Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer C/03/258250/ KG ZA 18-672)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep;
- de memorie van grieven met producties;
- de memorie van antwoord met producties;
- de akte rectificatie en overleggen producties van [geïntimeerde] ;
- de antwoordakte van [appellante] .
3.Het geschil en de beoordeling
a. Beoordeeld dient te worden of [koper 1] althans zijn eventuele rechtsopvolger(s) op grond van artikel 3:86 BW bescherming genieten tegen eventuele beschikkingsonbevoegdheid van de verkoper. In dit kort geding zijn er onvoldoende feitelijke aanknopingspunten om die vraag te beantwoorden. Voor verdere bewijslevering is in dit kort geding geen plaats.