Uitspraak
De rechtbank heeft het in die strafzaak onder feit 2, feit 3 en feit 4 primair tenlastegelegde bewezenverklaard, dat gekwalificeerd als:
- ‘overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 2:96 van de Wet op het financieel toezicht, opzettelijk begaan’ (feit 2),
- ‘van het plegen van witwassen een gewoonte maken’ (feit 3) en
- ‘valsheid in geschrift’ (feit 4 primair),
de verdachte deswege strafbaar verklaard en hem veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 365 dagen waarvan 167 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren en met aftrek van voorarrest, alsmede tot een taakstraf voor de duur van 240 uren subsidiair 120 dagen hechtenis.
De benadeelde partijen [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 3] , [slachtoffer 4] , [slachtoffer 5] , [slachtoffer 6] , [slachtoffer 7] , [slachtoffer 8] , [besloten vennootschap van slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] / [slachtoffer 11] , [slachtoffer 12] , [slachtoffer 13] , [slachtoffer 14] , [slachtoffer 15] , [slachtoffer 16] , [slachtoffer 17] , [slachtoffer 18] , [slachtoffer 19] , [slachtoffer 20] , [slachtoffer 21] , [slachtoffer 22] , [slachtoffer 23] , [slachtoffer 24] , [slachtoffer 25] , [slachtoffer 26] , [slachtoffer 27] , [slachtoffer 28] , [slachtoffer 29] en [besloten vennootschap van slachtoffer 30] / [slachtoffer 30] zijn allen niet-ontvankelijk verklaard in hun vorderingen tot schadevergoeding, met veroordeling van de benadeelde partijen in de proceskosten aan de zijde van de verdachte.
Ten slotte heeft de rechtbank het jegens de verdachte reeds geschorste verleende bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven.
- ‘bedrieglijke bankbreuk’ (feit 1) en
- ‘opzettelijk gebruik maken van een vals of vervalst geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid van het Wetboek van Strafrecht, als ware het echt en onvervalst’ (feit 2),
de verdachte deswege strafbaar verklaard en hem veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 maanden met aftrek van voorarrest. Voorts heeft de rechtbank de teruggave aan de verdachte gelast van twee ordners met administratieve bescheiden.
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van de maand mei 2010 tot en met de maand augustus 2013 in de gemeente(n) Uden en/of Gemert en/of Eindhoven en of (elders) in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen, (telkens) door het aannemen van een valse hoedanigheid en/of door listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, (telkens) een (groot) aantal (rechts)personen, waaronder na te noemen (rechts)personen/(rechts)persoon, tevens te noemen de belegger(s), (telkens) heeft bewogen tot afgifte(n) van een of meer geldbedrag(en),
hij – al dan niet handelend onder [eenmanszaak verdachte] – vanaf de maand mei 2010 tot en met de maand augustus 2013 in de gemeente(n) Uden en/of Gemert en/of Eindhoven en/of (elders) in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met [besloten vennootschap verdachte I] en/of [besloten vennootschap verdachte II] en/of een of meer ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) – al dan niet – opzettelijk zonder een daartoe door de Autoriteit Financiële Markten verleende vergunning in of vanuit Nederland beleggingsdiensten heeft verleend voor en/of beleggingsactiviteiten heeft aangeboden aan [slachtoffer 30] en/of [besloten vennootschap van slachtoffer 30] (D-050, AH-054, p 200400, D-068 en D-069) en/of [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 31] en/of [besloten vennootschap slachtoffer 1] (D-152 en AH-054, p. 200380 p.v.) en/of [slachtoffer 2] en/of [besloten vennootschap slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] (D-124 t/m D-126 en AH-054, p. 200385 p.v.) en/of [slachtoffer 5] (D-141 en AH-054, p. 200386 p.v.) en/of [slachtoffer 15] en/of [slachtoffer 32] (D-146 en AH-054, p. 200403 p.v.) en/of [slachtoffer 16] (D-148 en AH-054, p. 200404 p.v.) en/of [slachtoffer 26] (D-162, D-163 en D-165 en AH-054, p. 200414 p.v.) en/of [slachtoffer 29] (D-107 en AH-054, p. 200417 p.v.) en/of [slachtoffer 19] en/of [slachtoffer 33] (D-090 t/m D-092 en AH-054, p. 2004008 p.v.) en/of [besloten vennootschap van slachtoffer 9] en/of [slachtoffer 9] (D-076 t/m 078 en AH-054, p. 200.396 p.v.) en/of [slachtoffer 6] en/of [slachtoffer 34] (D-185 tot en met D-188, D-191 en AH-055, p. 200393 p.v.) en/of een of meer ander(en), door het (telkens) aanbieden en/of verlenen van – zakelijk weergegeven – investeringsdiensten in beurs gerelateerde producten en/of beleggingsactiviteiten via de BinckBank en/of IG Markets Ltd. en/of een of meer (andere) beleggingsinstelling(en);
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode vanaf de maand mei 2010 tot en met de maand augustus 2013 in de gemeente(n) Uden en/of Gemert en/of Eindhoven en/of (elders) in Nederland, (telkens) tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt, immers heeft hij, verdachte en/of (een of meer van) zijn medeverdachte(n) een of meer voorwerp(en) verworven en/of voorhanden gehad en/of overgedragen en/of omgezet, te weten na te noemen geldbedrag(en), welk(e) (telkens) onderdeel uitmaakte(n) van de/het banksaldi/banksaldo van de/het bankrekeningnummer(s) [bankrekeningnummer 1] en/of [bankrekeningnummer 2] , (telkens) ten name van hem, verdachte en/of bankrekeningnummer(s) [bankrekeningnummer 3] en/of [bankrekeningnummer 4] , (telkens) ten name van [besloten vennootschap verdachte I] en/of bankrekeningnummer [bankrekeningnummer 5] ten name van [besloten vennootschap verdachte II] :
* een of meer geldbedrag(en) tot een totaal geldbedrag groot € 86.883,- of daaromtrent, althans een of meer geldbedrag(en), door die/dat geldbedrag(en) (telkens) contant op te nemen (D-283, AH-038 en AH-038-6 1/4) en/of
* een of meer geldbedrag(en) tot een totaal geldbedrag groot € 98.393,- of daaromtrent, althans een of meer geldbedrag(en), door die/dat geldbedrag(en) (telkens) contant dan wel door overboeking op rekening [bankrekeningnummer 6] ten name van [echtgenote verdachte] , beschikbaar te stellen aan [echtgenote verdachte] (AH-038 en AH-038-6 1/4) en/of
* een of meer geldbedrag(en) tot een totaal geldbedrag groot € 542.620,89 of daaromtrent, althans € 482.620,- of daaromtrent, althans een of meer geldbedrag(en), door die/dat geldbedrag(en) (telkens) aan te wenden als betaling(en) voor de aanschaf van (een) auto(’s) en/of voor de dekking van autokosten (AH-028, AH-038 en AH-038-6 2/4) en/of
* een of meer geldbedrag(en) tot een totaal geldbedrag groot € 230.672,95 of daaromtrent, althans een of meer geldbedrag(en), door die/dat geldbedrag(en) (telkens) aan te wenden als betaling(en) voor de verwerving en/of exploitatie van Bar Dancing [naam bar-dancing] (D-242 t/m D-242a, AH-038 en AH-038-6 2/4) en/of
* een/of meer geldbedrag(en) tot een totaal geldbedrag groot € 399.994,- of daaromtrent, althans een of meer geldbedrag(en), door die/dat geldbedrag(en) (telkens) aan te wenden als betaling(en) van (een deel van) de aankoopprijs van onroerend goed (D-288, AH-038 en AH-038-6 2/4) en/of
* een/of meer geldbedrag(en) tot een totaal geldbedrag groot € 326.736,- of daaromtrent, althans een of meer geldbedrag(en), door die/dat geldbedrag(en) (telkens) aan te wenden als betaling(en) van (een) besteding(en) ten behoeve van de woning van hem, verdachte (D-290 en AH-038 en AH-038-6 3/4);
hij op of omstreeks 11 januari 2013, althans op enig tijdstip in of omstreeks de periode van de maand februari 2012 tot en met 11 januari 2013 in de gemeente(n) Uden en/of Gemert en/of (elders) in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, opzettelijk de/een brief gedateerd 11 januari 2013, afkomstig van [naam advocaat] van [advocatenkantoor] en gericht aan mevrouw mr. [naam medewerker AFM] van de Autoriteit Financiële Markten (D-059), ter zake – zakelijk weergegeven – handelende over het opheffen van de blokkade op de rekeningen van hem, verdachte, zijnde die brief een geschrift dat bestemd is om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt, althans heeft vervalst, hebbende hij, verdachte en/of (een of meer van) zijn medeverdachte(n), toen daar opzettelijk valselijk en/of in strijd met de waarheid – zakelijk weergegeven – die voornoemde brief ten name gesteld van de advocaat [naam advocaat] voornoemd, zulks terwijl die brief in werkelijkheid niet door of namens die advocaat [naam advocaat] voornoemd is geschreven of opgesteld, met het oogmerk om voormelde brief als echt en onvervalst te gebruiken of door een ander of anderen te doen gebruiken;
hij op of omstreeks 4 augustus 2014, althans op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de maand augustus 2014 in de gemeente(n) Eindhoven en/of Tilburg en/of Geldrop, althans in Nederland, terwijl verdachte bij vonnis van de arrondissementsrechtbank Oost-Brabant van 29 oktober 2013 (DOC-010) in staat van faillissement was verklaard, ter bedrieglijke verkorting van de rechten van zijn schuldeiser(s), tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, een of meer bate(n) niet heeft verantwoord en/of een of meer goed(eren) aan de boedel onttrokken, immers heeft hij, verdachte en/of (een of meer van) zijn medeverdachte(n), (telkens) buiten het zicht en zonder medeweten van de curator, een of meer inkomsten tot een totaalbedrag groot € 75.000,-, (telkens) afkomstig van [vastgoed besloten vennootschap] , ontvangen en/of gehouden op een bankrekening met nummer [bankrekeningnummer 7] ten name van hem, verdachte (DOC-004 en D-096, gevoegd bij aanvullend pv gedateerd 9 maart 2016);
hij op of omstreeks 18 mei 2015 in de gemeente Eindhoven, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, opzettelijk gebruik heeft gemaakt, althans gebruik heeft doen maken van een vals of vervalst rekeningoverzicht van de Saxo Bank te Hellerup (Denemarken) ten name van hem met klant-ID 4289154 (DOC-039), zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, als ware dat geschrift echt en onvervalst, bestaande dat gebruikmaken hierin dat hij, verdachte en/of (een of meer van) zijn medeverdachte(n) voornoemd, dat rekeningoverzicht voornoemd heeft doen overleggen en/of overhandigen aan (een) opsporingsambtena(a)r(en) van de FIOD in Eindhoven in verband met een (onder meer) tegen hem, verdachte, lopend strafrechtelijk onderzoek (AMB-017 en AMB-017a) en bestaande die valsheid of vervalsing hierin dat in dat rekeningoverzicht (onder meer) een kassaldo is vermeld van USD 1.792.893,66.
hij op tijdstippen in of omstreeks de periode van de maand mei 2010 tot en met de maand augustus 2013 in Nederland, telkens met het oogmerk om zich wederrechtelijk te bevoordelen, telkens door het aannemen van een valse hoedanigheid en door een samenweefsel van verdichtsels een groot aantal (rechts)personen, waaronder na te noemen (rechts)personen, tevens te noemen de beleggers, telkens heeft bewogen tot afgifte van een of meer geldbedragen,
hij op tijdstippen in of omstreeks de periode vanaf de maand mei 2010 tot en met de maand augustus 2013 in Nederland, van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt, immers heeft hij, verdachte, voorwerpen overgedragen en omgezet, te weten na te noemen geldbedragen, welke telkens onderdeel uitmaakten van de banksaldi van de bankrekeningnummers [bankrekeningnummer 1] en/of [bankrekeningnummer 2] ten name van hem, verdachte, en/of bankrekeningnummers [bankrekeningnummer 3] en/of [bankrekeningnummer 4] ten name van [besloten vennootschap verdachte I] en/of bankrekeningnummer [bankrekeningnummer 5] ten name van [besloten vennootschap verdachte II] :
* een geldbedrag, door dat geldbedrag contant op te nemen en
* geldbedragen tot een totaal geldbedrag groot € 98.393,- of daaromtrent, door die geldbedragen telkens contant dan wel door overboeking op rekening [bankrekeningnummer 6] ten name van [echtgenote verdachte] , beschikbaar te stellen aan [echtgenote verdachte] en
* geldbedragen tot een totaal geldbedrag groot € 542.620,89 of daaromtrent, door die geldbedragen telkens aan te wenden als betalingen voor de aanschaf van auto’s of voor de dekking van autokosten en
* geldbedragen tot een totaal geldbedrag groot € 230.672,95 of daaromtrent, door die geldbedragen telkens aan te wenden als betaling voor de verwerving en exploitatie van Bar Dancing [naam bar-dancing] en
* geldbedragen tot een totaal geldbedrag groot € 399.994,- of daaromtrent, door die geldbedragen telkens aan te wenden als betalingen van (een deel van) de aankoopprijs van onroerend goed en
* geldbedragen tot een totaal geldbedrag groot € 326.736,- of daaromtrent, door die geldbedragen telkens aan te wenden als betaling van bestedingen ten behoeve van de woning van hem, verdachte;
hij op 11 januari 2013 in Nederland, opzettelijk een brief gedateerd 11 januari 2013, afkomstig van [naam advocaat] van [advocatenkantoor] en gericht aan mevrouw mr. [naam medewerker AFM] van de Autoriteit Financiële Markten, handelende over het opheffen van de blokkade op de rekeningen van hem, verdachte, zijnde die brief een geschrift dat bestemd is om tot bewijs van enig feit te dienen, valselijk heeft opgemaakt, hebbende hij, verdachte, toen daar opzettelijk valselijk en in strijd met de waarheid die voornoemde brief ten name gesteld van de advocaat [naam advocaat] voornoemd, zulks terwijl die brief in werkelijkheid niet door of namens die advocaat [naam advocaat] voornoemd is geschreven of opgesteld, met het oogmerk om voormelde brief als echt en onvervalst te gebruiken of door een ander of anderen te doen gebruiken;
hij op tijdstippen in of omstreeks de maand augustus 2014 in Nederland, terwijl verdachte bij vonnis van de arrondissementsrechtbank Oost-Brabant van 29 oktober 2013 in staat van faillissement was verklaard, ter bedrieglijke verkorting van de rechten van zijn schuldeisers, baten niet heeft verantwoord en goederen aan de boedel onttrokken, immers heeft hij, verdachte, telkens buiten het zicht en zonder medeweten van de curator, inkomsten tot een totaalbedrag groot € 75.000,-, telkens afkomstig van [vastgoed besloten vennootschap] , ontvangen en gehouden op een bankrekening met nummer [bankrekeningnummer 7] ten name van hem, verdachte;
hij op 18 mei 2015 in de gemeente Eindhoven, althans in Nederland, opzettelijk gebruik heeft doen maken van een vals rekeningoverzicht van de Saxo Bank te Hellerup (Denemarken) ten name van hem met klant-ID 4289154, zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, als ware dat geschrift echt en onvervalst, bestaande dat gebruikmaken hierin dat hij, verdachte, dat rekeningoverzicht heeft doen overleggen of overhandigen aan opsporingsambtenaren van de FIOD in Eindhoven in verband met een (onder meer) tegen hem, verdachte, lopend strafrechtelijk onderzoek en bestaande die valsheid hierin dat in dat rekeningoverzicht een kassaldo is vermeld van USD 1.792.893,66.
1..Aanvangsproces-verbaal d.d. 8 mei 2013, dossierpagina’s 200006-200014, voor zover inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 3] :
Functie: eigenaar van eenmanszaak [eenmanszaak verdachte]
Bedrijfsomschrijving: Trading, belegging en advies
Datum vestiging: 01 mei 2010
" [eenmanszaak verdachte] is een Nederlandse trading company met gespecialiseerde financiële dienstverlening voor particulieren en bedrijven. Wij bieden diensten aan op het gebied van sparen en vermogensbeheer, een unieke vorm op de Nederlandse markt."
“... [naam onderneming verdachte] zelf genereert minimaal 30% op jaarbasis. Dit is haalbaar mits u de discipline van [naam onderneming verdachte] naleeft. U beslist zelf wat u doet…”en
“... Momenteel zijn er nog enkele plaatsen vrij in onze exclusieve [naam onderneming verdachte] beleggingsclub. Rendement gegarandeerd 2% per maand, 24% per jaar! 12 maanden na startdatum ontvangt u ook nog een extra uitkering van 2,5% over het ingelegde vermogen ...”en
“... Minimale inleg van 50.000 euro en gemaximaliseerd tot voorlopig 500.000 euro strekt tot onze aanbeveling ... indien men een lager bedrag wil inleggen is dat bespreekbaar. Verder worden geen kosten in rekening gebracht.”
“... Alle kosten zijn bij ons inbegrepen. U betaalt € 0,00. Dit is dus al een enorme besparing.
“... De winsten die behaald worden boven de 12% zijn voor de [besloten vennootschap verdachte II] . Het is daarom een no cure-no pay beheer en [besloten vennootschap verdachte II] verdient alleen als u geld verdient, dat is wel zo eerlijk in deze roerige tijden ...”en
Startdatum onderneming: 01-05-2010
Activiteiten: SBI-code: 6612 - Commissionairs en makelaars in effecten,
beleggingsadviseurs e.d.
Werkzame personen 1
Internetadres: [website 1]
Adres: [adres 2]
Datum in functie: 01-05-2010
3..Overeenkomsten van investering, telkens gesloten tussen een of meer beleggers en de verdachte, handelend onder de naam [eenmanszaak verdachte] , welke overeenkomsten als bijlagen aan dit arrest zijn gehecht en waarvan de inhoud als hier herhaald en ingelast wordt beschouwd:
p. 600594-600596;
[bankrekeningnummer 2] ABN-Amro 22 september 2009 t/m 30 april 2013
[bankrekeningnummer 3] ABN-Amro 3 oktober 2012 t/m 29 juli 2013
[bankrekeningnummer 4] Rabobank 5 maart 2012 t/m 28 september 2012
[bankrekeningnummer 5] Rabobank 5 februari 2013 t/m 29 juli 2013
(Hof komt tot:
€ 125.000,00)
(Hof komt tot:
€ 4.450.000,00)
€ 250.000,00)
[bankrekeningnummer 2] ABN-Amro 22 september 2009 t/m 30 april 2013
[bankrekeningnummer 3] ABN-Amro 3 oktober 2012 t/m 29 juli 2013
[bankrekeningnummer 4] Rabobank 5 maart 2012 t/m 28 september 2012
[bankrekeningnummer 5] Rabobank 5 februari 2013 t/m 29 juli 2013
€ 125.000,00)
€ 4.450.000,00)
€ 250.000,00)
[bankrekeningnummer 2] ABN-Amro 22 september 2009 t/m 30 april 2013
[bankrekeningnummer 3] ABN-Amro 3 oktober 2012 t/m 29 juli 2013
[bankrekeningnummer 4] Rabobank 5 maart 2012 t/m 28 september 2012
[bankrekeningnummer 5] Rabobank 5 februari 2013 t/m 29 juli 2013
Ontvangsten € 9.154.926,99
Betalingen aan inleggers € 2.450.250,67
Geleden verlies op beleggings- of speculatietransacties (USD) $ 161.514,78
7..Proces-verbaal portefeuilleontwikkeling beleggingsrekeningen Binck Bank d.d. 13 december 2013, AH-060, p. 200436-200438, voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 3] :
[bankrekeningnummer 1], na een storting op 29 februari 2012 van 4,1 miljoen euro door inleggers en nog een aanvullende storting door een inlegger op 27 juli 2012 van € 400.000,00. De vermogenspositie is na de inleg op 29 februari 2012 4,1 miljoen euro en deze neemt af naar € 517.281,00 op 26 juli 2012.
[bankrekeningnummer 9]laat vanaf 2 november 2012 een vermogenspositie zien van € 34,00. De huidige positie is -€ 86,00. Dit beeld komt ook overeen met het verlies op beurs gerelateerde producten van ongeveer 3 miljoen euro dat beschreven is in AH-038.
8..Proces-verbaal banksaldo beleggingsrekening en beleggingsresultaat IG Markets d.d. 16 december 2013, AH-061, p. 200448-200449, voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 3] :
Met de overeenkomst zou [eenmanszaak verdachte] een bedrag van € 4.000.000,-- van [besloten vennootschap van slachtoffer 30] overgemaakt krijgen op een BinckBank rekening met IBAN Nummer: [bankrekeningnummer 11] , rekeninghouder Rob vd Berg referentie [bankrekeningnummer 1] . Het bedrag zou door [eenmanszaak verdachte] belegd worden, zie voor nadere details de overeenkomst.
2. Schaduwportefeuille van beleggingen in aandelen
9. Contractbreuk " [eenmanszaak verdachte] / [besloten vennootschap van slachtoffer 30] " (01.03.2012)
14. Storting 4.000.000,00 € BinckBank
15. Storting 450.000 €€
10..Een overzicht ‘bankrekeningen voor de boekingen van [besloten vennootschap van slachtoffer 30] naar R. van den Berg ’, D-067, dossierpagina 600345, inhoudende:
11..Twee bankafschriften ten name van [besloten vennootschap van slachtoffer 30] van rekeningen aangehouden bij respectievelijk de Thurgauer Kantonalbank en de Raiffeisenbank regio Arbon, D-068 en 069, dossierpagina’s 600346-300347, welke afschriften als bijlage aan dit arrest zijn gehecht:
12..Proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer 30] door de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Oost-Brabant te ’s-Hertogenbosch, van 17 juli 2015, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 30] voornoemd:
Als ik hem ontmoette, vroeg ik hem of mijn geld veilig was. Hij antwoordde dan dat ik niet bang hoefde te zijn dat mijn geld zou verdwijnen. Hij vertelde dat het geld vastzat bij de bank en dat hij geïnvesteerd had.
13..Proces-verbaal van verhoor getuige [slachtoffer 1] d.d. 16 oktober 2013, G-07, p. 300040-300048, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 1] voornoemd:
Op 15 oktober 2013 heb ik (verbalisant [verbalisant 2] ) van u, via de email, een voegingsformulier ontvangen. Met dit formulier heeft u aangegeven ‘benadeelde’ te zijn en dat u zich wil voegen bij het strafrechtelijk onderzoek dat is ingesteld tegen Rob van den Berg . Volgens het formulier heeft uw partner, mevrouw [slachtoffer 31] , u gemachtigd om haar te vertegenwoordigen in de voegingsprocedure tegen Rob van den Berg . Kunt u instemmen met deze weergave?
“Bijgaand ontvangt u mijn overeenkomst met [eenmanszaak verdachte] alsmede een overzicht van de inleg en gemiste rendementen. Op enig mommelt heb ik mijn inleg opgeëist hetgeen niet gedaan is. Een korte weergave van mijn verhaal:
Getuige: Ja.
In het voegingsformulier schrijft u onder 4a onder meer:
Ja, alleen de datum van 09-13-2013 moet 09-10-2013 zijn.
Ik verwijs naar hetgeen ik heb opgenomen in mijn relaas (D-151) en wat u hierover kunt teruglezen in het overzicht dat ik u heb verstrekt (D-153). Ik heb Rob van den Berg op 4 juni 2013 een e-mail verzonden waarin ik mijn tegoed van € 158.000,-, per 1 juni 2013, heb opgeëist. Ik heb hierbij verwezen naar de overeenkomst waarin staat dat het geld binnen 24 uur is op te eisen.
Nee, nooit heeft Rob ons geïnformeerd dat het niet goed ging met onze inleg.
14..Proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer 1] door de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Oost-Brabant te ’s-Hertogenbosch, van 16 september 2014, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 1] voornoemd:
• [eenmanszaak verdachte] / Rob van den Berg (geldnemer) en [slachtoffer 2] (geldgever) met datum ondertekening 15-07-2011 voor een bedrag van € 50.000,-;
Kunt u ons uitleggen hoe deze overeenkomsten en de daarin genoemde bedragen horen bij de informatie die in de brief van 2 april 2013 staat, met name waar het gaat om de inleg van [slachtoffer 3] (hof: [slachtoffer 3] )?
De overeenkomst is niet aangepast en er is ook geen nieuwe overeenkomst voor deze inleg van € 23.000 opgemaakt.
“Ik maak me zeer grote zorgen over de continuïteit van de betalingen en wil je nadrukkelijk wijzen op hetgeen in de contracten is vermeld over de mogelijkheid tot het terstond opeisen van de hoofdsom. Dit heeft nu ook invloed op onze persoonlijke financiën en die van mijn bedrijf. We hebben natuurlijk al diverse malen gesproken over de reden van de betalingsproblemen en ik denk dat wij tot nu toe zeer coulant zijn geweest.”
16..Proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer 2] door de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Oost-Brabant te ’s-Hertogenbosch, van 16 september 2014, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 2] voornoemd:
Mijn vrouw is ook ingestapt. Zij heeft eigen kapitaal, kapitaal van haar ouders en van een vriendin ingelegd.
Rob van den Berg heeft mij wat afschriften laten zien en uitgelegd wat er aan de hand was. Hij vertelde mij dat hij geen vergunning nodig had omdat hij werkte met een groep van minder dan tien personen.
Dit contract is opgesteld door Rob van den Berg . Ik heb daar zelf geen wijzigingen op aangebracht. Met name artikel 7 in het contract vond ik belangrijk, dat betrof het direct kunnen opnemen van het ingelegde geld.
Er was een relatie met Binck-Bank, er was een onderpand, en er was de eigen orderportefeuille van Rob van den Berg . Rob van den Berg zei dat hij één van de oprichters van de Binck-Bank was en dat hij in 2011 belegger van het jaar was geweest.
17..Proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer 3] door de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Oost-Brabant te ’s-Hertogenbosch, van 16 september 2014, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 3] voornoemd:
U vraagt mij of Rob van den Berg , naast de contracten en het feit dat mijn man zijn betalingen ontving, nog dingen gezegd heeft of gedaan om vertrouwen te putten. Uit het feit dat het hem goed ging, kreeg ik vertrouwen. Zo reed hij elke maand in een andere auto. Wij dachten: “Blijkbaar gaat het hem goed, dan gaat het ons ook goed.”
Hij vertelde dat hij medeoprichter was van de Binck-Bank en daar veel ontwikkeld had.
Door wat Rob van den Berg vertelde over zijn handelswijze, de systemen die hij gebruikte en zijn eigen portefeuille, kreeg ik een idee van wat hij deed en wat de resultaten daarvan waren.
Ik herken dit als een contract dat ik met hem ondertekend heb. Ik heb 100.000 EUR ingelegd. Ik heb daarnaast nog tweemaal geïnvesteerd zonder een contract. Dat was zonder contract in verband met het vertrouwen dat ik had.
Ik heb eenmaal een identieke storting van 100.000 EUR gedaan en eenmaal 50.000 in verband met aandelen Facebook. Het betrof zeker geen geldlening. Ik heb geen wijzigingen in het contract aangebracht, althans op papier. Mondeling is afgesproken dat de 2% rendement, zoals dit in het contract staat, zou worden geherinvesteerd in mijn portefeuille.
Rob van den Berg zei dat hij geholpen had een bank op te richten en dat hij zelf op de beursvloer had gestaan.
Ik ben daarna regelmatig in Uden geweest. Hij liet mij een rekening zien waar geld op stond en gaf aan een vriendenclub te hebben die geld ingelegd hadden. Hij gaf aan dat het voor mij misschien ook wel iets was. Hierna heb ik ook geld ingelegd. Rob liet mij in die tijd diverse rekeningen zien, onder andere van de Binck Bank en de RBS. Op 31 augustus 2011 heb ik 100.000 euro overgemaakt naar de rekening met 903 op het eind. Hiervan is ook een overeenkomst opgemaakt met dagtekening 31 augustus 2011. Ik overhandig u hierbij een kopie van de overeenkomst.
Na de perikelen met [slachtoffer 30] en mijn contacten met de advocaat van [slachtoffer 30] en mijn eigen accountant weet ik niet meer welke waarde ik moet hechten aan de overzichten mede omdat ik nu heb gezien dat op de overzichten te lezen is "schaduwportefeuille".
Ik heb ook om terugbetaling van inleggelden gevraagd en deze niet ontvangen. Met betrekking tot de ingelegde gelden van mijn moeder geldt hetzelfde. Ik heb namens mijn moeder aan Rob gevraagd om een deel van het inleggeld, maar ook nooit ontvangen.
21..Proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer 15] door de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Oost-Brabant te ’s-Hertogenbosch, van 16 oktober 2014, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 15] voornoemd:
Hij vertelde mij dat hij bij Binck had gezeten en had geholpen met het opzetten van financiële administratie.
Hij schermde er wel eens mee dat hij naar Amsterdam moest om te overleggen over zaken bij Binck. Met Rob van den Berg had ik een afspraak over een rendement van 2,5 of 3%. Dat rendement zou cumuleren boven op de inleg.
Op een gegeven moment was ik wekelijks bij hem op kantoor. Ik besprak met hem hoe het met de rekening van mij en mijn moeder ervoor stond. Hij liet weten dat er een uitstekend rendement was, op basis van een schaduwrekening van Binck was te volgen wat het rendement was. Kort voordat Van den Berg werd aangehouden was het rendement (het hof begrijpt: op de getoonde schaduwrekening) 60 tot 70%.
Hij heeft mij wel ooit het overzicht van een ING rekening getoond, waaruit bleek dat daar 1,6 miljoen euro op stond. Ik heb dat gezien. Hij deed het voorkomen dat hij dat bedrag had verdiend met beleggen. Mijn indruk was dat hij met dat bedrag garant kon staan voor de ingelegde bedragen.
22..Proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer 16] door de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Oost-Brabant te ’s-Hertogenbosch, van 16 oktober 2014, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 16] voornoemd:
23..Proces-verbaal van verhoor getuige [slachtoffer 26] d.d. 23 oktober 2013, G08-01, p. 300052-300061, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 26] voornoemd:
“Hierbij mijn relaas aangaande Rob van den Berg . Vanaf nu te noemen [aanduiding verdachte] .
Ik heb geen afschriften. Alles is via internetbankieren gegaan. Ik heb eerst een contract gehad van € 100.000. Dat was mei 2010. Later een contract van € 200.000. Dat was omstreeks februari 2011. Deze verving het contract van mei 2010. Als laatste een contract begin dit jaar. Dit contract verving weer het contract van februari 2011.
‘Bij een daling van het ingelegde vermogen met meer dan 15 % wordt er door geldnemer contact opgenomen met geldgever zodat geldgever geïnformeerd blijft over de hoogte van zijn geïnvesteerde kapitaal. Geldgever zal in deze situatie altijd minimaal 85% van de bovengenoemde hoofdsom terug ontvangen van geldnemer ongeacht de waarde van zijn inlegkapitaal op dat moment’.
Wat kunt u ons hierover vertellen?
• Extra afspraak, artikel 4. Bij een daling van het vermogen tot op 100 % van het ingelegde vermogen wordt er door de geldnemer direct contact opgenomen met geldgever. Geldgever zal in deze situatie altijd minimaal de totale hoofdsom terug ontvangen van geldnemer ongeacht de waarde van zijn ingelegde kapitaal op dat moment;
25..Proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer 26] door de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Oost-Brabant te ’s-Hertogenbosch, van 15 september 2014, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 26] voornoemd:
Onder dit contract staat mijn handtekening. Ik heb risico’s ook besproken met Rob van den Berg . Zo is ook in het contract opgenomen dat, wanneer de hoofdsom zou zakken onder een bepaald niveau, er contact zou worden opgenomen.
In het contract is tevens bepaald dat 5% extra rendement over de hoofdsom zou worden uitgekeerd na afloop van het jaar. Het was een harde afspraak, die zo is afgesproken in het contract.
Vanaf december 2012 heb ik geen rendement meer gehad.
29..Proces-verbaal van bevindingen contact familie [slachtoffer 19] / inlegger d.d. 14 augustus 2013, AH-031, p. 200264-200269, voor zover inhoudende als relaas van verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 1] :
1) Een ‘overeenkomst van investering’ opgemaakt en getekend te Uden op 23-07-2010. In deze overeenkomst staat onder meer:
30..Bankafschriften van een privérekening ten name van [slachtoffer 19] en/of [slachtoffer 33] , aangehouden bij de ABN Amro-bank, dossierpagina’s 600559-600560, 600564, en 600573, welke afschriften als bijlage aan dit arrest zijn gehecht:
- op 6 oktober 2010 bedragen van € 220.000,00 en € 30.000,00,
31..Proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer 19] door de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Oost-Brabant te ’s-Hertogenbosch, van 16 oktober 2014, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 19] voornoemd:
Hij vertelde dat hij hard had gewerkt en een vermogen had opgebouwd. Hij zei iets van 2 miljoen. Ons geld was gedekt met zijn vermogen.
32..Proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer 33] door de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Oost-Brabant te ’s-Hertogenbosch, van 8 januari 2015, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 33] voornoemd:
U, raadsman, vraag mij waarom wij in augustus 2013 geen aangifte wilden doen. Wij doorzagen het toen nog niet. Het was angst en naïviteit. We voelden wel dat het fout zat, maar we wilden er niet aan.
U, raadsman, houdt mij voor dat er meerdere overeenkomsten met Van den Berg zijn. Ik heb die overeenkomsten gelezen. We zijn op kantoor geweest bij Van den Berg en hebben daar die contracten getekend.
De afspraak was dat de beleggers 3% rendement per maand ontvangen. Het rendement boven de 3% per maand was voor Rob . Hij vertelde verder nog dat hij zelf een bedrag van 1,2 miljoen euro opgebouwd had in eigen portefeuille.
34..Proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer 9] door de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Oost-Brabant te ’s-Hertogenbosch, van 12 november 2015, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 9] voornoemd:
U vraagt mij of Rob van den Berg mij iets heeft laten zien, dat het omhoog ging of dat het omlaag ging met de inleg. De stukken waarop het goed ging liet hij zien. Ik heb gevraagd om een keer per maand een overzicht te krijgen, maar iedereen zei mij al dat Rob dat niet ging doen.
35..Proces-verbaal van verhoor getuigen [slachtoffer 6] en [slachtoffer 34] d.d. 31 oktober 2013, G11-01, p. 300079-300085, voor zover inhoudende als verklaringen van getuigen [slachtoffer 6] en [slachtoffer 34] voornoemd:
37..Overzicht betalingen aan Rob van den Berg , opgesteld door [slachtoffer 6] , dossierpagina 600919, welk overzicht als bijlage aan dit arrest is gehecht:
38..Proces-verbaal van verhoor van getuige [slachtoffer 6] door de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Oost-Brabant te ’s-Hertogenbosch, van 18 september 2014, voor zover inhoudende als verklaring van getuige [slachtoffer 6] voornoemd:
Van den Berg zou mij informeren als de waarde van mijn inleg was gedaald onder 95%.
Hij heeft mij nooit spontaan gemeld dat het, door mij ingelegd, vermogen was gedaald tot onder de 95%. Ik kwam vanaf 2009 tot eind 2012 regelmatig over de vloer bij Rob van den Berg .
Ik kreeg overzichten van hem te zien en tot het laatst stond mijn portefeuille in de plus.
Toen ik geen rendementen meer kreeg, was mijn inleg er nog. Ik kreeg mijn portefeuille te zien op het beeldscherm en op prints. Mijn geld zat er nog in. Ik heb de inleg van 470.000 EUR niet terug gehad.
Het zijn zakenmensen.
Natuurlijk heb ik zoete broodjes gebakken naar sommigen toe.
“... De winsten die behaald worden boven de 12% zijn voor de [besloten vennootschap verdachte II] . Het is daarom een no cure - no pay beheer en [besloten vennootschap verdachte II] verdient alleen als u geld verdient, dat is wel zo eerlijk in deze roerige tijden ...”
“... Grote verschil met het oude beleggen:
40..Proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 2 oktober 2013, D-01-02, p. 400012-400025, voor zover inhoudende als verklaring van verdachte R. van den Berg :
Ik had de contracten, daaraan kon ik zien hoeveel mensen hadden ingelegd. Maar het is 1 pot geld en ik weet niet welk gedeelte van ieder afzonderlijke inlegger is. U vraagt me hoe ik dan had kunnen bepalen hoeveel mensen tegoed hadden, maar dat kon ik ook niet.
41..Proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 3 oktober 2013, V01-03, p. 400026-400030, voor zover inhoudende als verklaring van verdachte R. van den Berg :
Over deze jaren heeft verdachte Van den Berg (V01) overigens geen bij ons bekende ondernemingsactiviteiten.
Sedert januari 2012 staat op haar naam een ondernemingsactiviteit geregistreerd, zijnde Bar Dancing [naam bar-dancing] te Haps. Hierover verklaarde [echtgenote verdachte] dat deze verliesgevend is. Inmiddels is de discotheek failliet verklaard per 12-11-2013.
45..Eindproces-verbaal d.d. 19 december 2013, p. 2-88, voor zover inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant 1] , [verbalisant 2] en [verbalisant 3] :
Ook is niets door ons aangetroffen dat erop wijst dat met het opzetten of bijhouden van enige portefeuille-administratie een aanvang is genomen.
46..Brief van [naam advocaat] van [advocatenkantoor] Advocaten en Belastingadviseurs, gericht aan de Autoriteit Financiële Markten, ter attentie van mevrouw mr. [naam medewerker AFM] , d.d. 11 januari 2013, D-059, p. 600318, voor zover inhoudende:
: INT-DAMe-12041020
47..E-mailbericht van mr. [naam advocaat] aan de FIOD d.d. 12 september 2013, D-122,p. 600707, voor zover inhoudende:
48..E-mailbericht van mr. [naam medewerker AFM] , toezichthoudster integriteitstoezicht bij de Autoriteit Financiële Markten aan de FIOD d.d. 19 augustus 2013, D-121,
49..Proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 2 oktober 2013, p. 400019, voor zover inhoudende als verklaring van verdachte R. van den Berg :
50..Proces-verbaal onderzoek digitaal vermoedelijk vervalst document D-059 d.d. 8 augustus 2013, AH-032, p. 200270-200271, voor zover inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 5] :
51..Aanvullend proces-verbaal in verband met onderzoekswensen d.d. 5 december 2018 met als bijlagen aangetroffen e-mailverkeer, welke berichten aan dit arrest zijn gehecht, afzonderlijk in het procesdossier gevoegd, voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 2] :
53..Proces-verbaal aangifte curator d.d. 27 januari 2015, p. 180-184, voor zover inhoudende als verklaring van curator mr. M.J.W. van Ingen:
“V: Waar kent u het bedrijf [vastgoed besloten vennootschap] van?
54..Proces-verbaal van verhoor van getuige mr. M.J.W. van Ingen q.q. door de rechter-commissaris, belast met de behandeling van strafzaken in de rechtbank Oost-Brabant te ’s-Hertogenbosch, van 24 november 2016, voor zover inhoudende als verklaring van getuige Van Ingen voornoemd:
56..Brief van curator mr. M.J.W. van Ingen aan de ABN Amrobank N.V. d.d. 4 juni 2014, dossierpagina 758 (en 203), voor zover inhoudende:
57..Bankafschrift van een rekening ten name van [vastgoed besloten vennootschap] , aangehouden bij de Rabobank, dossierpagina 705, welk afschrift als bijlage aan dit arrest is gehecht:
58..Proces-verbaal van verhoor d.d. 7 juli 2015, p. 220 e.v., voor zover inhoudende als verklaring van curator mr. M.J.W. van Ingen:
curator
60..Eerste openbaar verslag in het faillissement van Robert van den Berg d.d. 17 december 2013, p. 205-210, met als bijlage lijsten van concurrente en preferente schuldvorderingen, p. 211, welke lijst als bijlage aan dit arrest is gehecht, voor zover inhoudende:
Verwezen wordt naar het aan dit verslag gehechte financieel verslag met daaraan gehechte lijsten van boedelschulden en ingediende schuldvorderingen.
€ 6.184.176,05 aan ingediende vorderingen. Daartegenover staan blijkens het overzicht aan activa op dossierpagina 208, nauwelijks activa.
61..Proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 14 juli 2015, p. 123-140, voor zover inhoudende als verklaring van verdachte R. van den Berg :
64..Verslag van een bijeenkomst tussen ING en [betrokken bedrijf 8] B.V. d.d. 9 maart 2015, p. 838-840, voor zover inhoudende:
Deze investeringen lopen via [rechtsopvolgster besloten vennootschap verdachte I] BV (een onderneming die voorheen bekend was onder [besloten vennootschap verdachte I] en stond op naam van mevrouw PE [echtgenote verdachte] - van den Berg ).
De heer [fiscaal adviseur] gaf aan dat hij (…) de fiscaal adviseur is van Van den Berg .
68..Rekeningoverzicht van een bankrekening ten name van verdachte R. van den Berg , aangehouden bij de Saxo Bank te Hellerup (Denemarken), d.d. 14 april 2015, dossierpagina 880, welk overzicht als bijlage aan dit arrest is gehecht:
69..E-mail van [directeur Saxo Bank] , directeur van de Saxo Bank te Hellerup, aan het Deense Openbaar Ministerie d.d. 8 juni 2015, p. 1245-1246, voor zover inhoudende:
70..Proces-verbaal bevindingen rechtshulpverzoek Denemarken beleggingsrekening Saxo Bank d.d. 27 oktober 2015, p. 653-654, voor zover inhoudende als relaas van verbalisant [verbalisant 3] :
71..Proces-verbaal contact met de heer [betrokkene 12] d.d. 27 mei 2015, p. 422-424, voor zover inhoudende als relaas van verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 3] :
Ik ga er van uit dat het geld nog steeds bij de Saxo-bank staat. Ik denk dat er ongeveer twintig mensen aan Rob geld hebben geleend en dat ze allemaal hetzelfde probleem hebben als ik. Zij krijgen ook niets meer betaald.
72..Proces-verbaal contact met de heer [betrokkene 12] d.d. 30 juli 2015, p. 425-426, voor zover inhoudende als relaas van verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 3] :
- het zou kunnen dat hij deze bescheiden van Van den Berg had ontvangen;
(…).
Na wijziging van de tenlastelegging in hoger beroep heeft het Openbaar Ministerie de contractuele bepalingen per belegger uitgesplitst, doch de tenlastelegging niet concreet inhoudelijk met enig oplichtingsmiddel aangevuld. Slechts valt te lezen dat de verdachte, vrijwel steeds ná de stortingen, ‘mooie praatjes’ heeft opgehangen, maar die leveren volgens de raadsman op zichzelf geen oplichtingsmiddel op.
Vervolgens is, naar aanleiding van deze melding, door de Belastingdienst in het kader van de belastingheffing een onderzoek ingesteld in de afschriften van de bankrekeningen van de verdachte en [eenmanszaak verdachte] die werden aangehouden bij de ABN Amro-bank, alsmede in de belastingaangiften van de verdachte en diens onderneming [eenmanszaak verdachte] .
Het in dit verband gevoerde verweer treft derhalve geen doel.
De stelling dat de verdachte bij wijze van het nemen van provisie daartoe gerechtigd was, zoals de raadsman heeft aangevoerd, is strijdig met de inhoud van de bewijsmiddelen.
Het verweer kan ook overigens niet slagen. Daartoe overweegt het hof als volgt.
Het hof merkt daarbij nog op dat de verdachte blijkens zijn eigen verklaring reeds vanaf zijn vrijlating uit detentie in april 2014 bezoldigde werkzaamheden verrichtte voor [vastgoed besloten vennootschap] Zulks blijkt eveneens uit de omschrijving bij de door deze vennootschap gedane betalingen op het bankafschrift. Ten tijde van het door de verdachte gedane verzoek om deblokkering van zijn bankrekening wist de verdachte derhalve dat hij aanzienlijke inkomsten zou verwerven ter zake van de op dat moment reeds door hem verrichte werkzaamheden, maar hij heeft er welbewust voor gekozen om de curator dienaangaande niet te informeren en hem ter zake ‘om de tuin te leiden’ door over de ontvangst van een voorschot van de gemeente, op een kennelijk door de gemeente nog toe te kennen uitkering ingevolge de Wet werk en bijstand, te spreken.
De beleggers zijn op grond van deze vertrouwenwekkende voorspiegelingen en mededelingen voor het eerst of opnieuw overgegaan tot afgifte aan de verdachte van diverse geldbedragen. Voor alle in het procesdossier naar voren gekomen beleggers, waarvan er maar een deel op de tenlastelegging en in de bewezenverklaring is terechtgekomen, betreft dit een totaalbedrag van circa 9 miljoen euro. In strijd met hetgeen contractueel was overeengekomen, heeft de verdachte telkenmale slechts een deel van dat ter investering ingelegde bedrag feitelijk belegd en het overige geld zich wederrechtelijk toegeëigend. Voor zover er ‘rendementen’ werden uitbetaald, vonden die veelal plaats uit de door andere beleggers ingelegde bedragen. Uit het procesdossier komt naar voren dat de verdachte met het wel belegde geld al snel aanzienlijke verliezen leed.
De verdachte heeft hiermee niet alleen het in hem gestelde vertrouwen ernstig geschaad. Ook het vertrouwen dat in het maatschappelijk verkeer in zijn algemeenheid gesteld moet kunnen worden in personen en financiële instellingen die zich bezighouden met individueel vermogensbeheer heeft daardoor schade opgelopen.
Immers, uit deze artikelen volgt dat rechtsvorderingen, die voldoening van een verbintenis uit de boedel ten doel hebben, gedurende het faillissement ook tegen de gefailleerde op geen andere wijze kunnen worden ingesteld dan door aanmelding ter verificatie bij de faillissementscurator. Wel kan de faillissementscurator, die uit hoofde van zijn bijzondere positie als vertegenwoordiger van de gezamenlijke schuldeisers van de gefailleerde bevoegd is voor de belangen van die schuldeisers in rechte op te komen, zich ten behoeve van die gezamenlijke schuldeisers als benadeelde partij in het strafgeding tegen de gefailleerde verdachte (of een derde) voegen. Dat laatste is in de onderhavige zaak evenwel niet geschied.
gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) jaren;