Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte]
poging tot doodslag.
‘Betrokkene voldoet aan de diagnostische criteria voor de algemene diagnose persoonlijkheidsstoornis, maar er is niet één van de specifiek omschreven varianten die bij de symptomatologie past. Er is sprake van een mengbeeld van met name narcistische en afhankelijke kenmerken. De narcistische persoonlijkheidskenmerken en de daarmee samenhangende, verhoogde krenkbaarheid lijken in aanzienlijke mate van invloed te zijn geweest op het functioneren van betrokkene en op de gebeurtenissen. Ze lijken een verklaring te vormen voor de heftige reactie van betrokkene op het gedrag van aangever. Het is aannemelijk dat betrokkene zich in hevige mate gekrenkt heeft gevoeld door de kritiek die hij kreeg van aangever en dat de hoeveelheid opgekropte woede (ten gevolge van eerdere ‘krenkingen’/denigrerende opmerkingen van aangever) tot ontlading kwam, waarbij betrokkene tijdelijk zijn zelfbeheersing verloor. Betrokkene zou op grond van het in voorgaande geschetste problematiek verminderd toerekeningsvatbaar kunnen worden beschouwd voor het hem tenlastegelegde (pagina 17).’
€ 2.500,00 redelijk vindt.
1 februari 2017, zijnde het moment waarop de schade is ontstaan, tot aan de dag der algehele voldoening.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
42 (tweeënveertig) maanden.
24 (vierentwintig) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
teruggaveaan [betrokkene] van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer]
€ 5.368,08 (vijfduizend driehonderdachtenzestig euro en acht cent) bestaande uit € 1.368,08 (éénduizend driehonderdachtenzestig euro en acht cent) materiële schade en € 4.000,00 (vierduizend euro) immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 5.368,08 (vijfduizend driehonderdachtenzestig euro en acht cent) bestaande uit
61 (eenenzestig) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.