Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De beoordeling
svan 17 maart 2015 is ten aanzien van [appellant] de toepassing van de schuldsaneringsregeling uitgesproken.
- Beëindiging van de WSNP is zonder meer aan de orde nu de 5 jaar zijn verstreken, beëindiging heeft niets te maken met de geestelijke gesteldheid van [appellant] ;
- Het gaat er niet om of [appellant] voldoende zijn best heeft gedaan om inkomen te genereren, het gaat erom of [appellant] zijn best heeft gedaan om te solliciteren, waarbij het inkomen op zich geen issue is;
- Gedurende de periode van vrijstelling arbeidsplicht van februari 2018 tot oktober 2019 heeft [appellant] niet voldaan aan de daaraan door de rechter-commissarisgestelde voorwaarden, zoals het volgen van behandelingen en therapieën, daarmee is de vrijstelling komen te vervallen;
- Het verwijt van het cannabisgebruik van [appellant] had geen betrekking op het solliciteren, maar op het kunnen presteren op de arbeidsmarkt en het nakomen van verplichtingen;
- [appellant] had hulp (kunnen krijgen) van Mondriaan, [hulpverlening] , Reclassering, Radix, de Gemeente (sociale dienst), Dichterbij, UWV, sociaal verpleegkundige, enzovoorts. Maar het inschakelen van al die hulpverleners heeft er niet toe geleid dat [appellant] zijn verplichtingen adequaat nakwam.