In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, gaat het om een hoger beroep van een moeder tegen een beschikking van de rechtbank Oost-Brabant. De moeder verzocht om vernietiging van de contactregeling die was vastgesteld voor haar minderjarige kind, geboren in 2013, en die al bijna drie jaar in de praktijk werd uitgevoerd. De vader, die het kind heeft erkend, was verweerder in het principaal appel en appellant in het incidenteel appel. De Raad voor de Kinderbescherming was ook betrokken in de procedure. Tijdens de mondelinge behandeling op 9 januari 2018 werd duidelijk dat er problemen waren in de communicatie tussen de ouders, wat de situatie van het kind beïnvloedde. Het hof heeft vastgesteld dat hulpverlening noodzakelijk is om de onderlinge verhouding tussen de ouders te verbeteren. Het hof heeft partijen verwezen naar de Combinatie Jeugdzorg voor echtscheidingshulpverlening, met als doel de communicatie te verbeteren en een door beide ouders ondersteunde contactregeling te realiseren. De verdere behandeling van de zaak is aangehouden tot 14 juni 2018, zodat het hof kennis kan nemen van de resultaten van het hulpverleningstraject. De advocaten van beide partijen zijn verzocht om het hof tijdig te informeren over de voortgang van de hulpverlening en het gewenste verdere verloop van de procedure.