Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De beoordeling
- reageren op vacatures in kranten, internet, de vacaturebank van UWV etc,
- zich inschrijven bij meerdere uitzendbureaus,
- niet alleen naar werk zoeken in de eigen woonplaats, maar ook in de regio of nog verder weg. En als u werk vindt of werk wordt aangeboden, dan neemt u dit aan,
- bereid zijn om voor het werk te reizen Werk waarvoor u elke dag tot maximaal 3 uur moet reizen (1,5 uur heen en 1,5 uur terug) mag u niet weigeren,
- verhuizen als dat nodig is om werk te krijgen of te behouden.”
verschillende beslagen lagen” ontoereikend te achten, te meer nu [appellant] verzuimt ook deze stelling middels verificatoire bescheiden dan wel anderszins afdoende aannemelijk en inzichtelijk te maken. Tot slot stelt het hof vast dat de verklaring van [appellant] met betrekking tot zijn schulden aan [onderneming 3] zoals bij gelegenheid van de mondelinge behandeling in hoger beroep gedaan op gespannen voet staan met hetgeen hij hierover zowel in eerste aanleg als in zijn beroepschrift heeft gesteld. [appellant] heeft ter zitting in hoger beroep verklaard dat deze huurschulden zijn ontstaan gedurende de periode dat hij in Engeland verbleef (2010 – 2011) terwijl hij zijn huur in Nederland niet had opgezegd terwijl hij in eerste aanleg en in zijn beroepschrift stelt dat de huurschuld uit die periode door een vriendin geheel zou zijn voldaan. Een en ander zou betekenen dat de schuld aan [onderneming 3] zoals die thans op de schuldenlijst vermeld staat van een latere datum is, maar bij gebrek aan onderliggende bescheiden kan het hof dit niet nagaan, hetgeen des te meer klemt nu deze schulden op de schuldenlijst de evident fictieve ontstaansdatum van 1 januari 1900 vermelden.