3.7.De GI voert in het verweerschrift, zoals aangevuld ter gelegenheid van de mondelinge behandeling, - kort samengevat - het volgende aan.
De GI handhaaft de stellingen in het inleidende verzoek verlenging ondertoezichtstelling en verlenging machtiging uithuisplaatsing.
Betwist wordt dat de moeder voldoet aan de drie gestelde doelen. De moeder heeft tot op heden, ondanks meerdere schriftelijke verzoeken en een aankondiging van een schriftelijke aanwijzing, niet de naam van haar behandelend psycholoog noch een behandeltraject aan de GI verstrekt. De moeder stelt nu onder behandeling te zijn bij de praktijkondersteuner van haar huisartsenpraktijk. De GI acht het van belang dat de moeder onder behandeling is van een gekwalificeerde BIG-psycholoog en niet van een basispsycholoog. De GI verwijst naar de evaluatie en het vervolgplan van 9 september 2019, waarin is aangegeven dat de moeder moet zorgen voor een doorverwijzing van de huisarts naar de GGZ.
De moeder is niet clean. Op 16 juni 2019 is zij nog onder invloed door de politie aangetroffen. In de maand juni 2019 heeft zij tweemaal een positief resultaat op drugs gehad. Het netwerk van de moeder benoemt ook zorgen over drugsgebruik en de moeder blijkt ook bij de zedenpolitie, met wie de GI contact heeft over mogelijk seksueel grensoverschrijdend gedrag van de pleegvader, in het systeem bekend te zijn vanwege drugsproblematiek. De UC’s zijn van 23 juli 2019 tot 23 september 2019 stopgezet. De GI heeft pas op 21 november 2019, na een aankondiging schriftelijke aanwijzing, uitslagen van UC’s ontvangen. Deze zijn negatief maar GHB wordt snel afgebroken en is na 8 uur in het bloed en na 12 uur in urine niet meer aan te tonen.
Ter gelegenheid van de mondelinge behandeling heeft de GI desgevraagd aangegeven een nieuwe schriftelijke aanwijzing te zullen geven voor dagelijkse UC’s, teneinde duidelijkheid te krijgen of de moeder drugs gebruikt.
Met de begeleiding die aan de moeder, die functioneert op laagbegaafd niveau (IQ 73), wordt geboden, lukt het om de omgang goed te laten verlopen; zonder die begeleiding voorzien GI, SDW (Stichting Dag- en Woonvoorzieningen verstandelijk gehandicapten in westelijk Noord-Brabant) en de Voorziening voor Pleegzorg een ongestructureerd, chaotisch en belast contact.
De begeleide bezoeken waren tweewekelijks, maar zijn op grond van een beschikking van de rechtbank ZWB van 23 augustus 2019 uitgebreid naar eens per week tenminste twee uur. De moeder heeft echter in oktober 2019 bedreigende uitspraken gedaan; naar aanleiding daarvan, en het feit dat [minderjarige 1] en [minderjarige 2] na de bezoeken terugvalgedrag laten zien, is bezoek opgeschort en vanaf begin november vervolgens teruggebracht naar tweewekelijks anderhalf uur, onder begeleiding van twee personen. Er wordt bekeken of de bezoeken op een meer neutrale locatie dan het kantoor van de GI kunnen plaatsvinden. De GI heeft bij de rechtbank een verzoek ingediend tot wijziging van de regeling ex artikel 1:265g lid 1 BW, dat op 29 november 2019 door de rechtbank is behandeld, maar ten tijde van de mondelinge behandeling bij het hof was er nog geen uitspraak gedaan.
Met betrekking tot het onderzoek van Keinder stelt de GI dat prioriteit heeft dat de moeder clean is. Zolang dat niet duidelijk is, heeft een onderzoek ook geen zin. De GI verwijst naar de overweging van het hof in de beschikking van 25 april 2019: “Dit onderzoek kan pas worden gestart als de moeder, middels tweewekelijkse urinecontroles, heeft laten zien dat zij alcohol- en drugsvrij is.(…) Zo dient te worden toegewerkt naar duidelijkheid over het perspectief van de kinderen.”
De moeder en de kinderen stonden op de wachtlijst van Keinder, maar vanwege problemen met de financiering daarvan is besloten dat het onderzoek vanuit Sterk Huis zal moeten gebeuren. Wanneer dat wordt opgestart is nog onduidelijk.
De machtiging uithuisplaatsing is wel op goede gronden afgegeven. De stelling van de moeder dat zij zo goed meewerkt wordt betwist.