Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
het hof begrijpt uit de context van de verklaring: pedofielen) dood moeten. Hij heeft dat ook specifiek over het slachtoffer gezegd, aldus de getuige. Voorts heeft de verdachte zich kort na het voorval tegenover inrichtingswerker [getuige 6] uitgelaten over het slachtoffer en diens delictsgeschiedenis. Uit het proces-verbaal van verhoor getuige volgt dat de verdachte tegen [getuige 6] heeft gezegd dat hij (
hof: [getuige 6]) ervan op de hoogte was dat hij (
hof: de verdachte) hiertoe in staat was. Hij zei dat als hij de kans krijgt om er één te pakken hij ertoe in staat is om dat te doen. Voor [getuige 6] was duidelijk dat de verdachte hiermee bedoelde dat wanneer hij een zedendelinquent kon aanvallen, hij dit ook zou doen. Ongeveer zes weken voor het incident had de verdachte hem namelijk verteld dat hij in de TBS-kliniek een pedo had neergestoken en dat hij, wanneer hij weer bij dat soort mensen gezet zou worden, dit weer zou doen, aldus getuige. Het hof leidt uit het voorgaande af dat de verdachte bewust dit slachtoffer heeft aangevallen.
hof: het slachtoffer) op de grond lag. De verdachte was erg agressief en maakte stekende bewegingen in de richting van aangever, waarbij hij zei Ga weg. Jullie moeten hier allemaal weg!" en "Ga weg, je moet weg. Uit mijn buurt", althans woorden van gelijke dreigende aard of strekking. De verdachte probeerde iedereen op afstand te houden, zodat hij weer dichter bij het slachtoffer kon komen, aldus de aangever. De aangever kent de verdachte al langer en vond het op dat moment moeilijk om hem in te schatten. Hij voelde zich erg bedreigd en was van mening dat de verdachte zijn bedreigingen ook daadwerkelijk uit zou voeren.
poging tot doodslag.
bedreiging met zware mishandeling.
- Pieter Baan Centrum d.d. 17 augustus 2009;
- GZ-psycholoog [psycholoog 2] d.d. 1 maart 2012;
- Psychiater dr. [psychiater 2] d.d. 8 maart 2012;
- Pieter Baan Centrum d.d. 25 april 2013.
- het feit dat reeds in een andere zaak aan de verdachte de maatregel van TBS met dwangverpleging is opgelegd en dat de uitvoering daarvan pas kan aanvangen na de executie van de in deze zaak op te leggen straf;
- het feit dat de verdachte in 2013 onherroepelijk is veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 10 jaren, hij niet meer in aanmerking komt voor een voorwaardelijke invrijheidsstelling en dat pas sinds 30 maart 2020 de executie van deze straf verder is opgepakt;
- het belang van behandeling van de psychische problematiek van de verdachte.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) jaren;
onttrekking aan het verkeervan het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten: een aardappelschilmes;