Uitspraak
Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof
's-Hertogenbosch
[verdachte] ,
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
15 (vijftien) maanden.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak heeft het gerechtshof 's-Hertogenbosch op 15 mei 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Oost-Brabant. De verdachte was in eerste aanleg vrijgesproken van heling, maar veroordeeld tot een gevangenisstraf van 6 weken en een taakstraf van 240 uren voor het voorhanden hebben van vuurwapens en munitie. De officier van justitie heeft hoger beroep ingesteld, waarbij de strafoplegging ter discussie werd gesteld. Het hof heeft het hoger beroep beperkt tot de feiten 1 en 2, en niet tegen de vrijspraak van feit 3. Tijdens de zitting heeft de advocaat-generaal een gevangenisstraf van 15 maanden geëist, waarvan 8 maanden voorwaardelijk, en onttrekking aan het verkeer van de wapens en munitie. De verdediging pleitte voor een lagere straf, verwijzend naar de omstandigheden waaronder de wapens waren verkregen en het tijdsverloop sinds de feiten. Het hof heeft de ernst van de feiten en de risico's van ongecontroleerd wapenbezit in overweging genomen. Het hof oordeelde dat de opgelegde straf in eerste aanleg niet in verhouding stond tot de ernst van de feiten en heeft de verdachte veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 15 maanden. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank voor het overige bevestigd, inclusief de beslissing op het beslag.