ECLI:NL:GHSHE:2019:3171

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
1 augustus 2019
Publicatiedatum
23 augustus 2019
Zaaknummer
20-000002-19
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot opheffing en schorsing van voorlopige hechtenis in hoger beroep

In deze zaak heeft het gerechtshof te 's-Hertogenbosch op 1 augustus 2019 uitspraak gedaan in een verzoekschrift tot opheffing en schorsing van de voorlopige hechtenis van de verdachte. De voorlopige hechtenis was eerder geschorst, maar werd opgeheven door de rechtbank na een veroordeling tot een gevangenisstraf van 36 maanden wegens bezit van vuurwapens en deelname aan een criminele organisatie. De verdachte verzocht primair om opheffing van de voorlopige hechtenis, stellende dat er geen ernstige bezwaren meer zouden zijn, en subsidiair om schorsing van de voorlopige hechtenis. Het hof overwoog dat het veroordelend vonnis een zelfstandige grond voor voorlopige hechtenis vormt, zoals vastgelegd in artikel 75 van het Wetboek van Strafvordering. Het hof concludeerde dat er geen juridische of feitelijke misslagen in het vonnis waren en dat de ernst van de bezwaren was toegenomen door de veroordeling. De verzoeken tot opheffing en schorsing van de voorlopige hechtenis werden afgewezen, omdat er geen bijzondere omstandigheden waren die het belang van de verdachte boven het belang van de samenleving zouden stellen. Het hof benadrukte dat de verdachte niet zonder meer het recht heeft om zijn berechting in vrijheid af te wachten, gezien de veroordeling door een bevoegde rechterlijke instantie.

Uitspraak

GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH

Afdeling strafrecht
Parketnummer Hof: [Ressortsparketnummer]
Parketnummer 1e aanleg: [Arrondissementsparketnummer]
Het gerechtshof te ’s-Hertogenbosch heeft gezien het verzoekschrift d.d. [datum 4] , bij de raadkamer van het gerechtshof binnengekomen d.d. [datum 5] , ingediend namens:
naam
[Achternaam]
voornamen
[Voornamen]
geboren
[Geboortedatum, -plaats &-land]
wonende te
[Woonplaats]
adres
[Woonplaats]
thans verblijvende
in [Detentieplaats]
waarbij wordt verzocht primair de voorlopige hechtenis op te heffen wegens het ontbreken van ernstige bezwaren en gronden, subsidiair de voorlopige hechtenis te schorsen.
Het hof heeft gehoord de advocaat-generaal en verdachte, bijgestaan door diens raadsman mr. Th. Boumans.
Het hof heeft kennis genomen van het dossier. Uit het dossier blijkt onder meer het volgende.
Tegen verdachte is een bevel tot voorlopige hechtenis verleend vanwege het bestaan van ernstige bezwaren ter zake van bezit van vuurwapens en munitie en deelname aan een criminele organisatie. De voorlopige hechtenis is door de rechtbank op [datum 1] geschorst aangezien er nog geen zicht was op een datum voor de inhoudelijke behandeling van de zaak.
Verdachte is door de rechtbank op [datum 3] veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden wegens kort gezegd bezit van vuurwapens en munitie en deelname aan een criminele organisatie. De rechtbank heeft bij dit vonnis tevens de schorsing van de voorlopige hechtenis opgeheven en heeft daartoe het volgende overwogen:

De voorlopige hechtenis van de verdachte is geschorst op [datum 1] . De verdachte heeft na zijn vrijlating op [datum 2] zijn berechting in vrijheid mogen afwachten. De tijd die de verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht, moet worden afgetrokken van de straf die wordt opgelegd. Dat betekent dat hij nog geruime tijd terug zal moeten naar de gevangenis. Gelet op de ernst van de feiten en de op te leggen straf, is de rechtbank van oordeel dat het onaanvaardbaar is dat de verdachte een eventueel hoger beroep ook in vrijheid zou mogen afwachten. Zij zal daarom de schorsing van de voorlopige hechtenis opheffen met ingang van vandaag.
Het hof zal de verzochte opheffing van de voorlopig hechtenis afwijzen, nu jegens verdachte ernstige bezwaren bestaan dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan de feiten die hem worden verweten en waarvoor hij thans in eerste aanleg is veroordeeld. Door het veroordelend vonnis is de ernst van de bezwaren alleen nog maar toegenomen. Daarnaast is krachtens de wet, meer in het bijzonder artikel 75, eerste lid van het Wetboek van Strafvordering, het veroordelend vonnis waarbij aan verdachte een gevangenisstraf is opgelegd, een zelfstandige grond voor voorlopige hechtenis.
Voorts blijkt naar het oordeel van het hof niet dat het veroordelend vonnis gegrond is op een juridische of feitelijke misslag en kan niet worden gezegd dat er sprake is van een evident onjuiste veroordeling.
Door het veroordelend vonnis is de vrijheidsbeneming komen te rusten op artikel 5, eerste lid onder a van het EVRM. Dat betekent onder meer dat de verdachte niet zonder meer het recht toekomt zijn berechting in vrijheid af te wachten, nu er sprake is van een veroordeling door een daartoe bevoegde rechterlijke instantie. Bij de vraag of de voorlopige hechtenis dient te worden geschorst is sprake van een nieuwe belangenafweging waarbij gelet op het veroordelend vonnis, waarbij aan verdachte voor ernstige feiten een langdurige gevangenisstraf is opgelegd, er in beginsel sprake moet zijn van bijzondere zwaarwichtige, de persoon van de verdachte betreffende omstandigheden, op grond waarvan het belang dat de samenleving heeft bij voortzetting van de voorlopige hechtenis, dient te wijken voor het persoonlijk belang van de verdachte.
Dergelijke omstandigheden zijn niet aangevoerd, noch is het hof anderszins van het bestaan ervan gebleken.
Een en ander betekent dat het hof ook het subsidiaire verzoek, namelijk het verzoek tot schorsing, zal afwijzen.
Het hof wijst af het verzoek.

BESCHIKKENDE

Wijst af het verzoek tot opheffing van de voorlopige hechtenis;
Wijst af het verzoek tot schorsing van de voorlopige hechtenis.
Aldus gedaan op 1 augustus 2019
door mr. R.A.T.M. Dekkers, voorzitter, mr. J.P.F. Rijken en mr. G.P.M.F. Mols, raadsheren, in tegenwoordigheid van mr. R. van Maaren, griffier.
Fiat betekening en tenuitvoerlegging:
's-Hertogenbosch,
De advocaat-generaal,
Gezien d.d.
De directeur van [Detentieplaats]