Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- [appellant] , bijgestaan door mr. Graafmans
- de bewindvoerder, vertegenwoordigd door [medewerker] ;
- de echtgenote van [appellant] .
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellant] tegen de beschikking van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, waarin het verzoek tot opheffing van het bewind over zijn goederen werd afgewezen. De beschikking van de kantonrechter was uitgesproken op 1 december 2011, waarbij [Bewinvoeringen B.V.] als bewindvoerder was benoemd. [appellant] heeft in zijn beroepschrift verzocht om de beschikking te vernietigen en de bewindvoerder te ontslaan, met als argument dat het bewind niet meer nodig is en dat hij samen met zijn echtgenote zijn financiën kan beheren. Tijdens de mondelinge behandeling op 16 november 2020, die digitaal plaatsvond vanwege COVID-19, heeft [appellant] zijn standpunt toegelicht, bijgestaan door zijn advocaat, mr. E.H.M. Graafmans. De bewindvoerder en de echtgenote van [appellant] waren ook aanwezig.
Het hof heeft de argumenten van beide partijen gehoord. [appellant] stelt dat hij geen problemen meer heeft met alcohol of drugs en dat hij en zijn echtgenote hun leven op orde hebben. De bewindvoerder daarentegen betoogt dat het bewind nog steeds noodzakelijk is, omdat [appellant] niet heeft aangetoond dat hij zijn financiën zelfstandig kan beheren. Het hof heeft vastgesteld dat het traject naar zelfredzaamheid niet is opgestart en dat er twijfels zijn over de intenties van de echtgenote van [appellant].
Uiteindelijk heeft het hof geoordeeld dat de noodzaak voor het bewind nog steeds bestaat en dat het verzoek tot opheffing van het bewind wordt afgewezen. Ook het verzoek van [appellant] om zijn echtgenote als bewindvoerder te benoemen is afgewezen, omdat niet is aangetoond dat zij samen in staat zijn om hun financiële belangen te beheren. De beschikking van de rechtbank is bekrachtigd en de proceskosten in hoger beroep zijn gecompenseerd, waarbij iedere partij zijn eigen kosten draagt.