ECLI:NL:GHSHE:2020:1147
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- J.T.F.M. van Krieken
- P.M. Frielink
- A.C. van der Schans
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen vonnis politierechter met betrekking tot ontvankelijkheid
In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 24 januari 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Limburg, gedateerd 27 maart 2019. De verdachte had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis, maar de advocaat-generaal vorderde dat de verdachte niet-ontvankelijk in het hoger beroep zou worden verklaard. De verdediging stelde dat de verdachte ten tijde van de eerste zitting de consequenties van het doorgaan zonder advocaat en het afstand doen van het recht om hoger beroep in te stellen, niet kon overzien.
Het hof heeft het proces-verbaal van de politierechter bestudeerd, waarin stond dat zowel de verdachte als de officier van justitie afstand hadden gedaan van hun recht om hoger beroep in te stellen. Het hof concludeerde dat er geen aanwijzingen waren dat de verdachte de gevolgen van zijn beslissing niet kon overzien. Daarom heeft het hof de verdachte niet-ontvankelijk verklaard in het hoger beroep. De beslissing werd genomen door de meervoudige kamer voor strafzaken, onder leiding van voorzitter mr. J.T.F.M. van Krieken, en de raadsheren mr. P.M. Frielink en mr. A.C. van der Schans, met mw. M.E. Busser-Roelofse als griffier.