Uitspraak
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- de rechthebbende, vergezeld van zijn advocaat;
- de bewindvoerder, vertegenwoordigd door [vertegenwoordiger van de bewindvoerder] .
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, is op 5 december 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep betreffende het ontslag van de bewindvoerder van de rechthebbende. De rechthebbende, vertegenwoordigd door zijn advocaat mr. E.W.M. ter Meulen-Mouwen, had in beroep de vernietiging van een eerdere beschikking van de rechtbank Limburg verzocht, waarin het verzoek tot ontslag van de bewindvoerder was afgewezen. De rechthebbende voerde aan dat er gewichtige redenen waren voor ontslag, waaronder een gebrek aan communicatie en een slechte uitoefening van het bewind door de huidige bewindvoerder, [Bewindvoeringen] Bewindvoeringen B.V.
Tijdens de mondelinge behandeling op 31 oktober 2019 zijn zowel de rechthebbende als de bewindvoerder gehoord. De bewindvoerder betwistte de beschuldigingen en stelde dat de communicatie goed verliep. Het hof heeft vastgesteld dat er een onherstelbare vertrouwensbreuk was ontstaan tussen de rechthebbende en de bewindvoerder. De bewindvoerder gaf uiteindelijk aan bereid te zijn om plaats te maken voor de door de rechthebbende voorgestelde opvolgend bewindvoerder, [opvolgend bewindvoerder].
Het hof heeft geoordeeld dat de omstandigheden voldoende aanleiding gaven om de huidige bewindvoerder te ontslaan en de voorgestelde opvolgend bewindvoerder te benoemen. De beschikking van de rechtbank Limburg is vernietigd, en met ingang van 5 december 2019 is de bewindvoerder ontslagen en de nieuwe bewindvoerder benoemd. Tevens zijn er voorwaarden gesteld aan de afhandeling van de eindrekening en -verantwoording door de ontslagen bewindvoerder.