Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De motivering van de beslissing in hoger beroep
vaakzorg nodig heeft op wisselende en ongebruikelijke tijdstippen en/of op meerdere locaties. Volgens CZ moet onder ‘vaak’ worden verstaan minimaal vier keer per week. Uit wat hiervoor is overwogen blijkt echter al dat [appellante] aan de tweede voorwaarde voldoet, die ziet op de onplanbaarheid van de zorg: er kan van worden uitgegaan dat ’s nachts de zorg niet op vaste maar op verschillende tijden op afroep nodig zal zijn. Bij de tweede voorwaarde geldt het vereiste van minimaal vier keer per week kennelijk niet. De vraag hoe vaak per week [appellante] ’s nachts hulp nodig heeft, hoeft dan niet meer te worden beantwoord.
6.De slotsom
€ 885,00
420,80