Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
- [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum] 2009 te [geboorteplaats] (hierna ook wel te noemen: [minderjarige 1] );
- [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum] 2012, te [geboorteplaats] (hierna ook wel te noemen: [minderjarige 2] ).
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling in eerste aanleg op 3 september 2018;
- het V6-formulier met bijlagen ingediend door de advocaat van de vader op 1 april 2019;
- het V6-formulier ingediend door de advocaat van de vader op 2 april 2019, met als bijlagen een aantal ontbrekende stukken van het procesdossier van de eerste aanleg;
- het V6-formulier met bijlage ingediend door de advocaat van de moeder op 8 juli 2019;
- het V8-formulier ingediend door de advocaat van de vader op 8 juli 2019;
- de brief van de raad d.d. 23 juli 2019.
- de vader, bijgestaan door mr. Hupkes;
- de moeder, bijgestaan door mr. Stam;
- de GI, vertegenwoordigd door mevrouw [vertegenwoordiger van de GI] .
- het V6-formulier met bijlage ingediend door de advocaat van de moeder op 7 augustus 2019;
- het V6-formulier met bijlage ingediend door de advocaat van de vader op 14 augustus 2019.
3.De beoordeling
15 juni 2020 pro forma; dit om de resultaten van het traject bij Sterk Huis af te wachten. Het hof verzoekt de kindbehartiger om het hof tijdig vóór voornoemde pro forma datum schriftelijk te informeren over de resultaten van het traject. Na de binnenkomst van het verslag van de hulpverlener zal het hof een afschrift van dat verslag toezenden aan de advocaten van de moeder en de vader en hen in de gelegenheid stellen om binnen twee weken schriftelijk te reageren.