Uitspraak
GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- de moeder, bijgestaan door haar advocaat;
- namens de GI, mevrouw [vertegenwoordiger van de GI 1] en de heer [vertegenwoordiger van de GI 2] van het Landelijk Expertiseteam Jeugdbescherming (LET JB).
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling in eerste aanleg op 2 oktober 2018;
- de brief van de raad van 27 februari 2019 waarin de raad aankondigt niet ter zitting te verschijnen;
- het V-formulier met één bijlage van de advocaat van de moeder van 4 februari 2019;
- het V-formulier met bijlagen van de advocaat van de moeder van 18 maart 2019;
- het faxbericht met bijlagen van de GI van 18 maart 2019;
- de brief met bijlagen van de advocaat van de moeder van 25 maart 2019;
- de brief met bijlagen van de advocaat van de moeder van 27 maart 2019;
- de ter zitting door de advocaat van de moeder overgelegde pleitnota.
3.De beoordeling
eerste aanleg
hoger beroep
totaan de opname bij [instelling 1] : de aanwijzing is dan niet innerlijk tegenstrijdig. De schriftelijke aanwijzing was nodig om de vastgelopen situatie te veranderen. De vastgestelde omgang van 45 minuten per week was een minimum. Als de moeder in behandeling zou gaan, had het opgebouwd kunnen worden. De moeder maakte verwijten aan de hulpverlening dat er niks gebeurde, maar zij kwam zelf niet in beweging. De moeder houdt de hulpverlening af. Vanuit de GGZ kan nu thuisbegeleiding bij haar worden ingezet, gericht op zelfstandig wonen en om leren los te komen van de vader van [minderjarige] . De moeder maakt geen gebruik van deze hulp. De moeder moet een persoonlijkheidsonderzoek laten afnemen. Dit is nog niet gebeurd, hoewel de mogelijkheden daartoe er al wel zijn geweest: via [instelling 2] , [instelling 3] en nu via [instelling 4] . Nadat het persoonlijkheidsonderzoek bij haar is afgenomen, is een gezinsopname van de moeder met [minderjarige] nog steeds mogelijk, mits de organisatie (bijvoorbeeld [instelling 1] ) daar nog heil in zit.
vande opname binnen [instelling 1] ” terwijl bedoeld werd: “voor de duur
voorafgaande aande opname”.
samenis opgenomen bij [instelling 1] . Het is een onuitvoerbaar scenario dat de moeder met [minderjarige] in die setting slechts drie kwartier per week contact met elkaar zouden kunnen hebben.