw die ik niet kende (…) heb ik toen [mijn woning] binnen gelaten. (…) (…) Ik was flink onder invloed van drugs. Ik had vier dagen lang cocaïne gebruikt. (…) We zijn (…) naar boven gegaan. (…) Ik ben voor het bed gaan staan. Zij lag op bed (…). Zij heeft mij (…) oraal bevredigd.
Het bewezenverklaarde levert op: verkrachting.
het hof begrijpt: met een andere vrouw dan aangeefster). Betrokkene geeft aan dat dit gebeurde doordat hij onder invloed was van cocaïne. De manier waarop betrokkene over zowel aangeefster als over zijn (inmiddels ex-)vriendin spreekt, geeft blijk van weinig empathie. Betrokkene was gericht op het bevredigd zien van zijn behoeftes en was niet met anderen, zoals aangeefster of zijn vriendin, bezig. In die zin heeft zijn persoonlijkheidsstoornis, die maakt dat betrokkene weinig empathie heeft, opportunistisch is en niet gehinderd wordt door een adequaat functionerend geweten, hem zeker beïnvloed in en gebracht tot de keuzes die hij voorafgaand en tijdens het tenlastegelegde maakte (…). Het cocaïnegebruik heeft één en ander zeker versterkt”.
,nu het hof het wenselijk acht dat de Staat der Nederlanden schadevergoeding aan het slachtoffer bevordert. Het hof zal daarbij bepalen dat gijzeling voor na te melden duur kan worden toegepast indien verhaal niet mogelijk blijkt, met dien verstande dat de toepassing van die gijzeling de verschuldigdheid niet opheft.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
36 (zesendertig) maanden.
6 (zes) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 3 (drie) jaren ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclasseringsinstelling zo vaak en zolang als de reclasseringsinstelling dit noodzakelijk acht daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde]
€ 5.361,20 (vijfduizend driehonderdeenenzestig euro en twintig cent), bestaande uit
€ 1.361,20 (duizend driehonderdeenenzestig euro en twintig cent) materiële schadeen
€ 4.000,00 (vierduizend euro) immateriële schade, vermeerderd met de
wettelijke rentevanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 5.361,20 (vijfduizend driehonderdeenenzestig euro en twintig cent)bestaande uit
wettelijke rentevanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
gijzelingop ten hoogste
61 (eenenzestig) dagen. Toepassing van die gijzeling heft de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet op.
aanvangsdatumvan de
wettelijke rentevoor de materiële schade op 1 november 2018 en van de immateriële schade op 28 mei 2018.
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) weken.