3.1Het gaat in dit hoger beroep om het volgende.
Bij schriftelijke huurovereenkomst van 5 juni 2016 heeft [geïntimeerde] aan [appellant] verhuurd de bovenwoning aan de [adres] te [woonplaats] , uitsluitend bestemd om te worden gebruikt als woonruimte.
In de huurovereenkomst is opgenomen dat deze is aangegaan voor de duur van één jaar, van 15 juni 2016 tot en met 30 juni 2017. Als huurprijs is overeengekomen een bedrag van € 500,= per maand en als voorschot op levering van gas, water en elektra een bedrag van € 150,= per maand. Deze bedragen golden volgens de overeenkomst vanaf juli 2016; voor juni 2016 gold een bedrag van € 250,=.
Bij brief van 30 januari 2017 heeft de gemachtigde van [geïntimeerde] aan [appellant] laten weten dat tot en met januari 2017 een huurachterstand was ontstaan van € 1.950,= exclusief rente en kosten. [appellant] is hierbij gesommeerd dat bedrag binnen tien dagen te betalen en verder bij vooruitbetaling de lopende huur te voldoen.
Bij brief van 8 februari 2017 heeft [appellant] hierop gereageerd met de mededeling dat in die berekening geen rekening is gehouden met een contante betaling van € 650,= voor de maand oktober 2016, dat de woning een aantal gebreken vertoont die hersteld moeten worden en dat de huur volgens de puntentelling te hoog is.
[appellant] vermeldt in deze brief zijn voornemen om de huurprijs door een officiële instantie te laten toetsen. Niet gebleken is dat dit voornemen ook is uitgevoerd.
In opdracht van [appellant] heeft [bouw advies] Bouw Advies (verder: [bouw advies] ) op 5 september 2017 in de woning een technische inspectie uitgevoerd naar ‘gebreken ten hinder van de huurder’. [geïntimeerde] was hierbij niet aanwezig. Het rapport van deze inspectie bevat onder meer de constatering dat sprake is van achterstallig onderhoud aan houtwerk en dat de economische levensduur van badkamer en keuken is verstreken. Een globale begroting van de herstelkosten beloopt volgens [bouw advies] € 13.450,= exclusief btw.
Bij brief van 3 april 2017 heeft de gemachtigde van [geïntimeerde] aan [appellant] laten weten dat de huurovereenkomst, indien niet eerder beëindigd, op 1 juli 2017 van rechtswege eindigt en niet zal worden verlengd.
In het Handelsregister is opgenomen dat de eenmanszaak van [appellant] , [promotion services] Promotion Services, gestart op 8 januari 2014, is gevestigd op het adres [adres] te [vestigingsplaats] .