ECLI:NL:GHSHE:2019:68
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Beschikking
- R.A.T.M. Dekkers
- F.J.M. Walstock
- G.P.M.F. Mols
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen afwijzing verzoek tot schorsing voorlopige hechtenis
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 10 januari 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beschikking van de rechtbank, waarbij de gevangenhouding van de verdachte werd bevolen. De rechtbank had het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis afgewezen, omdat het volgens hen onvoldoende onderbouwd was. Het hof oordeelt echter dat de rechtbank heeft miskend dat de rechter ook ambtshalve moet onderzoeken of schorsing van de voorlopige hechtenis aan de orde is. Het hof vernietigt de beslissing van de rechtbank voor wat betreft de afwijzing van het verzoek tot schorsing en doet opnieuw recht.
Het hof heeft vastgesteld dat er voldoende ernstige bezwaren zijn tegen de verdachte, die wordt verdacht van afpersing. De verdachte heeft eerder met politie en justitie in aanraking gekomen voor geweldsdelicten en verkeerde ten tijde van de feiten in een proeftijd. Het hof overweegt dat de verdachte niet bereid of in staat lijkt om voorwaarden na te leven die aan een schorsing van de voorlopige hechtenis verbonden zouden zijn. Het hof wijst het verzoek tot schorsing af en bevestigt de beschikking van de rechtbank, waarbij de gevangenhouding werd bevolen.
De uitspraak benadrukt het belang van de voorlopige hechtenis in gevallen waar de verdachte een gevaar voor de samenleving kan vormen, en dat de rechter ook ambtshalve moet onderzoeken of schorsing mogelijk is, zelfs als er geen expliciet verzoek is gedaan.