Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.[appellant] ,wonende te [woonplaats] ,
[appellante] ,wonende te [woonplaats] ,
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch diende, ging het om een huurgeschil tussen appellanten, een minderjarige en zijn moeder, en de Gemeente Schinnen. De Gemeente had in eerste aanleg ontbinding van de huurovereenkomst van een woonwagenstandplaats gevorderd, omdat er tijdens een politie-inval op 14 januari 2015 in de woonwagen van appellanten een hennepdrogerij, vuurwapens, munitie en andere illegale zaken waren aangetroffen. De kantonrechter had de vorderingen van de Gemeente toegewezen, maar het hof oordeelde dat de Gemeente niet-ontvankelijk was in haar vorderingen tegen de minderjarige appellant, omdat deze processueel onbekwaam was. Het hof vernietigde het vonnis van de kantonrechter ten aanzien van de minderjarige en veroordeelde de Gemeente in de proceskosten aan de zijde van de minderjarige.