ECLI:NL:GHSHE:2018:5317
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Wijziging van kinderalimentatie en proceskostenveroordeling in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 20 december 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep inzake een verzoek tot wijziging van de kinderalimentatie. De man, verzoeker in hoger beroep, had in eerste aanleg een beschikking van de rechtbank Oost-Brabant van 16 november 2017 aangevochten, waarin zijn verzoek tot wijziging van de kinderalimentatie was afgewezen. De man had in het echtscheidingsconvenant een bijdrage van € 111,50 per kind per maand afgesproken, maar verzocht nu om deze bijdrage per 1 augustus 2016 op nihil te stellen, onderbouwd met zijn financiële situatie en de kosten die hij maakt voor de zorgregeling. De vrouw, verweerster in hoger beroep, heeft de bestreden beschikking bevestigd en verzocht om de man in de proceskosten te veroordelen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 18 oktober 2018 was de man niet verschenen, ondanks een behoorlijke oproeping. Het hof heeft de feiten vastgesteld zoals deze door de rechtbank zijn vastgesteld, en heeft geconcludeerd dat de man onvoldoende bewijs heeft geleverd voor zijn stelling dat hij geen draagkracht heeft voor de kinderalimentatie. Het hof heeft de grieven van de man met betrekking tot zijn draagkracht afgewezen en geoordeeld dat de man nodeloos kosten heeft veroorzaakt aan de zijde van de vrouw. De man is veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep, die zijn begroot op € 2.466,-, te betalen aan de vrouw.
De beschikking van de rechtbank is bekrachtigd voor zover aan het oordeel van het hof onderworpen, en het hof heeft het meer of anders verzochte afgewezen. Deze uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van het hof, en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.