In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 6 september 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De verdachte, geboren in 1957, was eerder veroordeeld tot een geldboete van € 10.150 voor het opzettelijk voorhanden hebben van valse Vrachtbriefgegevens (VZC's) in strijd met artikel 225 van het Wetboek van Strafrecht. Deze valse gegevens waren bedoeld om te verdoezelen dat de gebruiksnorm voor stikstof en fosfaat op zijn landbouwbedrijf was overschreden, wat kan leiden tot bestuurlijke boetes en milieuschade. De verdediging heeft vrijspraak bepleit, maar het hof oordeelde dat de verdachte op de hoogte was van de onjuistheid van de gegevens en dat hij deze opzettelijk had aangeleverd. Het hof heeft de eerdere veroordeling bevestigd, maar de geldboete verlaagd naar € 9.000, subsidiair 80 dagen hechtenis, vanwege overschrijding van de redelijke termijn in zowel eerste aanleg als hoger beroep. Het hof heeft daarbij rekening gehouden met de aard en ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan, en de financiële situatie van de verdachte. De uitspraak benadrukt het belang van correcte gegevens in de landbouwsector en de gevolgen van het aanleveren van valse informatie.