ECLI:NL:GHSHE:2019:3888
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Verlenging van de uithuisplaatsing van een minderjarige in het kader van een GI-onderzoek naar perspectief
In deze zaak gaat het om de verlenging van de uithuisplaatsing van een minderjarige, hierna te noemen [minderjarige], die op 14 mei 2019 uit huis is geplaatst. De vader van [minderjarige] heeft in hoger beroep verzocht om de beschikking van de rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, van 24 mei 2019 te vernietigen, waarin de machtiging tot uithuisplaatsing is verlengd tot 28 oktober 2019. De vader is van mening dat de uithuisplaatsing niet noodzakelijk is en dat de zorgen rondom [minderjarige] niet ernstiger zijn dan eerder. De Gecertificeerde Instelling (GI) heeft echter aangegeven dat er nog steeds zorgen zijn over de opvoedsituatie van [minderjarige] en dat het onderzoek naar haar perspectief nog niet is afgerond. De moeder van [minderjarige] steunt de uithuisplaatsing en is van mening dat het in het belang van [minderjarige] is om haar bij de GI te laten verblijven.
Het hof heeft de zaak beoordeeld en is van oordeel dat de zorgen over [minderjarige] meer omvatten dan alleen het geweldsincident tussen de vader en zijn partner. Er zijn al langere tijd zorgen over de ontwikkeling van [minderjarige] en haar opvoedsituatie. Het hof heeft de argumenten van de vader en de GI afgewogen en komt tot de conclusie dat de uithuisplaatsing noodzakelijk is in het belang van de verzorging en opvoeding van [minderjarige]. Het hof bekrachtigt daarom de beschikking van de rechtbank en wijst het verzoek van de vader af. De proceskosten in hoger beroep worden gecompenseerd, zodat ieder de eigen kosten draagt.