Uitspraak
GERECHTSHOF ̓s-HERTOGENBOSCH
1.[geïntimeerde 1] ,
1.Het geding in eerste aanleg (zaaknummer 4815467 CV EXPL 16-1579)
2.Het geding in hoger beroep
- de dagvaarding in hoger beroep van 29 juni 2017 met een productie;
- de memorie van grieven van [appellant] van 24 oktober 2017 met producties en (voorwaardelijke) eiswijziging;
- de memorie van antwoord in het principaal appel tevens memorie van grieven in het incidenteel appel van [geïntimeerde 1] van 5 december 2017 met eiswijziging;
- de memorie van antwoord in het incidenteel appel van [appellant] van 23 januari 2018;
- het schriftelijk pleidooi op 20 maart 2018, waarbij partijen pleitnotities met
3.De beoordeling
- het terugplaatsen van de verwijderde afrastering op de kadastrale erfgrens,
- het verwijderen van de conifeer;
- het verwijderen van alle beplanting achter de muur van [appellant] aan de zijde van [geïntimeerde 1] op het erf/perceel van [appellant] ;
- het verwijderen van alle bomen die zich binnen een afstand van twee meter tot de kadastrale erfgrens bevinden;
- het verwijderen van alle planten die zich binnen een afstand van 50 centimeter tot de kadastrale erfgrens bevinden;
- het verwijderen van de bloembak tegen de muur, althans op de grond, van [appellant] tot het vervolgens zorgdragen voor een veilige en deugdelijke (muur)constructie, dan wel in dit verband een deskundige te benomen;
- het verwijderen van het houten skelet met wijnranken de gaten in de muur te dichten;
- het respecteren van de kadastrale erfgrens en de gronden van [appellant] , na verwijdering van de hiervoor genoemde zaken aan [appellant] ter beschikking te stellen;
exacte plaatsvan de volgende elementen is opgenomen:
- de kadastrale erfgrens;
- de muur die in 1972 is geplaatst;
- de muur die in de visie van [appellant] in 1991 is geplaatst;
- de bloembak, met inbegrip van de situering ten opzichte van de muur en van het maaiveld;
- de conifeer;
- het skelet met wijnranken;
- de bomen en planten in de buurt van de erfgrens;
- de aanbouw met het dak.