ECLI:NL:GHSHE:2019:202
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep kort geding
- Rechtspraak.nl
Vernietiging en bekrachtiging van contact- en gebiedsverbod in hoger beroep tussen ex-echtgenoten
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, gaat het om een hoger beroep in een kort geding dat betrekking heeft op een contact- en gebiedsverbod tussen ex-echtgenoten. De vrouw, appellante in principaal hoger beroep, heeft in hoger beroep de vernietiging van een vonnis van de voorzieningenrechter van de rechtbank Limburg, zittingsplaats Roermond, van 8 mei 2018 gevorderd. Dit vonnis had een contact- en (beperkt) gebiedsverbod opgelegd aan de man, geïntimeerde in principaal hoger beroep. De vrouw stelt dat het opgelegde gebiedsverbod te beperkt is en dat er dwangsommen aan het verbod moeten worden verbonden, omdat de man zich niet aan de eerdere afspraken houdt. De man, die in incidenteel hoger beroep is gegaan, betwist de noodzaak van het contact- en gebiedsverbod en stelt dat de vrouw onterecht teruggrijpt naar incidenten uit het verleden.
Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen. Het hof constateert dat er ernstige problemen zijn in de verwerking van de relatie tussen partijen, wat negatieve gevolgen heeft voor het ouderschap. Ondanks de eerdere maatregelen, is er inmiddels enige rust ontstaan, en het hof is van mening dat er op dit moment geen noodzaak is voor een contact- en gebiedsverbod. Het hof heeft daarom het contact- en gebiedsverbod in duur beperkt tot heden en de vorderingen van de vrouw ten aanzien van het contact- en gebiedsverbod afgewezen. De proceskosten in het hoger beroep zijn gecompenseerd, aangezien partijen ex-echtgenoten zijn.