In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 28 mei 2020, gaat het om de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van twee minderjarigen, [minderjarige 1] en [minderjarige 2], in het kader van de zorg voor hun veiligheid en ontwikkeling. De moeder, appellante in deze zaak, heeft een positieve ontwikkeling doorgemaakt, maar het hof oordeelt dat de ondertoezichtstelling noodzakelijk blijft om het veiligheidsplan te begeleiden en het contact tussen de ouders op te starten. De moeder heeft verzocht om de eerdere beschikking van de rechtbank Limburg te vernietigen, maar het hof komt tot de conclusie dat de zorgen over de kinderen nog steeds aanwezig zijn en dat de GI (Stichting Bureau Jeugdzorg Limburg) een belangrijke rol speelt in de begeleiding van de moeder en de kinderen.
De mondelinge behandeling vond digitaal plaats op 7 mei 2020, waarbij de moeder en de GI vertegenwoordigd waren. De kinderen zijn gehoord en hun mening is meegenomen in de beoordeling. Het hof heeft vastgesteld dat de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van [minderjarige 1] noodzakelijk zijn, gezien de zorgen over haar ontwikkeling en de noodzaak van een veilige omgeving. Voor [minderjarige 2] is de uithuisplaatsing tot 6 juni 2020 noodzakelijk, maar daarna zal hij weer bij de moeder gaan wonen. Het hof bekrachtigt de beschikking van de rechtbank en verklaart deze uitvoerbaar bij voorraad.