Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
3 (drie) maanden.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Limburg, waarbij de verdachte is veroordeeld voor het medeplegen van het opzettelijk onbruikbaar maken van telecommunicatie en het overtreden van de Telecommunicatiewet. De verdachte, geboren in 1973, werd beschuldigd van het medeplegen van het onbruikbaar maken van telecommunicatie door het gebruik van een 'jammer' op een gestolen Mercedes. De politierechter had eerder een taakstraf opgelegd, maar de advocaat-generaal vorderde een gevangenisstraf van drie maanden. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft het hof de zaak opnieuw beoordeeld, waarbij het hof kennisnam van de vordering van de advocaat-generaal en de verdediging. De verdediging pleitte voor integrale vrijspraak, maar het hof oordeelde dat de verdachte wetenschap had van de aanwezigheid van de 'jammer' en dat hij daarover de beschikkingsmacht had. Het hof vernietigde het vonnis van de politierechter ten aanzien van de strafoplegging en legde een gevangenisstraf van drie maanden op, waarbij het hof de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan in overweging nam. De beslissing is gegrond op verschillende artikelen van het Wetboek van Strafrecht en de Telecommunicatiewet.