Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in cassatie.
2.Het geding na verwijzing
- de oproeping van [geïntimeerde] ;
- de akte van [geïntimeerde] met producties;
- de antwoordmemorie na verwijzing van [appellant] .
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, betreft het een geschil tussen een appellant, een motorsportbedrijf, en een geïntimeerde, een particuliere coureur. De appellant had een 2.5 liter motorblok moeten leveren aan de geïntimeerde voor het Europees Autocross Kampioenschap 2011, maar kon dit niet tijdig doen. De geïntimeerde had een aanbetaling gedaan, maar weigerde het 2.3 liter motorblok terug te geven, dat door de appellant in bruikleen was gegeven. De rechtbank Noord-Nederland had in een eerder vonnis de koopovereenkomst ontbonden en de appellant veroordeeld tot terugbetaling van de aanbetaling. De appellant ging in hoger beroep, waarbij hij de vernietiging van het vonnis en toewijzing van zijn vorderingen vroeg. Het hof oordeelde dat de geïntimeerde in schuldeisersverzuim was geraakt door het niet teruggeven van het 2.3 liter motorblok, waardoor de appellant niet in verzuim was geraakt voor de levering van het 2.5 liter motorblok. Het hof vernietigde het eerdere vonnis en veroordeelde de geïntimeerde tot betaling van een bedrag aan de appellant, inclusief schadevergoeding voor de waardevermindering van het 2.3 liter motorblok. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van partijen in een overeenkomst en de gevolgen van schuldeisersverzuim.