Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer: 7659298 / 19-1526)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep;
- de memorie van grieven met producties;
- de memorie van antwoord.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [Advocatenkantoor] tegen een vonnis van de kantonrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, waarin de vorderingen van [Advocatenkantoor] tot betaling van een factuur door [geïntimeerde] werden afgewezen. De procedure is gestart met een dagvaarding op 13 september 2019, en het hof heeft op 7 juli 2020 uitspraak gedaan. De kern van het geschil betreft een overeenkomst van opdracht tussen [Advocatenkantoor] en [geïntimeerde], waarbij [Advocatenkantoor] juridische werkzaamheden heeft verricht en een factuur van € 3.025,00 heeft gestuurd, die niet is voldaan. In eerste aanleg vorderde [Advocatenkantoor] een totaalbedrag van € 3.564,82, maar de kantonrechter wees deze vorderingen af en veroordeelde [Advocatenkantoor] in de proceskosten.
Het hof heeft in hoger beroep de rechtsmacht van de Nederlandse rechter beoordeeld op basis van artikel 18 van de EEX II-Verordening. Het hof concludeert dat de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft, omdat [geïntimeerde] woonachtig is in Nederland. [Advocatenkantoor] heeft in haar memorie van grieven vier grieven aangevoerd en verzocht om vernietiging van het eerdere vonnis. Het hof heeft de eerste grief van [Advocatenkantoor] gegrond verklaard, omdat het beroep op verrekening door [geïntimeerde] onvoldoende was onderbouwd. Het hof heeft de vordering van [Advocatenkantoor] toegewezen, inclusief de wettelijke rente en de buitengerechtelijke kosten, en [geïntimeerde] veroordeeld in de proceskosten van zowel de eerste aanleg als het hoger beroep.
De uitspraak van het hof vernietigt het eerdere vonnis en bevestigt de verplichting van [geïntimeerde] om het verschuldigde bedrag te betalen, met veroordeling in de proceskosten. Dit arrest is openbaar uitgesproken door de rolraadsheer op 7 juli 2020.