Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
[spoedzorg] Spoedzorg B.V.,
1.Het geding in eerste aanleg (zaak/rolnummer C/03/257673/KG ZA 18-640)
2.Het geding in hoger beroep
3.De beoordeling
Overeenkomst Huisartsen Dienst Westelijke Mijnstreek en waarnemers” gesloten. Tevens hebben deze partijen ondertekend een schriftelijke “
Aansluitovereenkomst Huisartsenpost-Huisarts”, waarbij [appellante] boven haar handtekening met de hand heeft geschreven “
onder voorwaarden en condities omschreven in de bijgaande brief d.d. 1 mei 2013”. [appellante] is toegelaten tot de huisartsenpost en heeft in dat kader werkzaamheden verricht.
[geïntimeerde] Spoedzorg heeft vernomen dat u een achttal klaagschriften heeft ingediend tegen directe collega’s van u op de Spoedpost. U heeft bij voornoemde klaagschriften usb’s als bijlage gevoegd. Op desbetreffende usb‘s staan gesprekken tussen u en uw collega’s die u heimelijk heeft opgenomen. Door dit alles zijn de verhoudingen tussen u en uw collega ’s op de post (...) ernstig geraakt. Daarnaast is (ook) het tweede verbetertraject mislukt, in die zin dat uw coach heeft geconcludeerd dat de problematiek van dien aard is dat zij geen mogelijkheden ziet voor supervisie, intervisie of coaching. In de optiek van [geïntimeerde] Spoedzorg levert dit alles een omstandigheid van zo ernstige aard op dat onmiddellijke beëindiging van de werkzaamheden op de spoedpost noodzakelijk is. Op grond hiervan heeft [geïntimeerde] Spoedzorg het voornemen om u op non-actief te stellen. Daarnaast bevestigt bovenstaande de overtuiging van [geïntimeerde] Spoedzorg dat er sprake is van disfunctioneren als bedoeld in het Protocol Disfunctionerende huisarts op de post. Aangezien u betwist dat u disfunctioneert en de eerder ingezette verbetertrajecten zijn mislukt, is [geïntimeerde] Spoedzorg voornemens uw disfunctioneren te laten toetsen door de Landelijke Commissie van Advies. (...)”.
over het functioneren van mw. [appellante] en te treffen maatregelen”.
Mw. [appellante] draait inmiddels al enige jaren dienst op de Spoedpost. Binnen de relatie [geïntimeerde] en mw. [appellante] kan derhalve uitgegaan worden van toepasselijkheid van op de post geldende protocollen (zoals het Protocol Disfunctioneren), reglementen en werkafspraken.
(...) Besluit tot opzegging
dat het indienen van een tuchtzaak tegen 9 collega’s (van de 96 die op de Spoedpost werkzaam zijn) een forse actie is. Het lijkt er niet op dat mw. [appellante] de indiening van deze tuchtzaken goed heeft overdacht, nu de secretaris van het tuchtcollege aangeeft dat niet duidelijk is geworden wat mw. [appellante] de diverse huisartsen verwijt en wat voor informatie de aangesproken huisartsen en het college uit de vele bijlagen moeten destilleren. Dat mw. [appellante] in die tuchtzaken ook gebruik heeft gemaakt van heimelijk opgenomen gesprekken met collega-huisartsen en patiënten acht de Commissie, ook om privacy redenen onjuist, onzorgvuldig en oncollegiaal. (...)
geen warme collegiale band heeft kunnen opbouwen met de betrokken huisartsen in de regio” (memorie van grieven nr. 92)
problematiek met betrekking tot de collegiale samenwerking” (memorie van grieven nr. 131).