Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
[minderjarige)], geboren op [geboortedatum] 2011 te [geboorteplaats] .
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- de vader, bijgestaan door zijn advocaat en een tolk in de Duitse taal, mevrouw H. Ritter (tolkennummer 3145);
- de moeder, bijgestaan door haar advocaat;
- de GI, vertegenwoordigd door mevrouw [vertegenwoordiger van de GI] ;
- de raad, vertegenwoordigd door mevrouw [vertegenwoordiger van de raad] .
- de zittingsaantekeningen van de mondelinge behandelingen in eerste aanleg van 10 april 2018 en 19 februari 2020;
- het V-formulier met bijlagen van de advocaat van de moeder van 16 februari 2021;
- het V-formulier met bijlagen van de advocaat van de vader van 19 februari 2021.
3.De beoordeling
- de rechtbank heeft bij beschikking van 26 april 2017 een voorlopige omgangsregeling vastgesteld waarbij [minderjarige] bij de vader verblijft de ene week van vrijdag uit school tot dinsdagochtend en de andere week van maandag uit school tot dinsdagochtend;
- op 15 november 2017 zijn partijen in een ouderschapsplan overeengekomen, kort gezegd, dat de voorlopige omgangsregeling kan blijven gelden en zij hebben afgesproken dat [minderjarige] in beginsel de helft van de vakanties en feestdagen bij de vader verblijft;
- bij tussenbeschikking van 17 april 2018 heeft de rechtbank een raadsonderzoek gelast naar de kwesties van gezag en omgang en heeft de rechtbank bepaald dat [minderjarige] omgang kan hebben met de vader zoals partijen in het ouderschapsplan overeen zijn gekomen, onder aanhouding van iedere verdere beslissing;
- bij tussenbeschikking van 13 december 2018 heeft de rechtbank, in afwachting van het verloop van de hulpverlening en in afwachting van het definitieve advies van de raad, een voorlopige omgangsregeling vastgesteld waarbij [minderjarige] bij de vader verblijft van iedere maandag na school tot dinsdagochtend en om het weekend een van vrijdagmiddag na school tot dinsdagochtend, onder aanhouding van iedere verdere beslissing.
- de vader heeft vervolgens de rechtbank verzocht om ten laste van de moeder een dwangsom op te leggen van € 100,- voor iedere keer dat de moeder de omgangsregeling niet nakomt en om de moeder te veroordelen tot afgifte van het paspoort/identiteitskaart van [minderjarige] op straffe van een dwangsom van € 100,- als moeder dat niet doet.
- iedere maandag na school tot dinsdag voor school, waarbij de vader [minderjarige] haalt en brengt van en naar school;
- om het weekend vanaf vrijdag na school tot dinsdag voor school, waarbij de vader [minderjarige] haalt en brengt van en naar school.
- Carnavalsvakantie bij de moeder;
- Meivakantie: eerste week bij de vader, tweede week bij de moeder, waarbij de moeder [minderjarige] naar de vader brengt en de vader [minderjarige] terugbrengt naar de moeder;
- Zomervakantie: week één en twee bij de moeder, week drie en vier bij de vader, week vijf bij de moeder, week zes bij de vader. De moeder brengt [minderjarige] naar de vader, de vader brengt [minderjarige] terug naar de moeder;
- Wisselmomenten op zondag om 15.00 uur.
- Herfstvakantie: bij de vader;
- Kerstvakantie: eerste week bij de moeder, tweede week bij de vader waarbij de moeder [minderjarige] naar de vader brengt en de vader [minderjarige] terugbrengt naar de moeder.
- Voor de verjaardagen geldt dat [minderjarige] op de verjaardag van de jarige ouder bij die ouder is. De verjaardag van grootouders kan zij vieren bij de betreffende grootouder, ongeacht of zij dat weekend bij de betreffende ouder is. Voor andere familieleden wordt geen uitzondering gemaakt zo lang de ouders daar niet in overleg zelf naar toe kunnen werken;
- [minderjarige] hoeft aansluitend bij een wissel vanwege een verjaardag geen dagdelen in te halen bij de andere ouder.
- wat kan de vader zelf doen om de strijd te verminderen?
- hoe kan de vader leren om er minder bovenop te zitten?
Vakanties en Christelijke/Islamitische feestdagen
Verjaardag van [minderjarige]
Halen en Brengen
Onbeperkt op vakantie in de Schengenzone
waarde vader [minderjarige] mee naartoe wil nemen op vakantie. Deze voorwaarde komt het hof begrijpelijk en terecht voor. De moeder dient van te voren te worden geïnformeerd waar [minderjarige] vakantie gaat vieren met haar vader voordat zij haar toestemming geeft.
4.De beslissing
- iedere maandag na school tot dinsdag voor school, waarbij de vader [minderjarige] ophaalt van school en haar op dinsdag naar school brengt;
- om het weekend vanaf vrijdag na school tot dinsdag voor school, waarbij de moeder [minderjarige] naar de vader brengt en de vader [minderjarige] op dinsdag naar school brengt;
- Carnavalsvakantie bij de moeder;
- Meivakantie: eerste week bij de vader, tweede week bij de moeder, waarbij de moeder [minderjarige] naar de vader brengt en de vader [minderjarige] terugbrengt naar de moeder;
- Zomervakantie: week één en twee bij de moeder, week drie en vier bij de vader, week vijf bij de moeder, week zes bij de vader. De moeder brengt [minderjarige] naar de vader, de vader brengt [minderjarige] terug naar de moeder;
- Wisselmomenten op zondag om 15.00 uur.
- Herfstvakantie: bij de vader;
- Kerstvakantie: in de oneven jaren de eerste week bij de vader (tweede week bij de moeder) en in de even jaren de tweede week bij de vader (eerste week bij de moeder), waarbij de moeder [minderjarige] naar de vader brengt en de vader [minderjarige] terugbrengt naar de moeder.
- Voor de verjaardagen geldt dat [minderjarige] op de verjaardag van de jarige ouder bij die ouder is. De verjaardag van grootouders kan zij vieren bij de betreffende grootouder, ongeacht of zij dat weekend bij de betreffende ouder is. Voor andere familieleden wordt geen uitzondering gemaakt zo lang de ouders daar niet in overleg zelf naar toe kunnen werken;
- [minderjarige] hoeft aansluitend bij een wissel vanwege een verjaardag geen dagdelen in te halen bij de andere ouder;