ECLI:NL:GHSHE:2020:2616
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Vervangende toestemming voor inschrijving van een minderjarige op basisschool
In deze zaak, die voorligt bij het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, betreft het een hoger beroep van de moeder tegen een beschikking van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De moeder verzoekt om vervangende toestemming voor de inschrijving van haar minderjarige kind op basisschool [basisschool 2] te [woonplaats moeder], terwijl de vader verzoekt om de inschrijving op basisschool [basisschool 1] te [plaats]. De minderjarige, geboren in 2016, is momenteel ingeschreven op basisschool [basisschool 1]. De rechtbank had eerder aan de vader toestemming verleend voor deze inschrijving, maar de moeder is van mening dat de inschrijving op [basisschool 2] in het belang van het kind is.
Tijdens de mondelinge behandeling op 11 augustus 2020 zijn beide ouders gehoord, evenals een vertegenwoordiger van de Raad voor de Kinderbescherming. Het hof heeft kennisgenomen van verschillende documenten, waaronder eerdere beschikkingen en brieven van de raad. De moeder heeft aangegeven bereid te zijn om tegemoet te komen aan de wensen van de vader, maar blijft bij haar verzoek om de inschrijving op [basisschool 2]. De vader heeft bezwaar tegen deze schoolkeuze en stelt dat de huidige school beter is voor de ontwikkeling van de minderjarige.
Het hof heeft de belangen van de minderjarige afgewogen en geconcludeerd dat de moeder meer praktische bezwaren ondervindt bij het brengen en halen van de minderjarige van de school in [plaats] dan de vader. Het hof heeft daarom besloten de bestreden beschikking van de rechtbank te vernietigen en de moeder vervangende toestemming te verlenen voor de inschrijving van de minderjarige op basisschool [basisschool 3] te [woonplaats moeder]. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het hof heeft het meer of anders verzochte afgewezen.