Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
- primair bepleit dat de verdachte integraal zal worden vrijgesproken;
- subsidiair bepleit dat de verdachte worden vrijgesproken ten aanzien van het hem onder 1 en 3 tenlastegelegde;
- meer subsidiair bepleit dat de verdachte zal worden vrijgesproken ten aanzien van het hem onder 1 primair en subsidiair en onder 3 tenlastegelegde;
- uiterst subsidiair bepleit dat de verdachte zal worden vrijgesproken ten aanzien van het hem onder 1 primair en onder 3 tenlastegelegde;
- bepleit dat de redelijke termijn in hoger beroep is geschonden.
hij op 7 januari 2017, althans op een tijdstip in of omstreeks de periode van 1 januari 2017 tot 14 januari 2017 te Tilburg, althans in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om opzettelijk [slachtoffer 1] van het leven te beroven, met dat opzet die [slachtoffer 1] , (meerdere malen) met kracht en/of met geschoeide voet tegen het borstbeen, althans de borst/het lichaam, heeft getrapt/geschopt, terwijl de uitvoering van de voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 december 2016 tot en met 14 januari 2017 te Tilburg, althans in Nederland, [slachtoffer 1] heeft mishandeld door haar (telkens) (meerdere malen) met kracht tegen het gezicht en/of het hoofd en/of armen, althans het lichaam, te slaan/stoten/stompen/schoppen/trappen, waardoor zij pijn en/of letsel heeft ondervonden;
hij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 maart 2016 tot en met oktober 2016 te Tilburg en/of Breda, althans in Nederland, en/of Egypte [slachtoffer 2] heeft mishandeld door haar (telkens) (meerdere malen) met kracht tegen het gezicht en/of het hoofd en/of armen, althans het lichaam te slaan/stoten/stompen/schoppen/trappen, waardoor zij pijn en/of letsel heeft ondervonden.
hij op 7 januari 2017 te Tilburg ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om opzettelijk [slachtoffer 1] van het leven te beroven, met dat opzet die [slachtoffer 1] , met kracht en met geschoeide voet tegen het borstbeen, althans de borst, heeft getrapt/geschopt, terwijl de uitvoering van de voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij op meerdere tijdstippen in de periode van 1 december 2016 tot en met 10 januari 2017 te Tilburg, althans in Nederland, [slachtoffer 1] heeft mishandeld door haar (telkens) (meerdere malen) met kracht tegen het gezicht en/of het hoofd en/of armen, te slaan/stoten/stompen/schoppen, waardoor zij pijn en/of letsel heeft ondervonden;
hij op meerdere tijdstippen in de periode van 1 maart 2016 tot en met oktober 2016 te Tilburg en/of Breda, en/of Egypte [slachtoffer 2] heeft mishandeld door haar (telkens) (meerdere malen) met kracht tegen het gezicht en/of het hoofd en/of armen, te slaan/stoten/stompen, waardoor zij pijn en/of letsel heeft ondervonden.
1.
2.
Het proces-verbaal van aangifte d.d. 28 januari 2017 (pg. 146-147), voor zover inhoudende als verklaring van aangeefster [slachtoffer 1] , geboren [geboortedag 2] 2017:
3.
Het proces-verbaal van getuigenverhoor van de raadsheer-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in dit gerechtshof d.d. 2 juli 2018, voor zover inhoudende als verklaring van [slachtoffer 1] :
4.
Een geschrift, betreffende een radiologiebericht van mw. drs. S.J. Veer (radioloog) met betrekking tot mevr. [slachtoffer 1] , geboren 24-10-1977 te Gorinchem, d.d. 17 januari 2017 (pg. 159), voor zover inhoudende:
5.
Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 14 januari 2017 (pg. 58-60), voor zover inhoudende als relaas van verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 3] :
6.
Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 17 januari 2017 (pg. 69), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 4] :
7.
Het proces-verbaal van bevindingen over tapgesprekken d.d. 7 maart 2017, met als bijlagen de uitgewerkte tapgesprekken (pg. 70-109), voor zover inhoudende:
R: Ja dus…heb ik ook een blauw oog.
R: Ja en dan tand door je lip en dan weer dat en dan weer zus.
R: Ja ben ik ook mee eens.
NN: Stel dat jij in een afkickkliniek zit en ik bij jou kom, op bezoek, helemaal moeilijk lopen, niet meer kunnen ademen van de klappen. Pruik afgetrokken, blauwe ogen, dikke lip en dat ik je voordoe dat ik in elkaar ben getrapt en hoe agressief en dat ie dat al 4 dagen achter elkaar heeft gedaan. Je hebt het me namelijk allemaal verteld.
C: Je vertelt hier zelf nog op mijn bed, toen hier in de kliniek, het was bijna mijn dood, ik kreeg geen lucht meer ik heb me nog voor dood gehouden, vertel je me nog.
J: Ja het is echt verschrikkelijk gewoon.
[slachtoffer 1] zegt dat ze tanden door haar lippen heeft gehad, blauwe ogen, een ei op haar hoofd die boven haar haren uitkwam voor die mobiel.
[slachtoffer 1] zei dat er een keer iemand was om te schilderen. Zij zat op haar mobiel maar ze haalde hem weg. Ze haalde niks weg, hij kwam naar haar toe. Ze kreeg een klap en ze lag op de grond.
[slachtoffer 1] vindt dat ze niet gegijzeld werd, maar ik was wel mishandeld.
8.
Het proces-verbaal van bevindingen tapgesprekken d.d. 28 januari 2017 met als bijlagen de uitgewerkte tapgesprekken (pg. 110-126), voor zover inhoudende:
NNV: Ja.
(…)
R: Dus ja toch een breuk en ze mag het normaal niet zeggen maar ze zegt we hebben het er maar even wel gelijk over, maar het is echt zo hard getrapt zegt ze dit breek je nooit zomaar zegt ze.
J: Maar maar hij gaf jou die trap en hoe deed hij dat dan.
R: Ja omdat ik natuurlijk helemaal uuuhhh, natuurlijk een beetje buiten westen ging bijna. Maar door die pijn, door die pijn ben ik gewoon bijna knock-out gegaan.
J: Welk stuk is gebroken.
R: Ja…maar gelukkig ben ik er nog. Toen ik natuurlijk vrij…zaterdag die klap ook kreeg. Ik kreeg vrijdag die klap natuurlijk weer en toen forceerde ik weer die plek, want iedere keer loop ik gereserveerd van de pijn, maar doordat je dan weer wat krijgt en een knal dan krijg je alleen maar nog meer pijn. Je gaat je forceren weet je wel.
Datum 17-01-2017 sessienr. 207
[slachtoffer 1] wgd nnv3375
9.
Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 15 januari 2017 (pg. 128-129), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 5] :
Op 13 januari 2017 werd door [zus slachtoffer 1] de melding gemaakt dat haar zus [slachtoffer 1] door [verdachte] mishandeld zou worden. Meldster had van haar neef gehoord dat hij [slachtoffer 1] eerder die week had gezien en dat hij toen zag dat [slachtoffer 1] een bult op haar hoofd had en haast niet kon lopen. Uit onderzoek bleek dat de neef dhr. [getuige 1] betrof. Dhr. [getuige 1] is in de nacht van 13 januari 2017 op 14 januari 2017 door de politie benaderd in verband met de melding.
10.
Het proces-verbaal van bevindingen gesprek getuige J. [getuige 2] d.d. 19 januari 2017 (pg. 135-136), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 6] :
11.
Het proces-verbaal van bevindingen d.d. 16 januari 2017 (pg. 131-133), voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 7] :
hof: dat zij) bij het uitstappen zichtbaar pijn had.
12.
Het proces-verbaal van getuigenverhoor van de raadsheer-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in dit gerechtshof, d.d. 8 oktober 2020, voor zover inhoudende als verklaring van prof. dr. L.P.H. Leenen:
13.
Het rapport van het Nederlands Forensisch Instituut te Den Haag d.d. 4 juni 2019 2020, zaaknummer 2017.04.03.027, opgemaakt door de NFI-deskundige B.F.L. Oude Grotebevelsborg (forensisch arts KNMG), voor zover inhoudende als relaas van rapporteur:
(…)
Het standaard protocol bij een sternumfractuur door stomp botsend geweld op het borstbeen bestaat volgens prof. dr. L.P.H. Leenen uit monitoring van het hartritme gedurende 24 uur, echografisch onderzoek van het hart ter beoordeling van mogelijk opgetreden stoornissen in de bewegingen van de wand van het hart en klinisch chemisch laboratoriumonderzoek van het bloed op de aanwezigheid van troponine (specifieke ‘merkstof’ in het bloed voor de aanwezigheid van hartspierschade). Indien er geen verplaatsing is van breukdelen, er zich geen complicaties voordoen en er geen afwijkingen zijn bij aanvullend medisch onderzoek is verder medisch ingrijpen niet noodzakelijk.
15.
Het rapport van het Nederlands Forensisch Instituut te Den Haag d.d. 16 januari 2020, zaaknummer 2017.04.03.027, opgemaakt door de NFI-deskundige B.F.L. Oude Grotebevelsborg (forensisch arts KNMG), voor zover inhoudende als relaas van rapporteur:
15.
Het proces-verbaal van aangifte d.d. 8 oktober 2016 (pg. 181-183), voor zover inhoudende als verklaring van aangeefster [slachtoffer 2] , wonende te Breda:
16.
Het proces-verbaal van verhoor aangeefster d.d. 10 oktober 2016 met bijlagen (pg. 184-204), voor zover inhoudende als verklaring van [slachtoffer 2] (wonende te Breda):
17.
Het proces-verbaal van getuigenverhoor van de raadsheer-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in dit gerechtshof d.d. 2 juli 2018, voor zover inhoudende als verklaring van [slachtoffer 2] :
18.
Het proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 24 januari 2017 (pg. 205-207), voor zover inhoudende als weergave van het verhoor van [getuige 4] :
(…)
V: Wat kun je vertellen over de relatie die [slachtoffer 2] had met [verdachte] ?
A: Ik merkte wel dat als [slachtoffer 2] bij [verdachte] was dat ze anders was. Ze reageerde ook niet op mij. Later hoorde ik dat zij dat niet mocht van [verdachte] . Ik hoorde later ook van [slachtoffer 2] dat zij bang was van [verdachte] . [slachtoffer 2] heeft 2 zoontjes en daar praat ik ook mee. De oudste vertelde tegen mij ook dat [slachtoffer 2] door [verdachte] op het woonwagenkamp uit de auto werd getrokken. Ook vertelde het zoontje dat die erbij was toen [verdachte] uit woede de telefoon van [slachtoffer 2] kapot gooide.
A: Rond carnaval 2016 begonnen.
A: Ik weet dat [slachtoffer 2] is mishandeld door [verdachte] . Ik hoorde dit van [slachtoffer 2] .
A: Ja. Ik heb bij haar blauwe plekken gezien op haar armen en ik heb een keer gezien dat ze een dikke neus had. Ook heb ik een keer een rare plek op haar voorhoofd gezien. [slachtoffer 2] heeft mij verteld dat dit letsel was veroorzaakt, omdat zij klappen had gekregen van [verdachte] .
A: De blauwe plekken zag ik al toen ze ongeveer 1 maand een relatie hadden.
V: Tijdens de vakantie in Egypte vorige jaar schijnt ook iets gebeurd te zijn. Wat kan je daarover vertellen?
A: Ik weet dat [slachtoffer 2] met [verdachte] samen met [man vriendin] en [vriendin slachtoffer 2] naar Egypte op vakantie zijn geweest. In Egypte is [slachtoffer 2] door [verdachte] mishandeld terwijl [man vriendin] daarbij was. Hij zou [slachtoffer 2] twee klappen met de vlakke hand in het gezicht hebben geslagen. [man vriendin] zou daar niets van gezegd hebben. Daar waren [slachtoffer 2] en [vriendin slachtoffer 2] nog erg boos over geweest. Ik heb dat gesprek tussen [slachtoffer 2] en [vriendin slachtoffer 2] gehoord.
Trap/schop of val.
Voorwaardelijk opzet.
(…)
Het standaard protocol bij een sternumfractuur door stomp botsend geweld op het borstbeen bestaat volgens prof. dr. L.P.H. Leenen uit monitoring van het hartritme gedurende 24 uur, echografisch onderzoek van het hart ter beoordeling van mogelijk opgetreden stoornissen in de bewegingen van de wand van het hart en klinisch chemisch laboratoriumonderzoek van het bloed op de aanwezigheid van troponine (specifieke ‘merkstof’ in het bloed voor de aanwezigheid van hartspierschade). Indien er geen verplaatsing is van breukdelen, er zich geen complicaties voordoen en er geen afwijkingen zijn bij aanvullend medisch onderzoek is verder medisch ingrijpen niet noodzakelijk.
De aard van de breuk in onderhavig geval duidt eerder op stevig bot, dat niet gemakkelijk breekt, waardoor het aantreffen van de sternumbreuk veel waarschijnlijker is onder een hypothese van een hoog-energetische geweldsinwerking dan onder een hypothese van een ‘laag-energetische geweldsinwerking’ zoals een ongelukkige val [cursivering hof].
Ten aanzien van de vraag wat kan worden afgeleid uit de röntgenfoto’s werd door prof. dr. L.P.H. Leenen opgemerkt dat de breuk van het borstbeen typische kenmerken van een ‘greenstickfractuur’ had. Zoals aangegeven in mijn rapport van 04-06-2019 betreft dit een breuk waarbij een onderbreking van de cortex van het bot wordt waargenomen, hetgeen wordt waargenomen bij jong buigzaam bot dat niet gemakkelijk breekt. Dit is van algemene bekendheid binnen de traumatologie. (…) Aangezien de breuk van het borstbeen kenmerken van een ‘greenstickfractuur’ had, oftewel er kennelijk sprake was van jong buigzaam bot, kan gesteld worden dat het aantreffen van deze breuk waarschijnlijker is onder een hypothese van hevig botsend geweld dan onder een hypothese van gering botsend geweld.”) Deelt u deze conclusie?
A: Ja, er was sprake van de eigenschappen van een jong buigzaam bot. Dit wil zeggen dat indien er desondanks sprake is van een fractuur, er sprake moet zijn geweest van een vrij hoge geweldsinwerking.
Energieoverdracht door een schop met een schoen is niet zondermeer te vergelijken met een aanrijding door een voertuig. Bij schoppen is de ‘puntkracht’ oftewel de energieoverdracht op een gering oppervlak van invloed, bij een botsing met een voertuig, is doorgaans sprake van een energie-overdracht via een groter oppervlak. Daarnaast is bij de energie-overdracht de snelheid en de versnelling van belang. Bij een schoppende beweging met een been kan, behalve een mogelijk hierbij optredende versnelling, een hogere snelheid worden bereikt dan bij lopen of rennen.” Ook professor Leenen wijst erop dat de geweldsinwerking ook afhankelijk is van het oppervlak van de geweldsinwerking: als je tegen een platte plaat loopt dan wordt het geweld over een groot gedeelte van de borstkas verdeeld. Als je een puntkracht hebt komt alle kracht op dat ene punt terecht.
- het feit dat de verdachte aangeefster met hoog-energetische kracht met geschoeide voet tegen haar borst heeft getrapt/geschopt terwijl zij zich in een hoek bevond en door een duw van verdachte was gevallen, weerloos was en deze trap/schop hierdoor niet of nauwelijks op kon vangen;
- het een feit van algemene bekendheid is dat achter de borstkas/in het borstgedeelte vitale organen liggen;
- stomp geweld op de borst(kas) aanleiding kan geven tot dodelijke hartritmestoornissen en na een fractuur van het bovenste gedeelte van het sternum, het manubrium, de direct daarachter liggende vitale structuren, zoals de luchtpijp, een dwarsoverstekende grote ader en het hart in gevaar kunnen komen,
- twee zaken maken nog geen modus operandi/schakelbewijs;
- de verdachte is nimmer veroordeeld voor huiselijk geweld;
- de zaak van [slachtoffer 1] kenmerkt zich door (beweerdelijk) zwaar lichamelijk letsel, terwijl de zaak van [slachtoffer 2] over een eenvoudige mishandeling gaat;
- uit dossierpagina 174 blijkt weliswaar dat een aantal vrouwen hebben aangegeven door de verdachte mishandeld te zijn geweest, maar daarbij is het niet tot een strafzaak gekomen. Daartegenover kan worden gesteld dat in het rapport van [rapporteur] eveneens drie referenten worden genoemd die hebben aangegeven dat de verdachte zijn toenmalige levenspartners/vriendinnen niet heeft mishandeld.
poging tot doodslag.
Mishandeling, meermalen gepleegd.
Mishandeling, meermalen gepleegd.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
57 (zevenenvijftig) maanden.