Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
1 (één) maand.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 5 maart 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Oost-Brabant. De verdachte, geboren in 1989 en zonder vaste woon- of verblijfplaats, was eerder veroordeeld voor diefstal en had opnieuw een delict gepleegd. De politierechter had de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 6 weken, met aftrek van het voorarrest, en had de voorlopige hechtenis opgeheven. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis.
Tijdens de zitting in hoger beroep heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die vroeg om bevestiging van het vonnis van de politierechter. Het hof heeft het vonnis van de politierechter bevestigd, maar de opgelegde straf vernietigd. Het hof heeft de straf opnieuw vastgesteld op 1 maand gevangenisstraf, rekening houdend met de ernst van het delict en de recidive van de verdachte. De verdachte had zich schuldig gemaakt aan diefstal van flessen shampoo en potten melkpoeder uit een winkel, wat niet alleen materiële schade veroorzaakte, maar ook overlast voor de winkelier met zich meebracht.
Bij de straftoemeting heeft het hof de eerdere veroordelingen van de verdachte in aanmerking genomen, wat leidde tot de conclusie dat een gevangenisstraf van 1 maand passend was. Het hof heeft de beslissing gegrond op artikel 310 van het Wetboek van Strafrecht, dat ten tijde van het bewezen verklaarde van toepassing was. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.