2.3.Het hof heeft voorts kennis genomen van:
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling bij de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 26 maart 2018;
- de brief van de advocaat van de vader van 23 juli 2018, met bijlagen, ingekomen bij het hof op 25 juli 2018;
- het V6-formulier van 30 juli 2018 van de advocaat van de vader, met bijlage, ingekomen bij het hof op 31 juli 2018;
- het V6-formulier van 15 maart 2018 van de advocaat van de moeder, met bijlage, ingekomen bij het hof op 18 maart 2018;
- het V6-formulier van 8 november 2018 van de advocaat van de moeder, met bijlage, ingekomen bij het hof op 9 november 2018;
- het V5-formulier van 6 maart 2019 van de advocaat van de vader, met bijlage, ingekomen bij het hof op diezelfde datum;
- het V6-formulier van 16 april 2019 van de advocaat van de vader, met bijlage, ingekomen bij het hof op 16 april 2019;
- het V6-formulier van 17 april 2019 van de advocaat van de moeder, met bijlage, ingekomen bij het hof op diezelfde datum;
- het V8-formulier van 9 mei 2019 van de advocaat van de vader, met bijlage, ingekomen bij het hof op diezelfde datum;
- het V6-formulier van 14 mei 2019 van de advocaat van de vader, met bijlage, ingekomen bij het hof op diezelfde datum;
- het V6-formulier van 15 mei 2019 van de advocaat van de vader, met bijlage, ingekomen bij het hof op diezelfde datum.