ECLI:NL:GHSHE:2019:3886

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
24 oktober 2019
Publicatiedatum
23 oktober 2019
Zaaknummer
20-001774-18
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevestiging van vonnis in hoger beroep betreffende poging tot bedreiging van een ambtenaar

In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 24 oktober 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Oost-Brabant. De verdachte was eerder veroordeeld voor poging tot door bedreiging met geweld een ambtenaar te dwingen tot het nalaten van een rechtmatige ambtsverrichting. De politierechter had de verdachte een taakstraf van 30 uren opgelegd, subsidiair 15 dagen hechtenis, met aftrek van het voorarrest. De verdachte heeft tegen dit vonnis hoger beroep ingesteld.

Tijdens de zitting in hoger beroep heeft het hof het dossier bestudeerd en de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die heeft verzocht om bevestiging van het vonnis waarvan beroep. Het hof heeft zich verenigd met het oordeel van de politierechter en de redengeving waarop dit berust, met uitzondering van een kennelijke verschrijving die is verbeterd. Deze verbetering had betrekking op een zinsnede die abusievelijk was weggelaten in de bewezenverklaring.

Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte door deze verbetering niet in zijn belangen is geschaad. De beslissing van het hof is om het vonnis waarvan beroep te bevestigen, met inachtneming van de verbeteringen die zijn aangebracht. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer voor strafzaken, waarbij de voorzitter en de raadsheren aanwezig waren, en is op de openbare terechtzitting uitgesproken.

Uitspraak

Parketnummer : 20-001774-18
Uitspraak : 24 oktober 2019
VERSTEK (dnip)

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof

's-Hertogenbosch

gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Oost-Brabant, zittingsplaats ’s-Hertogenbosch, van 14 mei 2018 in de strafzaak met parketnummer 01-009950-18 tegen:

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1965,
[adres] .
Hoger beroep
Bij vonnis waarvan beroep is de verdachte ter zake van – kort weergegeven – poging tot door bedreiging met geweld een ambtenaar dwingen tot het nalaten van een rechtmatige ambtsverrichting, veroordeeld tot een taakstraf voor de duur van 30 uren, subsidiair 15 dagen hechtenis, met aftrek van het voorarrest overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht.
Van de zijde van de verdachte is tegen voormeld vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep en in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis waarvan beroep integraal zal bevestigen.
Vonnis waarvan beroep
Het hof verenigt zich met het beroepen vonnis en met de redengeving waarop dit berust, met verbetering van een kennelijke verschrijving.
Verbetering kennelijke verschrijving
Het hof heeft vastgesteld dat op pagina 8 van het beroepen vonnis ten gevolge van een kennelijke verschrijving abusievelijk de zinsnede ‘ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf’ is weggevallen in de bewezenverklaring tussen de woorden ‘Oss’ en ‘door’. Het hof zal deze evidente verschrijving verbeterd lezen. De verdachte is hierdoor niet in zijn belangen geschaad.

BESLISSING

Het hof:
Bevestigt het vonnis waarvan beroep met inachtneming van het hiervoor overwogene.
Aldus gewezen door:
mr. M.J. Grapperhaus, voorzitter,
mr. J.T.F.M. van Krieken en mr. A.C. Bosch, raadsheren,
in tegenwoordigheid van mr. C. Schenker, griffier,
en op 24 oktober 2019 ter openbare terechtzitting uitgesproken.
Mr. A.C. Bosch is buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.