ECLI:NL:GHSHE:2019:4249
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de noodzaak tot handhaving van curatele in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 21 november 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep betreffende de curatele van [appellant]. De zaak betreft de vraag of de curatele van [appellant] gehandhaafd moet blijven, na een eerdere beschikking van de rechtbank Oost-Brabant die het verzoek tot opheffing van de curatele had afgewezen. De appellant, die onder curatele is gesteld wegens een geestelijke stoornis, heeft in zijn beroepschrift verzocht om de bestreden beschikking nietig te verklaren en de curatele op te heffen. Hij stelt dat zijn geestelijke situatie voldoende stabiel is en dat de curatele onnodig ingrijpend is.
Tijdens de mondelinge behandeling op 15 oktober 2019 is de curator, vertegenwoordigd door twee medewerkers, gehoord. De curator heeft betoogd dat [appellant] zijn belangen niet kan waarnemen vanwege zijn psychische toestand, waaronder schizofrenie. Het hof heeft vastgesteld dat er zorgen zijn over de (psychische) toestand van [appellant], die in het verleden meerdere keren is gedecompenseerd en gedwongen moest worden opgenomen. De curator heeft ook aangegeven dat er klachten zijn over de leefomstandigheden van [appellant] en zijn echtgenote.
Het hof heeft overwogen dat de curatele noodzakelijk blijft, gezien de zorgen over de psychische toestand van [appellant] en de noodzaak voor ondersteuning bij zijn belangen. De beslissing van de rechtbank Oost-Brabant is bekrachtigd, en de proceskosten in hoger beroep zijn gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt. De uitspraak benadrukt het belang van curatele in situaties waar de betrokkene niet in staat is om zijn belangen adequaat te behartigen.